Jezus Christus is jouw kracht
Wat is jouw houding?
Je houding tegenover de beginselen in Voor de kracht van de jeugd bepaalt of je naar grotere hoogten kunt stijgen.
Piloten noemen de positie van een vliegtuig in de lucht de stand van het vliegtuig. Wijst de neus van het vliegtuig naar boven of beneden? Keert het om of taxiet het recht vooruit? Onze stand zegt ook iets over de houding die we aannemen tegenover de ups en downs van het leven. Er is een oud gezegde dat zowel op vliegen als het leven van toepassing is: ‘Onze houding bepaalt onze hoogte.’
Met welke houding lezen we Voor de kracht van de jeugd: een leidraad voor het maken van keuzes? Onze houding tegenover de beginselen in de leidraad kan ons leven veranderen en bepaalt of we naar nieuwe hoogten stijgen of juist wegzinken.
De Heiland heeft ons een geweldig startpunt gegeven. Hij zei: ‘Zalig zijn de zachtmoedigen’ (Mattheüs 5:5). We kunnen een zachtmoedige houding aannemen door rechtschapen en nederig te zijn, en bereid om ons aan de leer van het evangelie te houden. Hier zijn drie vragen waaruit blijkt welke houding we tegenover de ontvangen beginselen kunnen hebben.
Houding 1: Hoe slecht mag ik zijn?
Mensen met die houding zeggen: ‘Waar ligt de grens? Ik wil die zo dicht mogelijk opzoeken zonder ze te overschrijden.’ Dit is net zo gevaarlijk als een skydiver die zich afvraagt hoe dicht hij bij de grond kan komen zonder zijn parachute te openen.
Houding 2: Hoe goed moet ik zijn?
Iemand met deze houding wil zich zo min mogelijk inspannen. Het is alsof je een leerkracht vraagt: ‘Hoe kan ik zonder al te veel moeite een voldoende halen voor dit vak?’ Het is als de skydiver die zijn parachute wel goed wil inpakken, maar ook weer niet zo goed.
Houding 3: Hoe standvastig kan ik zijn?
Een jongen vertelde me eens dat hij om 5.00 uur naar het seminarie ging. Ik zei: ‘Dat is heel erg vroeg. Waarom doe je dat?’ Hij antwoordde: ‘Omdat ik dat wil. Ik vind het geweldig. Seminarie is het leukste deel van de dag.’ Uit zijn houding bleek dat hij standvastig wilde zijn. Hij zag gehoorzaamheid als zijn voornaamste streven, en niet als bron van irritatie.
Deze skydiver pakt zijn parachute goed in en opent die lang voordat hij in de buurt van de grond komt, omdat hij skydiven geweldig vindt en het wil blijven doen. Zo’n houding geeft ons vleugels.
In het Boek van Mormon sprak de vader van koning Lamoni een prachtig gebed uit waaruit die derde houding goed blijkt:
‘O God, [wilt U zich] aan mij bekendmaken, en ik zal al mijn zonden afleggen om U te kennen’ (Alma 22:18).
De koning zei niet: ‘Hoe slecht mag ik zijn en U toch kennen?’ of ‘Hoe goed moet ik precies zijn om U te kennen?’ Zijn houding was: ‘Ik zal al mijn zonden afleggen om U te kennen.’
Hogere en heiligere gewoonten
De Heer vertrouwt erop dat we niet naar achterpoortjes zoeken, maar naar hogere en heiligere gewoonten. Als iets niet zo duidelijk in de leidraad staat als we dachten, laten we ons dan niet afvragen: ‘Wat vindt God niet erg?’, maar ‘Waar zou God de voorkeur aan geven?’ Uit de tweede vraag blijkt dat we het gewillige hart hebben dat de Heer van ons verlangt als we zachtmoedig proberen te zijn.
Wanneer ik in een vliegtuig zit, wil ik niet dat de piloot zich afvraagt: ‘Hoe slecht mag ik zijn?’ of zelfs ‘Hoe goed moet ik zijn?’ Ik wil dat hij of zij zich afvraagt: ‘Hoe standvastig kan ik zijn?’ Voor vliegen en in ons leven geldt: onze houding bepaalt onze hoogte. De leidraad Voor de kracht van de jeugd is niet geschreven om minimumeisen aan ons uit te leggen, maar de leer van discipelschap. Dat vergt inderdaad meer.