Door medeleven bewogen
Broeder Thamas, een magere oude man, zat alleen, vaak afgezonderd van de andere leden die aan het begin van onze zondagse bijeenkomsten bij elkaar kwamen. Hij zag er klein en nederig uit. Hij had zich nog niet zo lang geleden laten dopen en had geen familie. Zijn Spaans was verstaanbaar, maar was een mengeling van Portugees, Frans, Duits, Engels en zijn moedertaal Hongaars. Als hij met de leden praatte die hem probeerden te begeleiden, sprak hij over het verafgelegen Hongarije.
Op een dag vroeg de bisschop hem of hij een korte toespraak wilde houden. Hij was verbaasd maar aanvaardde de opdracht. Wij waren verbaasd toen zijn naam werd aangekondigd. We verwachtten een kort en eenvoudig getuigenis.
Maar toen hij eenmaal op het podium stond, veranderde het voorkomen van deze broeder opmerkelijk en hij had meteen onze aandacht. Hij stond rechtop, bijna militair, hoewel hij geen uniform of medailles droeg. Hij zag eruit als een soldaat — oud, maar trots. Langzaam, maar vol vertrouwen begon hij zijn boeiende verhaal te vertellen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had hij bij de infanterie gezeten in een gebied waar voortdurend gevochten werd en waar de aarde met bloed, pijn en dood was doordrenkt. Zijn troep stond onder bevel van een sergeant die enorm door zijn manschappen gehaat werd vanwege zijn uitzonderlijke wreedheid. Op een avond ontplofte er vlak bij de sergeant een granaat, en hij raakte ernstig gewond. De commandant kwam met een oud vrachtwagentje langs dat vaak gebruikt werd om gewonden of doden te vervoeren die verzorgd of begraven moesten worden.
De manschappen keken van een afstand naar hun stervende sergeant. Niemand ging naar hem toe om hem te helpen. De commandant vroeg om een vrijwilliger om de man naar het vrachtwagentje te brengen en onderweg te vergezellen. Niemand bood zich aan.
Na enige tijd stapte broeder Thamas naar voren. Hij zei: ‘Door medeleven bewogen besloot ik om de gewonde sergeant te dra- gen en met hem mee te gaan. Ik zorgde tijdens de lange en pijnlijke reis zo goed mogelijk voor hem.
‘Toen ik terugkwam, ging ik op zoek naar mijn troep. Toen ik bij het front aankwam, hoorde ik dat veel manschappen door een hevig bombardement waren gedood. Niemand van mijn troep had de aanval overleefd. En toen begreep ik het. Ik bedankte God dat Hij mij tot medeleven had bewogen. Hij redde mijn leven en gaf me de kans om het herstelde evangelie te horen.’
Onze eenvoudige genegenheid voor een kromme, oude man veranderde in waardering, bewondering en dankbaarheid dat hij ons een voorbeeld van de reine liefde van Christus had gegeven.
Juan Aldo Leone is lid van de wijk Villa Allende, in de ring Córdoba Sierras (Argentinië).