Kerkelijke disciplinaire raden
Een van de taken van een bisschop of gemeentepresident, of een ring-, zendings- of districtspresident is een lid dat een overtreding heeft begaan, te begeleiden bij het bekeringsproces. Voor de ernstigste overtredingen, zoals een zware schending van de landswetten, partner- of kindermishandeling, overspel, ontucht, verkrachting en incest, wordt vaak formeel een kerkelijke disciplinaire maatregel opgelegd. Een formele disciplinaire maatregel kan bestaan uit restricties op de privileges van het lidmaatschap of verlies van het lidmaatschap.
Procedureel begint de kerkelijke discipline wanneer een presiderende priesterschapsleider een disciplinaire raad belegt. Een disciplinaire raad beoogt de ziel van de overtreder te redden, onschuldigen te beschermen, en de zuiverheid, de integriteit en de goede naam van de kerk te beschermen.
Kerkelijke discipline is een geĆÆnspireerd proces dat tijd vergt. Dankzij dit proces en de verzoening van Jezus Christus kan een lid vergiffenis voor zijn zonden ontvangen, zijn gemoedsrust herwinnen en gesterkt worden tegen verleiding. Wanneer een kerkelijke disciplinaire maatregel is opgelegd, is daarmee het proces niet ten einde. Het houdt ook in dat een kind van onze hemelse Vader begeleiding blijft krijgen totdat het weer als volwaardig lid wordt opgenomen en weer alle zegeningen van de kerk waardig is. Het beoogde resultaat is pas bereikt als de persoon de veranderingen aanbrengt die zijn bekering volledig maken.