2005
Hoe groot zal dan uw vreugde zijn
Oktober 2005


BOODSCHAPPEN UIT DE LEER EN VERBONDEN

Hoe groot zal dan uw vreugde zijn

In afdeling 18 van de Leer en Verbonden staat dat de Heer zijn kinderen liefheeft en van ons verwacht dat wij meewerken aan hun eeuwig heil. Iedere keer dat ik die afdeling lees, komen veel herinneringen bij me op die te maken hebben met de heractivering en het behoud van de leden van de kerk — ervaringen die me eraan herinneren dat de Heer het werk leidt als wij in Hem geloven en ons uiterste best doen.

Een van die ervaringen begon enkele jaren geleden, toen ik als huisonderwijzer werd geroepen van een jongeman die in de kerk was opgegroeid. Toen hij van huis was gegaan om te studeren, koos hij een andere weg. Maand in maand uit bezochten mijn collega en ik hem zonder succes. Het leek wel of hij niet eens hoorde wat we zeiden. Maar toen het hevig in zijn leven begon te stormen, hij in de war raakte en niet wist hoe zijn problemen op te lossen, nam hij contact op met zijn huisonderwijzers.

Ik was toen zijn ringpresident. Hij vertelde me dat hij zich iets herinnerde wat zijn moeder hem had geleerd: ‘De Heer hoort de gebeden van hen die oprecht naar Hem op zoek zijn.’ Toen hij me vertelde dat hij weer was gaan bidden en de Schriften bestudeerde, zag ik met vreugde dat de Heer zijn hart had geraakt.

Ik besloot om hem wat beter in de gaten te houden en vroeg of hij mijn huisonderwijscollega mocht worden. Iedere maand bezochten hij en ik vier gezinnen, en iedere maand bereidde ik vier verschillende lessen voor in een poging om mijn vriend te versterken en hem te helpen bij zijn terugkeer tot de kerk. Uiteindelijk nam hij de beslissing om zich te bekeren, trouw naar de kerk te gaan en oprecht aan het avondmaal deel te nemen. Het offer van de Heer begon invloed in zijn leven te krijgen.

Zes maanden lang bezochten we een vader die thuis het enige lid van de kerk was. Hoewel we altijd welkom waren, slaagden we er ondanks onze inspanningen niet in om hem te heractiveren of zijn vrouw en drie kinderen te dopen. We voelden ons geïnspireerd om de kinderen erbij te betrekken door ze iedere zondag op te halen en mee naar de kerk te nemen. Mijn huisonderwijscollega nam die bijzonder taak op zich.

Onze inspanningen begonnen vruchten af te werpen. De kinderen gingen graag naar de kerk en lieten zich al snel dopen. De hele wijk werkte mee om de ouders erbij te betrekken. Maar het was nodig dat de ouders door de Geest van de Heer geraakt werden.

Tijdens een van onze maandelijkse bezoeken nam mijn collega, die nog niets had gezegd, het woord en gaf een emotioneel getuigenis. Hij had veel problemen in zijn leven gehad en vertelde nu hoe geweldig het was om in de armen van de Heer terug te keren. Zijn getuigenis was zo oprecht en krachtig, en de Geest was zo sterk aanwezig, dat we er allemaal door geraakt werden. Diezelfde week besloot de vrouw om de zendelingenlessen te volgen, en uiteindelijk liet ze zich dopen. En de man werd weer actief in de kerk.

Momenteel is het gezin nog steeds actief en volledig in de wijk geïntegreerd, en ze zijn in de tempel van de Heer aan elkaar verzegeld. Mijn collega blijft snel vooruitgang in het evangelie maken. Hij is met een geweldige jonge vrouw in de tempel getrouwd, en ze hebben nu twee kinderen. Ze zijn gelukkig en leveren een waardevolle bijdrage aan de wijk en de kerk.

Door die ene ervaring werden zes mensen tot het evangelie bekeerd. Een collectief wonder! Ik kon de vreugde voelen die in de Schriften staat beschreven:

‘En hoe groot is zijn vreugde over de ziel die zich bekeert!

‘Welnu, u bent geroepen om dit volk bekering toe te roepen.

‘En al ware het zo dat u al uw dagen arbeidde om dit volk bekering toe te roepen, en slechts één ziel tot Mij bracht, hoe groot zal dan uw vreugde met hem zijn in het koninkrijk van mijn Vader!

‘En nu, indien uw vreugde groot zal zijn met één ziel die u tot Mij hebt gebracht in het koninkrijk van mijn Vader, hoe groot zal dan uw vreugde zijn indien u vele zielen tot Mij brengt!’ (LV 18:13–16.)

Uit deze ervaring heb ik drie essentiële beginselen geleerd:

  1. De Heer staat aan het hoofd van dit werk. Hij heeft de weg bereid. Hij is geïnteresseerd in en betrokken bij ons zendingswerk.

  2. De bezoeken van huisonderwijzers en huisbezoeksters moeten regelmatig plaatsvinden en goed voorbereid zijn. We moeten de Geest van de Heer meenemen naar de gezinnen die we bezoeken. We moeten het vertrouwen winnen van de mensen die we bezoeken.

  3. Het is belangrijk dat we andere mensen bij het proces van heractivering en bekering betrekken. Wijk- of gemeenteleiders kunnen het werk in de wijk- of gemeenteraad en het leidinggevend priesterschapscomité coördineren om ons te helpen bij ons zendingswerk.

Ik getuig dat God onze Vader is. Hij heeft ons lief en wil dat wij op zijn manier zendingswerk verrichten en mensen heractiveren. Wij kunnen een krachtig werktuig in zijn handen worden om het eeuwig heil van zijn dierbare kinderen te bewerkstelligen.