‘Ons beste offer’, Liahona, januari 2024.
Onder heiligen der laatste dagen
Ons beste offer
Als we een tempel inwijden, zeggen we tegen de Heer: ‘Dit is ons offer. Beter kunnen we het niet maken.’
Ongeveer twee weken voor de herinwijding van de Washington D.C.-tempel in augustus 2022 zagen mijn baas en ik dat een van de Europese haagbeuken bij de tempel er ziek uitzag. De boom was kaal in het midden en had enkele verweerde takken.
Als tuinman was ik bang dat het prachtige tempelterrein door die ene boom niet helemaal klaar was. De boom stond naast de fontein bij de ingang van de tempel.
Er stond een gezonde reserveboom vlakbij en we overwogen de zieke boom door de gezonde te vervangen. Maar dan moesten we eerst het trottoir en het gras opbreken en dan de sproeier en elektrische leidingen verplaatsen. Mijn grootste angst was dat als we de zieke boom eruit zouden halen en de reserveboom zouden planten, we geen tijd zouden hebben om alles perfect af te werken voor de herinwijding.
Toen ik mijn vrouw, Carolyn, vertelde dat we de boom misschien moesten verplaatsen, antwoordde ze: ‘Verwijder gewoon de kale takken, dan zal ik mijn Schriftstudiezusters uit het hele land vragen om ervoor te bidden. Het tempelterrein is van de Heer. Hij zal de boom zegenen.’
Carolyn heeft een groep vriendinnen die ze haar Schriftstudiezusters noemt – leden van de kerk die vroeger in dezelfde wijk woonden. Ze bestudeerden samen Kom dan en volg Mij tot ze allemaal verhuisden, maar ze onderhouden contact. Als er ergens voor gebeden moet worden, vragen ze elkaar om hulp.
Carolyn vertelde ze over de zieke boom, en zij vertelden het op hun beurt aan hun kinderen en andere familieleden. Carolyn had geen idee hoeveel mensen voor de boom zouden bidden, maar ze geloofde dat onze hemelse Vader hun gebeden zou verhoren.
Binnen enkele dagen groeiden er nieuwe bladeren aan de boom, die de kale plekken opvulden. ‘Natuurlijk ziet hij er beter uit’, zei Carolyn. Ze stuurde foto’s van de boom naar haar Schriftstudiezusters en zei: ‘Kijk eens hoe de Heer onze gebeden heeft verhoord!’
Ik wist dat er mensen voor de boom hadden gebeden, dus ik was ook niet verbaasd. Ik wist ook dat president Russell M. Nelson de tempel en het tempelterrein spoedig in zijn inwijdingsgebed zou zegenen. Het zou allemaal goed komen met de boom.
We waren dankbaar dat de Heer ons offer en ons geloof had erkend.