De correcte naam van de kerk
Jezus Christus heeft ons opgedragen om de kerk bij zijn naam te noemen, omdat zij zijn kerk is en ze met zijn macht vervuld is.
Geliefde broeders en zusters, op deze prachtige sabbatdag verheugen wij ons samen in onze vele zegeningen van de Heer. Wij zijn dankbaar voor uw getuigenis van het herstelde evangelie van Jezus Christus, voor de opofferingen die u zich hebt getroost om op het verbondspad te blijven of terug te komen, en voor uw toegewijde dienstbetoon in zijn kerk.
Ik heb het gevoel dat ik vandaag een belangrijke kwestie met u moet bespreken. Enkele weken geleden heb ik een verklaring uitgegeven over een koerswijziging wat de naam van de kerk betreft.1 Ik deed dat omdat de Heer mij ingaf hoe belangrijk de naam is die Hij voor deze kerk, De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, heeft vastgesteld.2
Zoals te verwachten was, liepen de reacties op die verklaring en de bijgewerkte stijlgids3 uiteen. Veel leden corrigeerden onmiddellijk de naam van de kerk in hun blog en hun profiel op sociale media. Anderen vroegen zich af waarom het, met alles wat er in de wereld gaande was, nodig was om op zoiets ‘onbeduidends’ nadruk te leggen. En sommige mensen zeiden dat het onmogelijk was, dus waarom het dan zelfs maar proberen? Ik zal uitleggen waarom we deze kwestie zo belangrijk vinden. Maar laat ik eerst verklaren wat dit niet is:
-
Het is geen naamswijziging.
-
Het is geen huisstijlwijziging.
-
Het is geen cosmetische verbetering.
-
Het is geen gril.
-
En het is niet onbeduidend.
Het is wél een correctie. Het is het gebod van de Heer. Joseph Smith gaf de kerk die door zijn toedoen werd hersteld niet haar naam. Mormon ook niet. Het was de Heiland zelf die zei: ‘Want aldus zal mijn kerk in de laatste dagen heten, ja, De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen.’4
Lang daarvoor, in het jaar 34 na Christus, gaf onze herrezen Heer een soortgelijke instructie aan de leden van zijn kerk die Hij in Amerika bezocht. Hij zei toen:
‘U [moet] de kerk met mijn naam aanduiden; […]
‘En hoe kan het mijn kerk zijn, indien die niet met mijn naam wordt aangeduid? Want indien een kerk met de naam van Mozes wordt aangeduid, dan is het de kerk van Mozes; of indien die met de naam van een mens wordt aangeduid, dan is het de kerk van een mens; maar indien die met mijn naam wordt aangeduid, dan is het mijn kerk.’5
Daarom staat de naam van de kerk niet ter discussie. Als de Heiland duidelijk zegt hoe de naam van de kerk moet luiden, en vooraf nog zegt: ‘Zo zal mijn kerk heten’, dan meent Hij het. En als we toestaan dat er bijnamen worden gebruikt, en die misschien zelf nog overnemen of aanmoedigen ook, mishaagt dat Hem.
Wat maakt een naam, of in dit geval een bijnaam, eigenlijk uit? In bijnamen van de kerk, zoals ‘de HLD-kerk’, de ‘mormoonse kerk’ of ‘de kerk van de heiligen der laatste dagen’ schittert één element door afwezigheid: de naam van de Heiland staat er niet in. De naam van de Heer weglaten uit de naam van de kerk van de Heer is een grote overwinning voor Satan. Als we de naam van de Heiland laten vallen, is dat een subtiele manier om al wat Jezus Christus voor ons heeft gedaan – zelfs zijn verzoening – gering te schatten.
Bekijk het eens van zijn kant: in het voorsterfelijk leven was Hij Jehova, de God van het Oude Testament. Op aanwijzing van zijn Vader schiep Hij deze en andere werelden.6 Hij besloot om zijn wil aan die van de Vader te onderwerpen en iets voor al Gods kinderen te doen dat niemand anders kon! Hij verwaardigde Zich om als de Eniggeborene van de Vader in het vlees naar de aarde te komen, waar Hij gehoond, bespot, bespuwd en gegeseld werd. In de hof van Gethsémané nam onze Heiland elke pijn, elke zonde en elke kwelling op Zich van u en mij en iedereen die ooit heeft geleefd of zal leven. Onder het gewicht van die ondraaglijke last, bloedde Hij uit elke porie.7 Al dit lijden werd heviger toen Hij op Golgotha wreed gekruisigd werd.
Door deze uiterst pijnlijke ervaringen, zijn opstanding en zijn oneindige verzoening verleende Hij alle mensen onsterfelijkheid en verloste ons van de gevolgen van zonde, op voorwaarde van bekering.
Na de opstanding van de Heiland en de dood van zijn apostelen verviel de wereld eeuwenlang tot duisternis. En toen verschenen in het jaar 1820 God de Vader en zijn Zoon, Jezus Christus, aan de profeet Joseph Smith om de herstelling van de kerk van de Heer in gang te zetten.
Na al wat Hij had doorstaan, en na al wat Hij voor de mens had gedaan, besefte ik tot mijn grote spijt dat wij onbewust hadden toegestaan dat de herstelde kerk van de Heer andere namen kreeg, waarin stuk voor stuk de heilige naam van Jezus Christus was weggelaten!
Elke zondag dat we aan het avondmaal deelnemen, beloven we onze hemelse Vader opnieuw plechtig dat we gewillig zijn de naam van zijn Zoon, Jezus Christus, op ons te nemen.8 We beloven Hem te volgen, zijn geboden te onderhouden en Hem altijd indachtig te zijn.
Als we zijn naam uit die van zijn kerk weglaten, dan verwijderen we per ongeluk Hem uit het middelpunt van ons leven.
De naam van de Heiland op ons nemen, houdt onder meer in dat we dit aan anderen verklaren, en dat we er met onze daden en woorden van getuigen dat Jezus de Christus is. Zijn we zo bang geweest om iemand te beledigen die ons ‘mormonen’ noemde dat we verzuimd hebben om de Heiland te verdedigen, voor Hem op te komen, al is het maar door het gebruik van de naam die zijn kerk is gegeven?
Als wij gezamenlijk als leden, maar ook individueel, toegang tot de verzoening van Jezus Christus willen – om ons te reinigen en te genezen, te sterken en groot te maken, en uiteindelijk te verhogen – moeten we Hem duidelijk als de bron van die kracht erkennen. We kunnen beginnen met zijn kerk te noemen bij de naam die Hij haar heeft gegeven.
Voor een groot deel van de wereld is de kerk van de Heer momenteel vermomd als de ‘mormoonse kerk’. Maar wij als leden van de kerk van de Heer weten wie er aan het hoofd staat: Jezus Christus zelf. Helaas denken veel mensen die de term mormoon horen dat we Mormon aanbidden. Maar dat is niet zo! We eren en respecteren die grote profeet uit het oude Amerika.9 Maar wij zijn geen discipelen van Mormon. Wij zijn discipelen van de Heer.
In de begintijd van de herstelde kerk werden termen zoals mormoonse kerk en mormonen10 vaak als wrede, spottende bijnamen gebruikt, met de bedoeling om Gods hand in de herstelling van de Kerk van Jezus Christus in deze laatste dagen te verhullen.11
Broeders en zusters, er zijn veel wereldse argumenten tegen het in ere herstellen van de juiste naam van de kerk. Omdat we in een digitale wereld leven, en omdat we door zoekmachine-optimalisatie bijna onmiddellijk de informatie vinden die we nodig hebben – inclusief informatie over de kerk van de Heer – zeggen critici dat het onverstandig is om nu nog een correctie aan te brengen. Anderen vinden dat we, omdat we wijd en zijd bekend staan als ‘mormonen’ en als ‘mormoonse kerk’, we er het beste van moeten maken.
Als dit een discussie over het promoten van de merknaam van een door mensen opgerichte organisatie was, zouden die argumenten misschien doorslaggevend zijn. Maar in deze cruciale zaak zien wij op naar Hem wiens kerk dit is, en erkennen we dat de wegen van de Heer niet die van de mens zijn, en dat ook nooit zullen worden. Als we geduldig en goed ons deel doen, zal de Heer ons met deze belangrijke taak helpen. Tenslotte weten we dat de Heer hen helpt die ernaar streven zijn wil te doen, zoals Hij Nephi hielp met de bouw van een schip om de oceaan over te steken.12
We moeten bij het corrigeren van deze fouten hoffelijk en geduldig zijn. De verantwoordelijke media zullen sympathiek op ons verzoek reageren.
Ouderling Benjamin De Hoyos heeft het hier tijdens een eerdere algemene conferentie al over gehad. Hij zei:
‘Toen ik enkele jaren geleden voor het kantoor van de afdeling public affairs van de kerk in Mexico werkte, kregen [een collega en ik] een uitnodiging voor een praatprogramma op de radio. […] [Een van de programmaleiders] vroeg [ons]: “Waarom heeft de kerk zo’n lange naam […]”
‘Mijn collega en ik glimlachten om die uitstekende vraag en legden uit dat de naam van de kerk niet door de mens gekozen was. Hij was door de Heiland [gegeven]. […] Waarop de presentator onmiddellijk vol respect antwoordde: “Dan zullen we die naam met groot plezier gebruiken.”’13
In die ervaring kunnen we een patroon herkennen. Ieder van ons zal zijn uiterste best moeten doen om de fouten te corrigeren die er in de loop der jaren in zijn geslopen.14 Het is aan de rest van de wereld om wel of niet de correcte naam te gebruiken. Maar het is niet logisch om gefrustreerd te raken omdat de wereld de kerk en haar leden bij de verkeerde naam noemt terwijl we dat zelf óók doen.
Onze bijgewerkte stijlgids is nuttig. Daarin staat: ‘Bij de eerste vermelding wordt de voorkeur gegeven aan de volledige naam van de kerk: “De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen.” Als u [bij een latere vermelding] een verkorte naam wilt gebruiken, moedigen wij u aan om termen als “de kerk” of “de Kerk van Jezus Christus” te bezigen. De “herstelde kerk van Jezus Christus” is tevens juist en we moedigen het gebruik ervan aan.’15
Als iemand vraagt: ‘Bent u mormoon?’, zou u kunnen antwoorden: ‘Als u vraagt of ik lid ben van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, ja, dat ben ik!’
Als iemand vraagt: ‘Bent u heilige der laatste dagen?’,16 zou u kunnen antwoorden: ‘Ja, dat ben ik. Ik geloof in Jezus Christus en ben lid van zijn herstelde kerk.’
Mijn geliefde broeders en zusters, ik beloof u dat als we ons best doen om de juiste naam van de kerk van de Heer in ere te herstellen, Hij van wie deze kerk is, zijn macht en zegeningen op de hoofden van de heiligen der laatste dagen zal uitstorten,17 overvloediger dan we ooit hebben meegemaakt. Dan hebben we Gods kennis en macht om ons te helpen met het brengen van de zegeningen van het herstelde evangelie van Jezus Christus aan elke natie, tong en taal, en met het voorbereiden van de wereld op de wederkomst van de Heer.
Dus wat maakt een naam uit? Als het op de naam van de kerk van de Heer aankomt, is het antwoord: ‘Alles!’ Jezus Christus heeft ons opgedragen om de kerk bij zijn naam te noemen, omdat zij zijn kerk is en ze met zijn macht vervuld is.
Ik weet dat God leeft. Jezus is de Christus. Hij leidt zijn kerk in deze tijd. Dat getuig ik in de heilige naam van Jezus Christus. Amen.