2017
Gebed van een scoutleider
January 2017


Onder heiligen der laatste dagen

Gebed van een scoutleider

Afbeelding
Scoutmaster praying

Illustratie Allen Garns

Ik was als scoutleider met twintig jongemannen en twee leiders voor een activiteit in het zuiden van Utah (VS) op pad.

Toen we bij de afslag kwamen die ons naar de kampeerplaats moest brengen, stopte ik en nam ik de woestijn voor me in me op. Ik had die trip al vele malen gemaakt, maar om de een of andere reden herkende ik niets. Ik zocht links en rechts naar iets bekends.

Alle wegen die ik insloeg, liepen dood.

Het werd donker. Ik hield uiteindelijk halt en liet iedereen stilstaan. Ik pakte een zaklantaarn en zei dat ik de weg te voet zou vinden en dan een seintje zou geven.

In werkelijkheid knielde ik neer en smeekte ik mijn hemelse Vader om ons uit deze ongemakkelijke situatie te helpen. Ik stortte mijn hart uit en legde Hem mijn paraatheid, mijn liefde voor de jongens, mijn dankbaarheid voor de vaders die bij ons waren en mijn absolute geloof voor dat Hij mijn gebed snel zou beantwoorden. Ik besloot mijn gebed en stond op. Ik had verwacht dat ik zou opstaan en mijn zaklantaarn direct in het donker de juiste weg zou beschijnen.

Maar er gebeurde niets.

Ik zocht de horizon stilletjes af zo ver de straal reikte.

Nog steeds niets.

Ik kon het niet geloven. Ik wist dat ik de weg zou zien zodra ik opstond. Ik wist dat de Heer me niet zou teleurstellen, vooral niet nu er zo veel mensen op me rekenden.

Ik moest twee gefrustreerde vaders met hun wagens vol wildebrassen onder ogen komen die allemaal zouden vragen: ‘Zijn we er al?’

Ik bood mijn excuses aan en verzekerde hen dat ik deze trip al twintig keer eerder gemaakt had en wist dat de weg er was. Ik zag hem alleen niet.

Uiteindelijk besloten we de stad in te rijden en twee motelkamers te huren. Zaterdagochtend zouden we dan opnieuw op pad gaan.

Omdat we geen kampvuur konden maken om het meegebrachte eten op te koken, gingen we naar de plaatselijke pizzatent die we aan de rand van het stadje gezien hadden.

De pizza was heerlijk en de jongens waren opgetogen, maar ik voelde me schuldig over de rekeningen van het motel en het eten.

Onder het eten vroeg ik me af waarom onze hemelse Vader mijn gebed niet verhoord had, toen ik plotseling een luide knal hoorde.

Ik stond op, zwaaide de deur van de pizzatent open en zag de grootste stortbui die ik ooit gezien had. Er waren bliksemflitsen richting het noordwesten — precies waar ik een uur eerder om een antwoord gebeden had. Op dat moment kwam de Geest over me en besefte ik dat de Heer mijn gebed wel degelijk verhoord had!

De volgende ochtend was de lucht helder en reden we de wirwar aan zandwegen in, precies naar de afslag waar ik de avond ervoor naar op zoek was. Ik weet nu hoe gebeden soms met nee beantwoord worden, maar dat ze altijd verhoord worden.

Afdrukken