PARTICIPATIEPERIODE

IK KAN MIJ BEKEREN EN MIJ LATEN DOPEN

MARGARET LIFFERTH

‘En Hij gebiedt alle mensen zich te bekeren en zich in zijn naam te laten dopen, met volmaakt geloof in de Heilige Israëls, anders kunnen zij niet worden behouden in het koninkrijk Gods’ (2 Nephi 9:23).

Ben je ooit zo blij geweest dat je in je handen klapte van vreugde? In het Boek van Mormon lezen we over een volk dat dat heeft gedaan!

Omdat koning Noach en zijn priesters zich niet aan de geboden hielden, stuurde de Heer Abinadi om hen tot bekering te roepen. Abinadi leerde hun ook wie Jezus Christus is. Koning Noach liet Abinadi doodmaken. Maar Alma, een van de priesters van de koning, geloofde alles wat Abinadi had gezegd.

En het gebeurde dat Alma ‘zich bekeerde van zijn zonden en ongerechtigheden en zich heimelijk onder de mensen begaf en hun de woorden van Abinadi begon te leren’ (Mosiah 18:1). Alma wist dat hij koning Noach hier boos mee maakte. Daarom verborgen Alma’s volgelingen zich.

Alma leerde zijn volgelingen dat zij zich konden laten dopen en dat God hun zijn Geest zou schenken als ze zich aan de geboden hielden. ‘Toen de mensen die woorden hoorden, klapten zij uit vreugde in hun handen’ (Mosiah 18:11).

De doop is het eerste verbond dat we sluiten. Wij hernieuwen elke week ons verbond wanneer we van het avondmaal nemen. Als we ons doopverbond nakomen, belooft de Heer ons dat ‘[wij] het eeuwige leven [zullen] hebben’ (Mosiah 18:9).

Mijn doopverbonddecor

1. Haal pagina K4 uit de Liahona en plak hem op stevig papier. Knip de grote rechthoek uit.

2. Vouw de rechthoek langs de stippellijn en snij de negen dikke lijnen in.

3. Knip de twee plaatsjes uit. Steek het lipje onderaan het plaatje van het meisje in de insnijding vlak voor het doopdecor (zie illustratie).

4. Lijm de achterkant van het plaatje over het avondmaal vast aan de lipjes die uit het avondmaalsdecor steken (zie illustratie).

5. Knip de tekstvakjes uit en zoek de verwijzingen op. Steek de lipjes in de overgebleven insnijdingen.

Ideeën voor de participatieperiode

1. 1. Help de kinderen LV 58:42 uit het hoofd leren. Behandel dan de stappen van bekering in les tien van Jeugdwerk 3 : (1) spijt hebben, (2) vergeving vragen, (3) de fout rechtzetten, (4) de fout niet meer maken. Teken een grote cirkel en deel die in vieren. Schrijf in elke deel een beginsel. Leg de cirkel op de vloer. Bedenk situaties waarin bekeren vereist is. Bijvoorbeeld: ‘Je ziet een nieuw meisje, maar je vraagt haar niet om mee te doen met het spelletje.’ Vraag een kind een klein voorwerp in een van de vier delen te werpen, een situatie voor te lezen en te vertellen wat hij of zij zou doen voor deze bekeringsstap. Laat ook de andere kinderen aan de beurt komen. Lees 3 Nephi 9:22. Geef uw getuigenis van de rol die de verzoening van de Heiland in bekering speelt.

2. 2. Praat over de doop van Jezus (zie Matteüs 3:13–17) en dat we zijn voorbeeld volgen (zie 2 Nephi 31:4–13). Leg het volgende uit: (1) Je moet minstens acht jaar zijn. Zing een lied of een lofzang over de doop. (2) Je krijgt een gesprek met de bisschop of de gemeentepresident. Nodig een lid van de bisschap of het gemeentepresidium uit om over het doopgesprek te komen praten. (3) Je zult in het wit worden gekleed. Laat zo mogelijk doopkleding zien. (4) De doop moet worden verricht door een waardig priester of Melchizedeks-priesterschapsdrager . Zie activiteit voor nr. 5. (5) Bij je doop word je ondergedompeld, zodat je helemaal onder water gaat. Nodig een priester of een teruggekeerde zendeling uit om uit te leggen hoe een doop wordt verricht. (6) Je wordt ook bevestigd als lid van de kerk . Nodig kinderen uit om wat te zeggen over hun doop en bevestiging (sommigen worden direct na hun doop bevestigd; anderen worden in de avondmaalsdienst bevestigd). (7) Je ontvangt de gave van de Heilige Geest. Dan kun je vergeving van je zonden ontvangen. Zing een lied of een lofzang over de Heilige Geest.