Evangeliebasis
God heeft gezegd dat we ons moeten laten dopen
Jezus Christus gaf het goede voorbeeld toen Hij Zich door iemand met Gods gezag liet dopen.
Hoewel er niet veel details van het persoonlijke leven van Jezus Christus bekend zijn, weten we wel dat Hij werd gedoopt toen Hij ongeveer 30 jaar oud was (zie Lukas 3:23). Van zijn voorbeeld leren we een en ander over de doop.
Voor iedereen
Als we oud en wijs genoeg zijn om onderscheid tussen goed en kwaad te maken, wil onze hemelse Vader dat we ons laten dopen (zie Leer en Verbonden 18:42). Jezus was volmaakt, maar toch besloot Hij Gods gebod te gehoorzamen en Zich te laten dopen (zie Mattheüs 3:13–17; 2 Nephi 31:7). Zelfs mensen die al gestorven zijn, kunnen de doop aanvaarden. Wij bieden ze die mogelijkheid door ons in de tempel voor ze te laten dopen. (Zie Leer en Verbonden 128:15–18.)
Met het juiste gezag
Jezus liet Zich niet door zomaar iemand dopen. Hij ging naar zijn neef Johannes, die priesterschapsgezag van God had. Na de dood van Jezus en zijn apostelen verdween dat priesterschapsgezag van de aarde. In 1829 verscheen Johannes de Doper aan Joseph Smith en gaf hem het gezag om in Gods naam te dopen. Doordat dit gezag hersteld is, kunnen wij ons nu met het juiste gezag laten dopen.
Een wederzijdse belofte
De doop is een wederzijdse belofte, oftewel een verbond dat we met God sluiten. Wij beloven:
-
de naam van Christus op ons te nemen;
-
altijd aan Hem te denken;
-
zijn geboden te onderhouden.
Op die voorwaarden belooft God ons dat zijn Geest altijd bij ons zal zijn. De woorden van de avondmaalsgebeden herinneren ons elke week aan dit verbond. (Zie Leer en Verbonden 20:77, 79.)
De Heilige Geest maakt een belangrijk deel uit van de doop
In de Schriften staat dat de Heilige Geest na Jezus’ doop als een duif verscheen (zie 2 Nephi 31:8). Tegenwoordig worden mensen die net gedoopt zijn, ook bevestigd. Dit betekent dat ze een bijzondere zegen krijgen waarin ze worden uitgenodigd om de geestelijk reinigende gave van de Heilige Geest te ontvangen (zie 2 Nephi 31:17). De Heilige Geest kan ons waarschuwen voor gevaar, ons leiden, ons ertoe brengen om goede beslissingen te nemen, en ons helpen om Gods liefde te voelen (zie Leer en Verbonden 39:6).
We kunnen ons altijd bekeren
God wist dat we elke dag vergissingen zouden begaan. Zelfs als we ons best deden, zouden we zondigen en tekortschieten in de naleving van onze doopbeloften. Daarom geeft Hij ieder van ons de kans om ons te bekeren. (Zie Leer en Verbonden 18:13.) We kunnen dagelijks ons best doen om ons te verontschuldigen voor wat we fout doen, en het goed te maken. We kunnen om Gods vergeving bidden. Als we daarna met een nederig hart aan het avondmaal deelnemen, kan de Heilige Geest tot ons komen en worden onze zonden vergeven, net alsof we weer gedoopt werden.
Wat staat er over de doop in de Schriften?
Ouders behoren hun kinderen op de doop voor te bereiden (zie Leer en Verbonden 68:25).
Kinderen onder de 8 jaar hoeven niet gedoopt te worden (zie Moroni 8).
Bij onze doop beloven we ‘te treuren met hen die treuren; […] hen te vertroosten die vertroosting nodig hebben, en om te allen tijde en in alle dingen en op alle plaatsen […] als getuige van God op te treden’ (Mosiah 18:9).
Aan u, mijn mededienstknechten, Michael Malm en Linda Curley Christensen