Van vriend tot vriend
Priesterschapsmacht brengt vrede
Uit een interview door Lucy Stevenson Ewell.
Toen ik jong was, had ik last van de aandoening agammaglobulinemie. Daardoor kon mijn lichaam minder goed tegen bacteriën vechten, dus ik was vaak ziek.
Op een nacht werd ik wakker met hevige oorpijn. Het deed zo veel pijn dat het voelde alsof mijn hoofd zou ontploffen! Ik weet nog dat mijn vader en moeder mijn kamer binnenkwamen. Mijn moeder kwam op de rand van het bed zitten en nam me in haar armen. Toen plaatste mijn vader zijn handen op mijn hoofd en gaf me een priesterschapszegen. In die zegen vertelde hij me dat mijn hemelse Vader mij kende. Hij wist van mijn pijn. Hij zou me zegenen zodat ik de rest van de nacht kon doorslapen.
Ik werd al snel rustig en viel in slaap. Ik sliep de hele nacht en tot laat in de ochtend. Toen ik wakker werd, voelden mijn oren beter. Maar het duurde nog enkele jaren voordat ik helemaal van mijn ziekte was genezen.
Door de jaren heen gaf mijn vader mij steeds priesterschapszegens om me kracht te geven. Hij leerde mij dat mijn hemelse Vader door die zegens tot mij kon spreken. Mijn ziekte werd een manier waarop mijn hemelse Vader zorgde dat mijn geloof groeide.
Priesterschapszegens zijn beschikbaar voor jou en voor alle kinderen van onze hemelse Vader. We hebben allemaal verschillende moeilijkheden. We wonen op verschillende plaatsen en behoren tot verschillende gezinnen. Sommigen van jullie hebben misschien geen vader die je een priesterschapszegen kan geven. Je kunt in plaats daarvan je dienende broeders of je kerkleiders om een zegen vragen.
Een ding is hetzelfde voor ons allemaal. En dat is de liefde van onze hemelse Vader voor ons. We zijn allemaal gelijk in de ogen van God. Onze hemelse Vader wil ons allemaal zegenen door zijn priesterschapsmacht.
Ik wil jullie laten weten dat je hemelse Vader je kent en liefheeft. Hij weet hoe je heet. Zijn liefdevolle armen zijn naar je uitgestrekt.