De gave van vergeving
Ouderling Neil L. Andersen
van het Quorum der Twaalf Apostelen
De Heer staat met open armen klaar om allen vergeving te schenken die zich van hun zonden bekeren en tot Hem komen.
Kom tot Mij, Eva Koleva Timothy
We krijgen blijvend geluk en vreugde door geloof in onze hemelse Vader en zijn geliefde Zoon, Jezus Christus. Al wat goed en mooi is, al wat heilig is, komt van Hen. Daar hoort vergeving bij, die onze ziel hernieuwt en onze status voor Hen bevestigt.
In ons voorsterfelijk leven verheugden we ons in de kans om naar de aarde te gaan, een stoffelijk lichaam te krijgen en meer op onze hemelse Vader te gaan lijken (zie Job 38:4–7). Maar wij wisten dat we met teleurstelling, ziekte, pijn, onrechtvaardigheid, verleiding en zonde te maken zouden krijgen.
Die moeilijkheden waren voorzien in het verlossingsplan van de Vader, en Hij riep zijn eniggeboren Zoon als onze Verlosser en Heiland. Jezus Christus zou op unieke wijze naar de aarde gaan en door zijn rechtschapenheid de banden van de dood verbreken. Als wij besluiten Hem te volgen en ons van onze zonden te bekeren, verwijdert Hij door zijn oneindige verzoening onze vergissingen en zonden uit het boek des levens.
Gebed en geloof
Onze bekering, gevolgd door vergeving door de Heiland van de wereld, is het fundament van onze gebeden en pogingen om naar ons hemelse thuis terug te keren. Ieder van ons die in Jezus Christus gelooft, dagelijks bidt, probeert de Heiland te volgen, regelmatig aan het avondmaal deelneemt en daarbij bereidwillig zijn naam op zich neemt, combineert dat alles met het verlangen om de aantrekkingskracht van de wereld te weerstaan en telkens een stap dichter bij onze Heiland te komen.
Zoals ouderling Neal A. Maxwell (1926–2004) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd: ‘Als we de weg […] kiezen […] van het discipelschap […], dan […] kunnen [we] van alleen maar Jezus erkennen overgaan op Jezus bewonderen, en uiteindelijk op Jezus navolgen. Tijdens dat proces om meer op Hem te gaan lijken […], moeten we een bekeerlijke houding hebben.’1
Bekering wordt dan een constante gedachte, een voortdurende inspanning. President Russell M. Nelson heeft gezegd:
‘Niets is meer bevrijdend, louterend of cruciaal voor onze vooruitgang dan regelmatige, dagelijkse bekering. […]
‘U zult merken dat u sterker wordt door dagelijkse bekering – door elke dag meer te doen om een beter mens te worden.’2
In gebed nemen we de gebeurtenissen van de dag door, en vragen we: ‘Waarin heb ik de hand van de Heer gezien? In welke opzichten waren mijn daden eerlijk en onzelfzuchtig? Wat had ik nog meer kunnen doen? Welke gedachten en emoties moet ik beheersen? Hoe had ik het voorbeeld van de Heiland beter kunnen volgen? Hoe had ik vriendelijker, liefdevoller, vergevensgezinder en barmhartiger voor anderen kunnen zijn? In welke opzichten was ik niet helemaal wat mijn hemelse Vader van me verwachtte?’
Houd dan stil en luister. Ons persoonlijke gebed doet het raam open dat persoonlijke openbaring van onze hemelse Vader binnenlaat.
Met geloof in Jezus Christus erkennen wij openlijk tegenover onze hemelse Vader welke dingen we verkeerd hebben gedaan, wat we over het hoofd hebben gezien, en in welke opzichten we niet attent genoeg zijn geweest. We vragen nederig om vergeving, luisteren naar de stille ingevingen van de Geest, en beloven onze hemelse Vader dat we beter op de dingen zullen letten die we kunnen verbeteren. We belijden onze zonden en verzaken ze (zie Leer en Verbonden 58:43). We maken met degenen die we hebben gekwetst of beledigd, goed wat er goed te maken is. Dat kan een excuus aan een huwelijkspartner of kind zijn, een boodschap aan een vriend of collega, of een voornemen om gehoor aan een in de wind geslagen ingeving te geven.
Als we van het avondmaal nemen en zo mogelijk regelmatig naar de tempel gaan, versterken en vergroten we ons geloof in Jezus Christus en ons verlangen om Hem te volgen.
Let op de lelies, Eva Koleva Timothy
‘Kom tot Mij’
Het is frappant hoe vaak de herrezen Heiland Jezus Christus in 3 Nephi het woord ‘bekeren’ met de woorden ‘kom tot Mij’ in verband brengt.
‘U [moet u] bekeren van uw zonden en tot Mij komen met een gebroken hart en een verslagen geest’ (3 Nephi 12:19; cursivering toegevoegd).
‘Wilt u [zich] niet […] van uw zonden bekeren en tot inkeer komen […].
‘Indien u tot Mij komt, zult u het eeuwige leven hebben. Zie, de arm van mijn barmhartigheid is naar u uitgestrekt, en wie ook komt, hem zal Ik aannemen; en gezegend zijn zij die tot Mij komen’ (3 Nephi 9:13–14; cursivering toegevoegd).
‘Daarom, wie zich bekeert en als een klein kind tot Mij komt, die zal Ik aannemen […]. Daarom, bekeer u, en kom tot Mij, u einden der aarde, en laat u redden’ (3 Nephi 9:22; cursivering toegevoegd).
Jezus sprak ook over hen die, uit eigen beweging of door omstandigheden, geen plekken van aanbidding meer bezoeken. Hij zei: ‘Zulke mensen zult u het woord blijven bedienen; want u weet niet of zij niet zullen terugkomen en zich bekeren, en met een volmaakt voornemen van hart tot Mij komen en Ik hen zal genezen’ (3 Nephi 18:32; cursivering toegevoegd).
President Nelson heeft gezegd: ‘Jezus Christus [staat] met open armen klaar […] en [wil] ons maar al te graag […] genezen, vergeven, reinigen, sterken en heiligen.’3
Wij willen uiteraard alles doen wat we kunnen. Ons berouw, ons voornemen om te veranderen, en ons gebroken hart, onze verslagen geest en goddelijke droefheid zijn allemaal belangrijk. Wij verlangen ernaar om ons gedrag te veranderen en het goed te maken met mensen die we gekwetst hebben.
Liefde voor het individu, Eva Koleva Timothy
Vergeving is een geschenk
Maar we moeten bedenken dat het goddelijke geschenk van vergeving niet verdiend kan worden, alleen maar ontvangen. Ja, we moeten geboden gehoorzamen en verordeningen verrichten om vergeving te krijgen, maar onze persoonlijke inzet, hoe groot die ook is, is niets in vergelijking met de prijs van verlossing. In feite zijn ze niet te vergelijken.
Vergeving is een geschenk, en de Enige die dit geschenk kan geven, is de Verlosser en Heiland van de wereld, Jezus Christus. (Zie Romeinen 5:1–12 en met name 15–18; zie ook Romeinen 6:23; 2 Korinthe 9:15; Efeze 2:8.) Hij biedt zijn geschenk van onschatbare waarde aan allen die zich tot Hem wenden om het te ontvangen (zie Leer en Verbonden 88:33).
President Nelson heeft gezegd: ‘Onder [de] voorwaarden en door [de] verzoening [van de Heiland] zouden alle zielen van de straffen voor hun zonden worden verlost.’4
Laten we genieten van onze levensreis! Onze hemelse Vader heeft ons deze ware woorden gegeven: ‘Indien u zich bekeert, en uw hart niet verstokt, dan zal Ik barmhartig jegens u zijn door middel van mijn eniggeboren Zoon; [en u zult] aanspraak hebben op barmhartigheid door middel van mijn eniggeboren Zoon, tot vergeving van [uw] zonden; en [u zult] ingaan tot mijn rust’ (Alma 12:33–34).
Als een van de apostelen van de Heer beloof ik u dat deze woorden van onze Vader waar zijn. Past u ze toe, dan zal de goddelijke bestemming die de Heiland voor u in petto heeft, u ten deel vallen.