Huisbezoekboodschap
Geschapen naar Gods beeld
Bestudeer dit materiaal onder gebed om te bepalen wat u het beste kunt bespreken. Hoe zal uw begrip van ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’ uw geloof in God vergroten, en hoe is het hen over wie u door huisbezoek waakt tot zegen? Ga voor meer informatie naar reliefsociety.lds.org.
geloof, gezin, hulp
‘En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; […]
‘En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen’ (Genesis 1:26–27).
God is onze hemelse Vader en Hij heeft ons naar zijn beeld geschapen. President Thomas S. Monson heeft hierover gezegd: ‘God, onze Vader, heeft oren om onze gebeden te horen. hierover ogen om onze daden te zien. Hij heeft een mond om tot ons te spreken. Hij heeft een hart om mee te voelen en liefde te ervaren. Hij bestaat echt. Hij leeft. Wij zijn zijn kinderen, naar zijn beeld geschapen. Wij lijken op Hem en Hij lijkt op ons.’1
‘Heiligen der laatste dagen zien alle mensen als kinderen van God, in volledige zin; zij beschouwen ieder als hebbende een goddelijke oorsprong, aard en potentieel.’2 Ieder is ‘een geliefde geestzoon of -dochter van hemelse Ouders.’3
De profeet Joseph Smith heeft ook onderwezen dat God voor zijn kinderen verlangt dat zij hetzelfde verhoogde bestaan ontvangen dat Hij heeft.’4 Zoals God heeft gezegd: ‘Want zie, dit is mijn werk en mijn heerlijkheid: de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen’ (Mozes 1:39).
Aanvullende Schriftteksten
Uit de Schriften
In het Boek van Mormon zocht de broeder van Jared naar een manier om de acht schepen waarmee de Jaredieten de wateren naar het beloofde land over moesten steken van licht te voorzien. Hij smolt ‘uit een rots zestien kleine stenen’ en bad dat God ‘deze stenen met [diens] vinger aan’ zou raken, ‘zodat ze in het duister [zouden] schijnen’. En ‘het geschiedde […] dat de Heer zijn hand uitstrekte en de stenen één voor één met zijn vinger aanraakte.’ De sluier werd van de ogen van de broeder van Jared weggenomen, en ‘hij zag de vinger des Heren; en die was als de vinger van een mens. […]
‘En de Heer zeide tot Hem: Gelooft gij de woorden die Ik spreken zal?
‘En hij antwoordde: Ja, Heer.’
En ‘de Heer [toonde Zich aan de broeder van Jared]’ en zei: ‘Ziet gij dat gij naar mijn beeld zijt geschapen? Ja, alle mensen zijn in het begin naar mijn beeld geschapen.’ (Zie Ether 3:1–17.)