Ik moet nog erg veel over het priesterschap leren
Ik herinner me dat ik me als jongevrouw, en later als zendelinge, afvroeg of bepaalde Schriftteksten op mij als vrouw van toepassing waren, met name die over zendingswerk en het priesterschap. Sindsdien hebben anderen mij in mijn verschillende kerkroepingen en als godsdienstleerkracht gevraagd in hoeverre het priesterschap op ze van toepassing is.
Zoals ik in mijn artikel op pagina 34 vertel, hebben kerkleiders de leden de afgelopen jaren gevraagd om het priesterschap beter te gaan begrijpen. President Russell M. Nelson uitte de zorg dat ‘te veel van onze broeders en zusters […] de notie van priesterschapsmacht en -gezag niet helemaal’ begrijpen.1
Het gezegde dat ‘informatie inspiratie inspireert’ is waar. Bij mijn studie van het priesterschap en mijn godsdienstlessen over dat onderwerp aan studenten ben ik niet alleen tot het besef gekomen hoe weinig ik eigenlijk weet, maar heb ik ook mijn verstand en mijn hart voor eeuwige waarheid over het priesterschap open kunnen stellen.
Ik hoop dat u, wanneer u in dit nummer meer over het priesterschap te weten komt, zult gaan begrijpen dat onze hemelse Ouders ons met het priesterschap willen zegenen, en dat hedendaagse profeten ons smeken om goed gebruik te maken van deze voorrechten, vooral misschien wel de voorrechten die men in de tempel krijgt.
Met vriendelijke groeten,
Barbara Morgan Gardner