Je kunt het nu wel!
We kunnen leren van mislukking, en we kunnen beter en gelukkiger worden als we na een val bereid zijn weer op te staan en verder te gaan op het pad.
In mijn jonge jaren leek vallen en opstaan in één moeite door te gaan. Door de jaren heen ben ik echter tot de verontrustende vaststelling gekomen dat de natuurwetten veranderd zijn — en niet in mijn voordeel.
Onlangs ging ik skiën met mijn twaalfjarige kleinzoon. We hadden het erg naar onze zin, maar toen raakte ik wat ijs en stortte ik op spectaculaire wijze neer op een steile piste.
Ik probeerde van alles om weer overeind te komen, maar het ging niet — ik was gevallen en kon niet meer opstaan.
Lichamelijk was ik in orde, maar mijn ego was gekwetst. Ik zorgde dat ik mijn helm en skibril goed op had, want ik wilde liever niet dat andere skiërs me zouden herkennen. Ik kon me al voorstellen dat ik daar hulpeloos zat als ze elegant voorbij kwamen skiën en opgewekt ‘Hallo, broeder Uchtdorf!’ riepen.
Ik vroeg me af wat ervoor nodig was om mij uit deze situatie te redden. Op dat moment kwam mijn kleinzoon naast me staan. Ik vertelde hem wat er gebeurd was, maar hij leek weinig interesse te hebben in mijn redenen waarom ik niet kon opstaan. Hij keek me in de ogen, reikte me de hand en zei kordaat: ‘Opa, je kunt het nu wel!’
Onmiddellijk stond ik op.
Ik begrijp het nog steeds niet. Wat kort daarvoor nog onmogelijk leek, werd onmiddellijk realiteit omdat een twaalfjarige jongen me de hand reikte en zei: ‘Je kunt het nu wel!’ Hij gaf me vertrouwen, enthousiasme en kracht.
Broeders, soms lijkt het alsof we niet op eigen kracht kunnen opstaan en voortgaan. Die dag leerde ik iets op die besneeuwde piste. Zelfs als we denken dat we niet meer op kunnen staan, is er toch nog hoop. En soms hebben we gewoon iemand nodig die ons in de ogen kijkt, ons bij de hand neemt en zegt: ‘Je kunt het nu wel!’
Taaiheid als waanidee
Soms denken we dat vrouwen zich sneller onbekwaam of teleurgesteld voelen — dat zij er gevoeliger voor zijn. Ik weet niet of dat klopt. Mannen hebben gevoelens van schuld, neerslachtigheid en mislukking. We kunnen doen alsof deze gevoelens ons niet beïnvloeden, maar dat doen ze wél. We kunnen ons zo belast voelen door onze mislukkingen en tekortkomingen dat we denken dat we nooit zullen slagen. We kunnen zelfs aannemen dat vallen ons lot is, omdat we vroeger nog gevallen zijn. Een zekere auteur heeft geschreven: ‘We vervolgen onze koers, varen tegen de stroming in en worden steeds teruggedreven naar het verleden.’1
Ik heb mannen, bruisend van potentieel en gratie, zien stoppen met de opbouw van Gods koninkrijk omdat ze een paar keer gefaald hadden. Dat waren veelbelovende mannen die het in zich hadden uitzonderlijke priesterschapsdragers en dienstknechten van God te worden. Maar ze verbraken hun priesterschapsverbonden en streefden andere minder lofwaardiger doelen na omdat ze struikelden en ontmoedigd raakten.
En zo gaan ze voort met een fractie van het leven dat ze hadden kunnen leiden, en behalen ze nooit het potentieel van hun geboorterecht. Een dichter heeft geschreven dat dit de ongelukkigen zijn die ‘vergaan met de meeste muziek nog in hen.’2
Niemand faalt graag. En we vinden het beslist niet prettig als anderen — vooral onze dierbaren — ons zien mislukken. We willen allemaal gerespecteerd en gewaardeerd worden. We willen overwinnaars zijn. Maar stervelingen worden geen overwinnaars zonder inspanning, discipline of fouten.
Broeders, ons lot wordt niet bepaald door het aantal keren dat we struikelen, maar door de keren dat we opstaan, het stof van ons afschudden en verder gaan.
Goddelijk verdriet
We weten dat dit aardse leven ons op de proef stelt. Maar onze hemelse Vader toont ons waar we de antwoorden kunnen vinden, omdat Hij ons volkomen liefheeft. Hij heeft ons een kaart gegeven waarmee we kunnen navigeren over onbekend terrein en door onverwachte beproevingen, die ieder krijgt. Onder meer de woorden van de profeten staan op die kaart.
Als we afdwalen — als we vallen of het pad van onze hemelse Vader verlaten — vertellen de woorden van de profeten ons hoe we kunnen opstaan en terug op het pad komen.
Een beginsel dat door de eeuwen heen door de profeten verkondigd en steeds weer is beklemtoond, is de hoopgevende en hartverwarmende boodschap dat de mens zich kan bekeren, van richting kan veranderen en het ware pad van discipelschap weer kan bewandelen.
Dat betekent niet dat we onze zwakheden, fouten of zonden maar moeten accepteren. Maar er is een belangrijk verschil tussen verdriet over zonden dat aanzet tot bekering en het verdriet dat aanzet tot wanhoop.
De apostel Paulus heeft ons geleerd: ‘De droefheid naar Gods wil brengt onberouwelijke inkeer tot heil, maar de droefheid der wereld brengt de dood.’3 Goddelijk verdriet zet door de verzoening van Jezus Christus aan tot verandering en hoop. Wereldlijk verdriet maakt ons kapot, vernietigt hoop en spoort ons aan toe te geven aan verleiding.
Goddelijk verdriet zet aan tot bekering4 en een verandering van hart.5 Het zorgt ervoor dat we zonde gaan haten en goedheid gaan liefhebben.6 Het moedigt ons aan om op te staan en in het licht van de liefde van Christus te wandelen. Ware bekering draait om verandering, niet om foltering of kwelling. Jazeker, oprechte spijt en ware wroeging om ongehoorzaamheid zijn vaak pijnlijke en heel belangrijke stappen in het heilige bekeringsproces. Maar als schuldgevoelens aanzetten tot zelfverachting of ons ervan weerhouden weer op te staan, belemmeren ze onze bekering in plaats van die te bevorderen.
Broeders, er is een betere manier. Laten we opstaan en mannen van God worden. We hebben een overwinnaar, een Heiland, die voor ons in het dal van de schaduw des doods is afgedaald. Hij heeft zijn leven gegeven als losprijs voor onze zonden. Niemand heeft ooit grotere liefde gehad — Jezus Christus, het vlekkeloos Lam, heeft Zichzelf gewillig geofferd en de losprijs voor onze zonden tot ‘de laatste penning’ betaald.7 Hij heeft onze pijn op Zich genomen. Hij heeft onze lasten, onze schuldgevoelens op zijn schouders genomen. Beste vrienden, als we tot Hem komen, zijn naam op ons nemen en het pad van het discipelschap stoutmoedig bewandelen, wordt ons door de verzoening geluk en ‘vrede in deze wereld’, maar ook ‘het eeuwige leven in de toekomende wereld’ beloofd.8
Laten wij bedenken wat bekering echt betekent als we fouten maken, zondigen en vallen. Bekering betekent dat we ons hart en onze wil tot God wenden en zonde verzaken. Ware, oprechte bekering geeft ons de hemelse geruststelling dat ‘we het nu wel kunnen’.
Wie bent u?
De tegenstander doet ons twijfelen over wie we echt zijn en wat we echt willen om onze vooruitgang tegen te houden.
We willen tijd doorbrengen met onze kinderen, maar ook onze favoriete mannelijke hobby’s beoefenen. We willen slanker worden, maar ook blijven eten wat we lekker vinden. We willen christelijk worden, maar ook degene die ons de weg afsneed eens goed de les lezen.
Satan wil ons ertoe brengen de kostbare parels van waar geluk en eeuwige waarden in te ruilen voor een plastic namaaksieraad dat geluk en vreugde probeert te imiteren.
De tegenstander ontmoedigt ons ook door ons te laten denken dat we gedwongen worden om de geboden te onderhouden. Ik veronderstel dat het de menselijke aard is om alles te weerstaan wat we niet zelf bedacht lijken te hebben.
Als we denken dat gezonde voeding en lichaamsbeweging een opgelegde maatregel van de dokter is, zal het ons waarschijnlijk niet lukken. Als we die keuzen zien als onderdeel van wie we zijn en wie we willen worden, is de kans groter dat we op het pad blijven en slagen.
Als we denken dat huisonderwijs enkel een doel is van de ringpresident, kan het zijn dat we het een lage prioriteit geven. Maar als we er ons eigen doel van maken — iets wat we willen doen om christelijker te worden en anderen te helpen — zullen we niet enkel onze toezegging nakomen, maar ook ons eigen gezin en de gezinnen die we bezoeken tot zegen zijn.
Vaak helpen vrienden of familieleden ons op te staan. Maar als we opmerkzaam zijn en een zorgzaam hart hebben, zullen we de kansen zien die de Heer ons biedt om anderen te helpen opstaan en hun ware potentieel te bereiken. In de Schriften staat: ‘Wat gij ook doet, verricht uw werk van harte, als voor de Here en niet voor mensen.’9
Er schuilt grote geestelijke kracht in integriteit en rechtschapenheid betrachten en ons eeuwige doel voor ogen houden. Ook al kunnen we deze goddelijke bestemming enkel met een gelovig oog zien, zal dat ons helpen om niet af te dwalen.
Als we ons enkel concentreren op onze dagelijkse overwinningen of mislukkingen, kunnen we de weg kwijtraken, afdwalen en vallen. Als we hogere doelen voor ogen houden, zullen we betere zonen en broers, liefdevollere vaders en echtgenoten zijn.
Zelfs wie eeuwige doelen stelt, kan soms vallen, maar zal niet verslagen bij de pakken neerzitten. Hij vertrouwt op de beloften van God. Hij staat weer op door zijn hoop op een rechtvaardige God en de inspirerende visie van een heerlijke toekomst. Hij weet dat hij het nu wel kan.
Je kunt het nu wel
Iedere persoon, zowel jong als oud, is wel eens gevallen. Stervelingen vallen nu eenmaal. Maar we kunnen leren van mislukking, en beter en gelukkiger worden als we maar bereid zijn weer op te staan en voort te gaan op het pad naar de geestelijke doelen die God ons gegeven heeft.
Geliefde broeders, geliefde vrienden, soms zult u denken dat u niet op kunt staan of verder kunt gaan. Vertrouw op de Heiland en zijn liefde. Met geloof in de Heer, Jezus Christus, en de kracht en hoop van het herstelde evangelie, zult u altijd kunnen voortgaan met zelfvertrouwen.
Broeders, we hebben u lief. We bidden voor u. U zou president Monson eens voor u moeten horen bidden. Of u nu een jonge vader, bejaarde priesterschapsdrager of net geordende diaken bent, we denken aan u. De Heer denkt aan u!
We begrijpen dat uw pad soms moeilijk zal zijn. Maar ik geef u deze belofte in de naam van de Heer: sta op en volg het voetspoor van onze Verlosser en Heiland, en ooit zult u terugkijken en vervuld worden met eeuwige dankbaarheid, omdat u ervoor gekozen hebt om te vertrouwen op de verzoening en haar kracht om u op een hoger niveau te tillen en u te sterken.
Mijn geliefde vrienden en broeders, ongeacht het aantal keren dat u gevallen of uitgegleden bent, sta op! U hebt een heerlijke bestemming! Sta op en wandel in het licht van het herstelde evangelie van Jezus Christus! U bent sterker dan u denkt. U kunt meer dan u zich kunt voorstellen. U kunt het nu wel! Daarvan getuig ik, in de heilige naam van onze Meester en Verlosser, Jezus Christus. Amen.