2018
Leren van conferentieboodschappen (2018 en 2019)
November 2018


Leren van conferentieboodschappen (2018 en 2019)

De leringen van hedendaagse profeten, zieners en openbaarders kunnen geïnspireerde aanwijzingen verschaffen voor het werk van het ouderlingenquorum en de zustershulpvereniging. Het quorumpresidium ouderlingen of het ZHV-presidium kiest voor de weken waarin conferentieboodschappen bestudeerd worden op basis van de behoeften van de leden een relevante conferentietoespraak uit. De bisschop of ringpresident kan bij gelegenheid ook een boodschap voorstellen. Leidinggevenden dienen de nadruk te leggen op toespraken van de leden van het Eerste Presidium en het Quorum der Twaalf Apostelen. Leden van het presidium mogen evenwel naar de behoeften van plaatselijke heiligen en onder inspiratie van de Geest elke gepaste boodschap uit de meest recente conferentie kiezen.

Leidinggevenden en leerkrachten moedigen de leden aan om de uitgekozen boodschappen van te voren te lezen. Ze moedigen de leden aan voorbereid naar bijeenkomsten te komen om te vertellen welke evangelie-inzichten ze hebben opgedaan en hoe we die beginselen kunnen toepassen. Met de onderstaande leeractiviteiten, die op beginselen in Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland zijn gebaseerd, kunnen de leden meer uit de conferentieboodschappen halen.

Ouderling Quentin L. Cook

Quentin L. Cook, ‘Diepe en blijvende bekering tot onze hemelse Vader en de Heer Jezus Christus’

De leden zijn vast benieuwd naar de eerste reacties van anderen toen ze in ouderling Cooks toespraak over de aangekondigde veranderingen hoorden. Als een vriend of vriendin van een ander geloof zou vragen waarom de kerk deze aanpassingen doorvoert, wat zouden ze dan zeggen? Moedig ze aan om in ouderling Cooks boodschap naar mogelijke antwoorden te zoeken. Wat kunnen wij individueel, als gezin, en als quorum of ZHV doen zodat we met de veranderingen het oogmerk van de Heer verwezenlijken? Bespreek eventueel ook inzichten uit president Nelsons openingswoord die leden inspireren om deze veranderingen ‘enthousiast [te] omarmen’.

Ouderling Ronald A. Rasband

Ronald A. Rasband, ‘Wees niet verontrust’

Ouderling Rasband haalt in zijn boodschap diverse Schriftteksten aan die ons kunnen helpen om mogelijke angsten met betrekking tot de zware tijden waarin we leven te verdrijven. Laat de leden in deze Schriftteksten naar raad zoeken waarmee ze iemand met angst voor de toekomst gerust kunnen stellen. Wat kunnen ze nog meer uit ouderling Rasbands boodschap aanhalen? Hoe kan angst ‘het perspectief van Gods kinderen beperk[en]’? Vraag de leden hoe ze hebben geleerd om met hun angsten om te gaan en in geloof te leven.

Ouderling David A. Bednar

David A. Bednar, ‘Alles in Christus bijeenbrengen’

Laat desgewenst een touw en een afvinklijstje zien. Laat de leden het verschil bespreken tussen evangeliebeginselen en kerkelijke programma’s als een touw of als afvinklijstje van losse onderwerpen en taken zien. Moedig de leden aan om in de voorbeelden in ouderling Bednars boodschap naar inzichten te zoeken. Wat betekent ‘alles in Christus bijeenbrengen’? (Zie Efeze 1:10.) Wat kunnen wij doen om de belofte aan het eind van ouderling Bednars boodschap te ontvangen?

President Dallin H. Oaks

Dallin H. Oaks, ‘Waarheid en het plan’

Hoe kunnen we baat hebben bij ‘herstelde evangeliewaarheden’ wanneer we op ons geloof en onze gebruiken aangevallen worden? De leden kunnen voorbeelden van fundamentele waarheden in deel II van president Oaks’ boodschap doornemen voor antwoorden op deze vraag. Ze kunnen ook voorbeelden doornemen van hoe deze waarheden toegepast worden (zie deel III). Laat de leden desgewenst een rollenspel doen en kritiek op een lering of gebruik van de kerk met sommige van deze fundamentele waarheden pareren.

Ouderling D. Todd Christofferson

D. Todd Christofferson, ‘Onwrikbaar en standvastig in het geloof in Christus’

U kunt een bespreking van deze boodschap beginnen door een lijn op het bord te tekenen met Sociaal gemotiveerd aan het ene uiteinde en Toewijding zoals Christus aan het andere uiteinde. Laat de leden de alinea lezen die begint met ‘De meesten van ons bevinden zich momenteel ergens op een continuüm’ en overdenken waar ze zich naar hun gevoel op dit continuüm bevinden. Wat leren we uit de voorbeelden in ouderling Christoffersons boodschap waardoor we onwrikbaar en standvastig willen blijven in tijden van ellende? (Zie ook Alma 36:27–28.) Vraag de leden naar voorbeelden van mensen die ze kennen die ook in tijden van ellende zoals Christus toewijding aan het evangelie hebben getoond.

Ouderling Ulisses Soares

Ulisses Soares, ‘Eén in Christus’

In welke opzichten is de rivier de Amazone volgens ouderling Soares met leden van de herstelde kerk van Jezus Christus te vergelijken? Wat leren we uit deze vergelijking over de invloed die nieuwe leden op de kerk kunnen hebben? Hoe kunnen we als quorum of ZHV ouderling Soares’ raad opvolgen om nieuwe leden te bemoedigen, te steunen en lief te hebben? (Zie Moroni 6:4–5.) Vraag enkele leden wat voor moeilijkheden ze als nieuw lid van de kerk zoal ondervonden en hoe ze door andere leden geholpen zijn. U kunt ook bespreken hoe nieuwe leden uw wijk of gemeente versterkt hebben.

Ouderling Gerrit W. Gong

Gerrit W. Gong, ‘Het kampvuur van ons geloof’

Laat desgewenst een afbeelding van een kampvuur zien en vraag iemand wanneer hij of zij dankbaar voor een kampvuur was. Laat de leden bespreken wat ouderling Gong met een ‘kampvuur van geloof’ bedoelt. Verdeel de leden vervolgens in groepen en laat elke groep een van de vijf manieren doornemen en bespreken waarop een ‘kampvuur van geloof’ ons volgens ouderling Gong kan bemoedigen. Laat de leden overdenken hoe zij hun eigen geloof, of het geloof van iemand die zij kennen, kunnen versterken.

Ouderling Dieter F. Uchtdorf

Dieter F. Uchtdorf, ‘Geloven, liefhebben, doen’

Schrijf de woorden Wanhoop en Geluk op het bord om een bespreking te beginnen. Laat de leden in de boodschap naar houdingen en opvattingen zoeken die wanhoop en geluk in de hand werken. Zet hun reacties op het bord. Vraag de leden naar het geluk dat ze ervaren hebben door te geloven, lief te hebben en te doen zoals ouderling Uchtdorf dat aangeeft. Laat de leden een bemoedigend citaat uit de boodschap bij hen thuis ophangen of met een vriend(in) bespreken.

Zuster Joy D. Jones

Joy D. Jones, ‘Voor Hem’

Vertel het verhaal aan het begin van zuster Jones’ boodschap en vraag de leden wanneer hun moeite om te dienen naar hun idee ‘niet werd opgemerkt of gewaardeerd, of zelfs niet gewenst was’. Zet na de bespreking van het verhaal op het bord: Waarom behoren we te dienen? Laat de leden deze vraag beantwoorden door inzichten uit de rest van zuster Jones’ boodschap op te doen (zie ook Leer en Verbonden 59:5). Hoe kan zuster Jones’ raad verandering brengen in de manier waarop we bedienen en voor elkaar zorg dragen?

Zuster Michelle D. Craig

Michelle D. Craig, ‘Goddelijke ontevredenheid’

Zuster Craig zegt ‘dat er een kloof is tussen waar en wie we zijn, en waar en wie we willen worden.’ Hoe moeten we ons volgens God over deze kloof voelen? Welk gevoel wil Satan ons erover laten hebben? Elk lid kan in een van de drie onderdelen van zuster Craigs boodschap naar antwoorden op deze vragen zoeken. Hoe kunnen wij ervoor zorgen dat onze ‘goddelijke ontevredenheid’ geen ‘verlammende ontmoediging’ wordt?

Zuster Cristina B. Franco

Cristina B. Franco, ‘De vreugde van onbaatzuchtig dienstbetoon’

Zuster Franco maakt aan de hand van twee verhalen duidelijk dat ‘liefde wordt geheiligd door opoffering’. Eén verhaal gaat over Victoria en het andere over een weduwe. Vraag desgewenst twee leden van tevoren wat ze uit deze verhalen over liefde en opoffering leren. Wat voor ervaringen hebben wij waaruit hetzelfde beginsel spreekt? Een video vertonen waarin de Heiland anderen dient (zoals ‘Verlicht de wereld – volg het voorbeeld van Jezus Christus’ op LDS.org), kan een bespreking op gang brengen over de vraag hoe we zijn voorbeeld van ‘dienstbaarheid, gecombineerd met liefde en toewijding’ kunnen volgen.

President Henry B. Eyring

Henry B. Eyring, ‘De rol van de vrouw in het evangelieonderricht thuis’

Schriftteksten en citaten uit ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’ die president Eyring in zijn boodschap gebruikt, bieden inzicht in de belangrijke invloed van vrouwen in het gezin. De leden kunnen deze Schriftteksten en citaten samen opzoeken en bespreken wat ze ervan opsteken. Waartoe nodigt president Eyring ons uit? Welke beloften doet hij? Misschien kan samen een lofzang over het gezin zingen of lezen, zoals ‘Als een hemel op aarde’ (Lofzangen, nr. 194), de bespreking ten goede komen.

President Dallin H. Oaks

Dallin H. Oaks, ‘Ouders en kinderen’

Bedenk bij uw voorbereiding welk gedeelte van president Oaks’ boodschap het meest relevant is voor de mensen in uw quorum of ZHV. Hier zijn mogelijke vragen die u kunt stellen om een bespreking over zijn boodschap op gang te brengen: hoe werken de hedendaagse trends die president Oaks in deel I van zijn boodschap noemt het plan van onze hemelse Vader tegen? Welke voorbeelden van trouwe vrouwen kennen wij die de uitspraken over vrouwen in deel II belichamen? Hoe kunnen wij de jongevrouwen die we kennen, aanmoedigen om president Oaks’ specifieke raad aan hen in deel III op te volgen?

President Russell M. Nelson

President Russell M. Nelson, ‘Deelname van de zusters aan de vergadering van Israël’

Als u de ZHV-zusters onderwijst, verdeel ze dan eventueel in vier groepen en laat elke groep een van de vier uitnodigingen in president Nelsons boodschap lezen. De groepen kunnen bespreken wat ze uit de uitnodiging halen, welke ervaringen ze met de uitvoering ervan gehad hebben, en wat voor ideeën ze hebben om er in de toekomst meer mee te doen. Elke groep kan vervolgens aan de anderen vertellen waar ze over gesproken hebben. Als u priesterschapsdragers onderwijst, kunt u ze naar uitspraken in president Nelsons boodschap laten zoeken die aangeven wat onze hemelse Vader voor zijn dochters voelt. Wat kunnen wij doen om deelname van de zusters aan de vergadering van Israël te ondersteunen en aan te moedigen?

President M. Russell Ballard

M. Russell Ballard, ‘Het visioen over de verlossing van de doden’

U kunt de leden stimuleren om op president Ballards aansporing in te gaan en vóór uw bespreking Leer en Verbonden 138 te lezen. Vraag de leden tijdens de bijeenkomst naar hun ervaringen met, en hun inzichten in, deze afdeling. Door vragen als de volgende kunnen de leden het belang van deze openbaring beter begrijpen: hoe kunnen we troost uit deze openbaring putten? En: wat kan deze openbaring ‘voor ons dagelijkse leven beteken[en]’?

Zuster Bonnie H. Cordon

Bonnie H. Cordon, ‘Een herder worden’

Laat de leden overdenken hoe ze hun bedieningswerk op een hoger peil kunnen brengen. Verdeel ze daartoe bijvoorbeeld in drie groepen en laat elke groep een van de drie onderdelen van zuster Cordons boodschap lezen. Vraag ze welke beginselen ze voor hun bediening geleerd hebben. Hoe kunnen we met deze beginselen als leidraad ‘de herders [worden] die de Heer voor ogen heeft’? Vraag de leden wanneer zij door de bediening van een ander zijn gaan beseffen dat de Heiland ze kent en liefheeft.

Ouderling Jeffrey R. Holland

Jeffrey R. Holland, ‘Een bediening van verzoening’

U kunt een bespreking over ouderling Hollands boodschap beginnen door de leden aan een relatie in hun leven te laten denken die genezing of verzoening behoeft. Laat ze vervolgens in ouderling Hollands boodschap opzoeken hoe Brad en Pam Bowen hun vader konden helpen genezen. Wat voor zegeningen kwamen daaruit voort? Welke inzichten doen de leden op waardoor hun eigen relaties beter kunnen genezen?

Ouderling Neil L. Andersen

Neil L. Andersen, ‘Verwond’

Lees ter inleiding van ouderling Andersens boodschap samen Lukas 10:30–35 of bekijk de video ‘De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan’ (LDS.org). In welk opzicht lijken we allemaal op de man die in de handen van rovers viel? In welke zin is Jezus Christus volgens ouderling Andersen ‘onze barmhartige Samaritaan’? Hoe kunnen we zijn genezing aannemen? Vraag de leden hoe de Heiland hun wonden of de wonden van dierbaren genezen heeft. Ze kunnen ook in ouderling Andersens woorden zoeken naar een bemoedigende boodschap voor iemand die verwond is.

President Russell M. Nelson

Russell M. Nelson, ‘De correcte naam van de kerk’

Jezus Christus heeft het gebod gegeven dat de kerk met zijn naam aangeduid moet worden. U kunt de leden stimuleren om dit gebod nog beter na te komen door ze in president Nelsons boodschap naar redenen te laten zoeken waarom ‘de naam van de kerk niet ter discussie’ staat. Laat ze vervolgens aan het eind van president Nelsons boodschap naar beloften zoeken die in vervulling gaan als we eraan werken om ‘de juiste naam van de kerk van de Heer in ere te herstellen’. Wat kunnen wij in dat opzicht doen?

President Henry B. Eyring

Henry B. Eyring, ‘Doe het, doe het, doe het’

President Eyring stelt twee cruciale vragen: ‘Wat moet ik doen om [de] naam [van de Heiland] op mij te nemen?’ En: ‘Hoe weet ik dat ik daar vooruitgang in maak?’ Schrijf deze vragen op het bord en vraag de leden naar hun inzichten die ze uit president Eyrings boodschap en zuster Eyrings voorbeeld opdoen. President Eyring verwijst ook naar het lied ‘Ik wil graag als Jezus worden’ (Kinderliedjes, 40–41). Wat voegen de woorden van dit lied aan de bespreking toe?

Ouderling Dale G. Renlund

Dale G. Renlund, ‘Kies dan nu’

Laat de leden denken aan iemand die ze willen aanmoedigen om het plan van onze hemelse Vader te volgen, zoals een familielid of iemand die zij bedienen. Laat ze daarna in ouderling Renlunds boodschap ontdekken wat onze hemelse Vader en Jezus Christus voor ons voelen. Hoe helpen Zij ons om voor gehoorzaamheid te kiezen? Hoe kunnen wij naar aanleiding van hun voorbeeld beter in ons gezin en onze bediening functioneren?

Ouderling Gary E. Stevenson

Gary E. Stevenson, ‘Zielen hoeden’

De mensen die u onderwijst, hebben zich misschien ook wel de volgende vraag uit ouderling Stevensons toespraak gesteld: ‘Hoe weten we of we op de wijze van de Heer dienen?’ Het zou nuttig kunnen zijn om ze mogelijke antwoorden op deze vraag in de boodschap op te laten zoeken en die te bespreken. U kunt ook een plaat van de Heiland als herder laten zien (zie Evangelieplatenboek [2009], nr. 64). Vraag de leden iets uit ouderling Stevensons boodschap te noemen waar de plaat aan refereert. De leden kunnen dan vertellen waartoe ze zich door de bespreking aangezet voelen.