2008
Ik had geloof maar geen geld
Oktober 2008


Ik had geloof maar geen geld

Aan het eind van 1998 had ik veel plezier in mijn roeping als tweede raadgever in de bisschap in Ciudad Ojeda (Venezuela), hoewel ik een groot probleem had. Ik was ruim een jaar lid van de kerk, maar ik was nog niet naar de tempel geweest.

Op zekere dag kreeg ik bezoek van een vriend uit Maracaibo, een nabijgelegen stad. Voor we het wisten zaten we te praten over het evangelie.

Plotseling zei mijn vriend: ‘Broeder Troconiz, ik heb het gevoel dat onze hemelse Vader graag wil dat u naar de tempel gaat om de eeuwige zegeningen te ontvangen die Hij zijn kinderen heeft beloofd.’

‘Dat gaat niet’, antwoordde ik. ‘Er is geen tempel in Venezuela en een reis naar het buitenland is heel duur. Ik heb er het geld niet voor.’

Hij dacht er even over na en zei toen: ‘Als je echt naar de tempel wil, zal onze hemelse Vader de weg voor je banen.’

Ik antwoordde: ‘Als mijn hemelse Vader mij die hulp wil geven, dan ga ik!’

Vanaf dat moment was ik vervuld van het geloof en de hoop dat ik naar de tempel zou kunnen gaan. De volgende dag belde ik de ringleiders en kreeg te horen dat er in januari een tempelreis naar de Limatempel in Peru was gepland, toen de dichtstbijzijnde tempel. De reis zou 16.500 bolivares gaan kosten, voor het vliegbiljet, maaltijden en een slaapplaats.

De tijd verstreek en de uiterste inleverdatum van het geld naderde met rasse schreden. Ik probeerde het geld bij elkaar te verdienen, maar dat lukte niet echt. Mijn geloof wankelde echter nooit. Voor mij stond het vast dat mijn hemelse Vader een weg zou banen.

Kort voor de sluitdatum kreeg ik een telefoontje van een voormalige werkgever. De persoon die belde noemde mij bij naam en zei: ‘U heeft vijf jaar geleden voor deze oliemaatschappij gewerkt. Toen u wegging, is uw bonus niet goed berekend. U kunt langskomen en een cheque op uw naam ophalen.’

Ik ging de volgende dag gelijk de cheque ophalen. Toen ik het bedrag zag, kon ik mijn ogen niet geloven. Er stond een bedrag van 16.500 bolivares op de cheque!

Op 17 januari 1989 ging ik de Limatempel binnen en ontving daar mijn begiftiging. Mijn vriend had het bij het juiste eind. Dankzij de weg die mijn hemelse Vader had gebaand, kon ik naar de tempel. Het is zoals Nephi heeft geschreven: ‘De Heer [is] in staat […] alle dingen […] te doen voor de mensenkinderen, indien zij geloof in Hem oefenen’ (1 Nephi 7:12).