Uitzetten en melden
‘Wees getrouw, en zwicht voor geen enkele verzoeking’ (LV 9:13).
Connor ging achter de gezinscomputer zitten en typte het adres van de website in dat hij van zijn vriendje had gekregen. ‘Daar moet je echt gaan kijken!’ had zijn vriendje gezegd.
Maar zo gauw hij de website zag, kreeg Connor een akelig gevoel. Hij probeerde de webpagina snel te sluiten, maar hoe vaker hij klikte, hoe meer plaatjes er verschenen. In paniek drukte Connor op de uitknop van de computer en rende hij naar zijn kamer.
Connor had er spijt van dat hij die plaatjes had gezien. Sinds zijn doop enkele maanden geleden had hij steeds meer de kalmte en vrede van de Heilige Geest gevoeld. Maar na het zien van die plaatjes voelde Connor die vrede helemaal niet meer. Hij voelde zich schuldig en bang dat iemand erachter zou komen wat hij had gezien.
Connor was stil tijdens het eten. Hij probeerde te luisteren naar de gesprekken aan tafel, maar de plaatjes die hij had gezien, kwamen steeds weer in zijn gedachten. Het misselijke gevoel ging maar niet over.
Toen hij die avond zijn gebed opzei, vertelde Connor zijn hemelse Vader over de plaatjes die hij had gezien. Hij zei dat hij er spijt van had en het nooit meer zou doen. Na dat gebed voelde hij zich iets rustiger, maar hij voelde ook dat hij er met zijn moeder over moest praten. Connor wilde haar eigenlijk niet vertellen wat er was gebeurd. Wat als ze kwaad of teleurgesteld was?
Uiteindelijk besloot Connor toch met haar te praten. Hij ging naar mama’s kamer en ging bij haar op bed zitten, waar ze aan het lezen was.
‘Mama, kan ik met je praten?’ vroeg hij.
‘Natuurlijk lieverd’, zei ze. ‘Wat is er?’
Hij gooide het er allemaal uit. Hij vertelde haar wat zijn vriendje had gezegd en wat hij had gezien toen hij de website opende. Mama keek hem doordringend aan, maar ze leek niet boos.
‘Ik wist niet wat ik moest doen’, zei Connor. ‘Dus ik heb de computer maar uitgezet en ben weggelopen. Het spijt me, mama. Ik had dat adres nooit moeten typen, maar ik wist niet dat het slecht was.’
Mama gaf Connor een knuffel. ‘Connor, het spijt me erg dat je die plaatjes hebt gezien’, zei ze. ‘Sommige mensen proberen kinderen over te halen naar slechte dingen te kijken. Maar je hebt goed gehandeld. Als je slechte plaatjes op de computer ziet, moet je hem “uitzetten en melden” wat er gebeurd is. Dat betekent dat je op de aan-uitknop drukt om de computer uit te zetten en het me daarna direct komt zeggen. Je hebt precies het goede gedaan.’
Connor voelde zich erg opgelucht!
‘Connor, weet dat het niet jouw schuld is’, zei mama. ‘Het was een vergissing en je hoeft je niet schuldig te voelen over wat er is gebeurd.’
‘Maar mam, als ik het goede heb gedaan, waarom voel ik me dan zo naar van binnen?’
‘De Heilige Geest laat ons weten wanneer iets gevaarlijk is’, legde mama uit. ‘Het gevoel dat je kreeg, was de Heilige Geest die je vertelde om weg te gaan. Ik zal een filter op onze computer plaatsen dat slechte sites blokkeert, maar soms komen verkeerde dingen toch nog op het scherm. Dus als er weer zoiets gebeurt, weet je wat je moet doen, nietwaar?’
‘De computer uitzetten en het aan jou melden’, zei Connor.
‘Precies!’ zei mama.
Voordat hij terug naar bed ging, dankte Connor zijn hemelse Vader voor het opgeluchte gevoel. Tijdens het bidden voelde hij de vrede van de Heilige Geest. Hij wist dat alles in orde zou komen.