2019
Goed genoeg voor de tempel?
Maart 2019


Uitsluitend digitaal

Goed genoeg voor de tempel?

De auteur woont in Saint Michael (Barbados).

Ik dacht dat ik niet goed genoeg was om de tempel te betreden, maar de Geest liet me weten dat ik dat wel was.

Ik heb mijn hele leven lang gehoord hoe belangrijk het is dat we naar de tempel gaan. Ik weet nog dat we in het jeugdwerk ‘Ik kijk graag naar de tempel’ en ‘Ons gezin kan eeuwig zijn’ zongen. Die liedjes herinnerden me eraan dat de tempel heilig is en dat we goed moeten leven, zodat we de tempel kunnen binnengaan. Ik had geleerd dat onze hemelse Vader daar verblijft en dat het uiterst belangrijk was om die heilige plek te betreden.

Mijn ouders waren er al geweest, hoewel ze de mogelijkheid niet hadden om er zo vaak naartoe te gaan als ze wilden. Een jaar na hun huwelijk waren ze voor het eerst samen naar de tempel gegaan. Het was moeilijk, want hoewel ze beseften dat ze het zich niet konden veroorloven om te gaan, wisten ze ook dat ze het zich niet konden veroorloven om niet te gaan. Mijn ouders beklemtoonden altijd hoe belangrijk het was om zo vroeg mogelijk naar de tempel te gaan en een tempelhuwelijk na te streven. Ze lieten me ook zien hoe belangrijk en heilig hun verbonden waren. Ze vertelden me dat ze door het nakomen van hun verbonden veel zegeningen hadden ontvangen. Ik wilde die ook en besloot hun voorbeeld te volgen. Door de jaren heen probeerde ik me altijd op de tempel te richten, hoewel de dichtstbijzijnde tempel ver weg was.1

Hier in Barbados kunnen we niet te voet of met de bus naar de tempel gaan. Als we naar de tempel willen gaan, moeten we het vliegtuig nemen. Volgens mij is dat de reden dat zoveel leden hun bezoek aan de tempel koesteren.

Uiteindelijk zou ik voor het eerst naar de tempel gaan, maar om de een of andere reden bekroop mij het gevoel dat ik beter niet kon gaan. Het eerste wat bij me opkwam, was dat hoewel ik mijn best deed, dat niet genoeg was; ik was niet tempelwaardig. Ik maakte me er ontzettend ongerust over. Ik deed zeker mijn best, dus waarom voelde ik me dan zo ontmoedigd?

Ik besloot dat ik voor zo’n grote beslissing mijn hemelse Vader moest raadplegen. Wilde Hij dat ik ging of was ik echt niet goed genoeg?

De daaropvolgende twee weken bracht ik bijna geheel op mijn knieën door en ik vastte ook vaak. Ik deed mijn best om de Geest bij me te houden. En hoewel ik me na mijn vurige avondgebed vaak onzeker voelde, wist ik dat mijn hemelse Vader zou antwoorden. Ik moest gewoon geduldig zijn.

De daaropvolgende zondag voelde ik de Geest heel sterk in de vasten-en-getuigenisdienst. Ik sloot mijn ogen terwijl het avondmaal werd bediend, en dat was het moment waarop ik mijn antwoord kreeg. Het voelde alsof mijn hemelse Vader tegen me zei: ‘Zariah, als het van Mij is, hoe kan het dan fout zijn?’

Toen ik die woorden voelde, kreeg ik tranen in mijn ogen en werd ik door liefde overspoeld. Ik wist dat mijn hemelse Vader elk van mijn gebeden gehoord had. Hij wist hoe ontoereikend ik me voelde, maar Hij herinnerde me er ook aan dat we dankzij de Heiland en zijn verzoening elke dag een beetje beter kunnen worden. Op dat ogenblik verdwenen al mijn gevoelens van ontoereikendheid.

Toen ik die middag thuiskwam, vertelde ik mijn familie over mijn antwoord, namelijk dat ik naar het huis van de Heer moest gaan om de bijzondere, heilige verbonden te sluiten die we voor het eeuwige leven nodig hebben.

Tijdens de gesprekken met mijn gemeentepresident en de zendingspresident voelde ik me nog beter over mijn keuze. Onze hemelse Vader stelde me tijdens die twee gesprekken gerust dat ik de juiste beslissing had genomen, dat ik tempelwaardig en goed genoeg was.

Dat gevoel is tot aan de tempel bij me gebleven. Toen ik die heilige plek voor het eerst betrad, was het alsof mijn hemelse Vader zijn armen om me heen sloeg en zei: ‘Welkom thuis.’ Het was een fantastisch gevoel dat ik nooit zal vergeten.

Ik ben heel dankbaar voor mijn ouders en voor hun goede voorbeeld. Ik ben dankbaar dat ze me het belang van de tempel hebben ingeprent en me hebben voorbereid om deze heilige plek te betreden. Maar ik ben vooral mijn hemelse Vader dankbaar, omdat Hij ons een stukje hemel op aarde gegeven heeft. Hij stelt ons in staat om heilige verbonden te sluiten voor onszelf en voor onze voorouders die ze zelf niet hebben kunnen sluiten.

De tempel is een bewijs van de liefde van onze hemelse Vader voor ons. We zijn vaak voor onszelf het meest kritisch. Soms voelen we ons onvolmaakt of ontmoedigd, maar we mogen niet vergeten dat we niet volmaakt hoeven te zijn om tempelwaardig te zijn. Als onze tekortkomingen ons neerhalen en we denken dat we niet goed genoeg zijn, moeten we het zoenoffer van de Heiland indachtig zijn en Hem om hulp vragen. De verzoening van Jezus Christus stelt iedereen in staat om naar de tempel te gaan. De Geest kan ons laten weten dat we goed genoeg zijn. We zijn niet volmaakt, en onze hemelse Vader weet dat. Maar het allerbelangrijkste is dat we dagelijks ons best doen om tempelwaardig te zijn. De tempel is de allerbelangrijkste plek. Ik ben blij dat ik er heen kon.

Noot

  1. Zie Thomas S. Monson, ‘De heilige tempel: een baken voor de wereld,’ Liahona, mei 2011, 93.