Beledigd door mijn vriend
Natalja Fjodorovna Frolova (Nederland)
In Rusland had ik in mijn gemeente van de kerk een vriend met wie ik omging tijdens activiteiten van de kerk. We hadden veel gemeen, ik had veel plezier met hem, en ik was blij dat ik zo’n goede vriend had.
Maar toen gebeurde er iets vreemds. Zonder dat ik daar een aanleiding voor zag, beledigde hij me erg. Hij vroeg niet om vergeving en ik ging niet meer met hem om. Ik zei niet eens meer gedag als ik hem op zondag zag. Dit ging twee maanden zo door. Ik was gekwetst en ongelukkig, maar hij zei niets.
Toen hoorde ik dat hij uit de stad ging verhuizen. Ik vond dat onze relatie niet zo moest blijven, ik vond dat we ons moesten verzoenen. En toen dacht ik aan een tekst uit het Boek van Mormon: ‘Ga dan naar uw broeder toe, en verzoen u eerst met uw broeder, en kom dan tot Mij met een volmaakt voornemen des harten, en Ik zal u aannemen’ (3 Nephi 12:24).
Ik vond het moeilijk om me te verootmoedigen en de eerste stap te zetten, maar ik bad eerst en toen belde ik hem. Ik wist niet hoe hij zou reageren, en ik was op het ergste voorbereid. Wat ik toen hoorde, verbaasde me heel erg.
Hij vroeg oprecht om vergeving. Ik kon aan zijn stem horen dat hij had geleden onder wat hij had gedaan — net als ik. Maar vooral herinner ik me één zin die hij drie keer herhaalde: ‘Natalja, bedankt voor je telefoontje!’
Ik was zo blij! Korte tijd later verhuisde hij, maar we gingen als de beste vrienden uit elkaar.
Elkaar leren liefhebben en vergeven is een van de moeilijkste dingen die we moeten doen. Vergeving — en vooral als iets niet onze schuld is — vereist dat wij nederig zijn en onze trots opzijzetten. Ik leerde dat het de moeite waard is om de eerste stap te zetten tot een verzoening.