Kerstmis voor de pioniers
De ontberingen van de wintermaanden waren een zware tijd voor de meeste pioniers. Ze konden daardoor moeilijk aan materiaal voor kerstcadeaus en vieringen komen. Maar dat weerhield de pioniers er niet van om van de kersttijd een gedenkwaardige periode te maken. Dit zijn enkele verhalen over kerstvieringen in de tijd van de pioniers:
Mijn gelukkigste kerstfeest
‘Mijn eerste kerstfeest in de [Salt Lake] Valley begon op een zaterdag. We vierden het op de sabbat. We kwamen allemaal bijeen rond de vlaggenmast in het midden van het fort. Daar hielden we een bijeenkomst. En wát een bijeenkomst. We prezen God door gezang. We spraken een openingsgebed uit en de spreker die dag heb ik altijd onthouden. Er werden woorden van dankzegging en blijdschap uitgesproken, er was niet één negatief woord te horen. De mensen waren hoopvol en opgewekt vanwege hun geloof in de toekomst. Na de bijeenkomst schudden de aanwezigen elkaar de hand. Sommige vergoten vreugdetranen. Die avond speelden de kinderen binnen de omheining en rond het alsemtakkenvuur. We kwamen bijeen en zongen: “Komt, heil’gen komt, geen werk noch strijd gevreesd, maar uw reis blij volbracht.” De avondmaaltijd bestond uit gekookt konijn en wat brood. We hadden allemaal genoeg te eten en er heerste een sfeer van volmaakte vrede en welbehagen. Ik had nog nooit een gelukkiger kerstfeest meegemaakt.’
Auteur onbekend, aangehaald door Bryant S. Hinckley; verzameld door Kate B. Carter in Our Pioneer Heritage, 20 delen (1958–1977), deel 14, p. 198.
Tjonge, wat gaat de tijd toch snel
‘Toen ik zestien was, hield mijn vader op een avond een kerstfeest voor zijn eigen kinderen, hun gezinnen en de dichtstbijzijnde omwonenden. We dansten. Mijn broers speelden de muziek. We wisten dat het vaders bedoeling was om om tien uur een eind aan het feest te maken, wat hij precies tijdens een volksdans deed door de musici op te dragen stil te houden. Maar vader wist niet dat mijn broers me die avond al heel wat keren naar de klok hadden opgetild. Ik draaide die telkens een half uur terug. Het moet wel na middernacht zijn geweest toen er een eind werd gemaakt aan het feest.’
Uit documenten van de familie van Christian Olsen. In: Carter, Our Pioneer Heritage, deel 15, p. 199.
Een blijde tijd
‘Toen de kinderen in 1849 op kerstochtend wakker werden, was er in het hele land geen pop te vinden, nee, er was in de hutten zelfs geen zuurstok of appel te vinden. Maar de kinderen en hun ouders waren daar blij om. Ze waren blij dat ze nog iets te eten hadden, en de vooruitzichten in hun nieuwe woonplaats werden met de dag beter. Maar hoewel er geen poppen of speeltjes voor de kinderen waren, wilden de ouders de kerst toch niet ongemerkt voorbij laten gaan en voordat de dag voorbij was, was iedereen in opperbeste stemming.
‘s Avonds kwamen ze allemaal bijeen in de hut van John Rowberry. In die woning werden de eerste bijeenkomsten gehouden. Daar hielden ze een ouderwetse dansavond om de dag mee af te ronden, en het was de meest opgewekte groep mensen die ooit een kerstbijeenkomst hielden. (…) De muziek was echter het grote probleem. Er was geen instrument te bekennen. Cyrus Call kon goed fluiten en hij floot deuntjes terwijl de opgewekte pioniers dansten.’
Sarah Tolman, verzameld door Kate B. Carter. In: Our Pioneer Heritage, 6 delen (1952–1957), deel 4, pp. 197–198.