2016
De les van de santolboom
Februari 2016


Bespiegelingen

De les van de santolboom

De auteur woont in San Jose (Filipijnen).

We hebben veel weg van santolvruchten in een storm.

Op 23 juni 2009 werden de Filipijnen door een tyfoon geteisterd. Die middag was er in heel ons gebied een waarschuwing voor zwaar noodweer. De rest van die dag en nacht hoorden we iets op ons dak kloppen. Toen mijn zoon vroeg wat dat was, zei ik dat het onze santolboom was die door de wind heen en weer geblazen werd.

Ik had spijt dat ik de zoete vrucht van de santol de dag ervoor niet geplukt had, zoals ik van plan was geweest. Maar mijn moeder had me gezegd dat de vruchten nog niet rijp waren en dat ik ze moest laten hangen.

Om vijf uur ’s ochtends ging ik naar buiten om naar de boom te kijken. Ik vreesde dat alle vruchten op de grond zouden liggen. Ik kon de boom niet goed zien — het was buiten nog donker — maar ik zag vier kleine vruchten in onze achtertuin liggen.

Een uur later ging ik de boom weer bekijken. Tot mijn vreugde zag ik nog veel grote geelgroene vruchten aan de takken hangen. Ik raapte de gevallen vruchten op en merkte dat twee ervan onderaan bruine plekken hadden. Een andere vrucht had kleine zwarte stippen en de laatste was misvormd en had een oneffen schil.

Ik had verwacht dat de grote, zwaardere vruchten zouden vallen; die waren dubbel zo groot als de vruchten die ik opgeraapt had. Maar die hingen nog veilig aan de boom.

illustration of yellow fruit

Illustratie Allen Garns

Ik dacht na over die ervaring en kwam tot het besef dat wij veel weg hebben van de twee soorten santolvruchten — de vruchten die vielen en de vruchten die aan de boom bleven hangen. Wij kunnen ook vallen als we door de levensstormen worden gegeseld en ons niet aan onze levensboom, onze Heiland, Jezus Christus, vastklampen (zie 1 Nephi 8:10; 11:8–9, 20–23).

De vruchten die van onze santolboom vielen, waren door ziekte verzwakt en legden het af tegen de wind. De vruchten die aan de boom bleven hangen, haalden het omdat ze gezond en sterk waren. Als we niet geestelijk sterk en gezond blijven — door de Schriften en de woorden van hedendaagse profeten te bestuderen, de geboden te onderhouden, anderen te dienen — kunnen wij ook vallen als de tegenstander zijn troepen op ons afstuurt.

Op het ogenblik dat de broze vruchten geen kracht meer uit de santolboom konden putten, ontwikkelden ze zich niet verder. Zo maken wij ook geen geestelijke vooruitgang als wij onszelf van Christus, de ware wijnstok, afscheiden (zie Johannes 15:1; 1 Nephi 15:15).

Soms moeten ook wij met de wind meebuigen. Beproevingen maken deel uit van het leven maar zijn wij nederig van geest, dan kunnen we ons in moeilijke tijden naar de wil van God voegen. Dankzij nederigheid kunnen we ons van onze zonden bekeren, anderen vergeven en onrecht vergeten.

Nederigheid is nauw verwant aan geduld. Als we onze beproevingen geduldig doorstaan en net iets langer aan ons geloof vasthouden, krijgen we misschien de verlangde antwoorden. Vroeg of laat zal de Heiland de storm stillen. We zullen vrede en verlossing ontvangen. Als we gehoorzaam en getrouw blijven, kan niets ons van de liefde van God scheiden (zie Romeinen 8:38–39).