JMJV-thema 2017
Vraag
Stephen W. Owen
Algemeen jongemannenpresident
Bonnie L. Oscarson
Algemeen jongevrouwenpresidente
‘Als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij die dan vragen aan God, Die aan ieder overvloedig geeft en geen verwijten maakt, en ze zal hem gegeven worden.
‘Maar laat hij er in geloof om vragen en daarbij niet twijfelen. Immers, wie twijfelt, lijkt op een golf van de zee, die door de wind voortgestuwd en op- en neergeworpen wordt.’
Waarom is dit thema gekozen en wat betekent het voor jou? Broeder Stephen W. Owen, algemeen jongemannenpresident, en zuster Bonnie L. Oscarson, algemeen jongevrouwenpresidente, spreken hun gedachten uit.
Waarom deze Schrifttekst?
Zuster Oscarson: De Heer weet welke boodschap je nodig hebt en het is opmerkelijk hoe sommige kwesties die zich gedurende het jaar aandienen, opgelost worden door het thema en hoe het echt past in wat er in je leven gaande is.
Toen we Jakobus 1:5–6 als mogelijk thema voor dit jaar bespraken, was de Geest volop in de kamer aanwezig. We waren het er allemaal over eens dat het vanwege de diverse connecties een geweldige Schrifttekst voor onze jongeren zou zijn. Het houdt verband met de geschiedenis van de kerk — het is de tekst die Joseph Smith las en die hem aanspoorde om naar het heilige bos te gaan en te bidden. De tekst heeft ook betekenis als een geweldig getuigenis van de goddelijke zending van Joseph Smith, iets wat we nodig hebben in een tijd waarin zijn reputatie en de kerkgeschiedenis voortdurend door de wereld in twijfel getrokken worden. De tekst is bovendien een boodschap van hoe we persoonlijke openbaring ontvangen, wat iedereen dient te weten
Broeder Owen: Er gebeurt nu zoveel in je leven en je hebt zoveel vragen. Met alle sociale media en zoekmachines die we hebben, zijn er talloze bronnen waarin je naar antwoorden op je geloofsvragen kunt zoeken. Deze belangrijke Schrifttekst maakt Joseph Smiths proces van openbaring duidelijk, welk model we kunnen volgen.
Hoe kunnen jongeren zich Jakobus 1:5–6 eigen maken en de tekst gebruiken?
Zuster Oscarson: Deze Schrifttekst bevat een geweldige boodschap. Er staat: ‘Er in geloof om vragen en daarbij niet twijfelen’ (Jakobus 1:6). Dat is erg veelzeggend. Je moet in geloof ergens om vragen, niet met twijfel.
Broeder Owen: En in geloof ergens om vragen betekent er met een eerlijke bedoeling om vragen. Toen Joseph Smith antwoord kreeg op de vraag bij welke kerk hij zich moest aansluiten, zei hij niet gewoon: ‘Nou, dat is goed om te weten, maar […]’ Hij ging in geloof voorwaarts.
Zuster Oscarson: Bedenk dat een rechtvaardig gebed niet inhoudt dat we vragen om wat wij willen, maar dat we erachter willen komen wat God voor ons wil.
Welk advies zou u de jongeren over de toepassing van gebed in hun leven geven?
Zuster Oscarson: Maak er een gewoonte van. Je kunt er niet aan voorbijgaan. Je kunt het niet verwaarlozen. De broer van Jared geeft ons daar een voorbeeld van (zie Ether 2:14).
Broeder Owen: Nu en dan vergeten te bidden is één ding, maar ons van de Heer afkeren en niet willen bidden, is verontrustender. Als je er niet voor voelt om te bidden, dan is het juist nodig dat je bidt. Als je bidt en in de Schriften leest, dan ben je goed afgestemd. Doe je dat niet, dan raak je van God verwijderd.
Zuster Oscarson: We kunnen rechtstreeks met God spreken. Hij stelt geen tijdslimieten. Wat geweldig om te weten dat we dat kunnen doen en dat Hij er altijd is.
Hoe hebt u geleerd op zinvolle wijze te bidden?
Zuster Oscarson: Ik kan niet één bepaalde ervaring bedenken, het is meer iets wat gedurende mijn leven zo gegroeid is. Bidden is een van de betekenisvolste onderdelen van mijn dag omdat ik het steeds probeer in te passen. Ik ben veel beter in het luisteren en ontvangen van antwoorden geworden. Hoe meer we in het proces meegaan, hoe meer we leren en hoe beter we worden. Het gaat erom dat ik er elke dag bewust mee bezig ben en ervoor zorg dat ik die gelegenheid om met mijn hemelse Vader te praten, niet oversla. Hoe meer we bidden, hoe beter we erin worden om die antwoorden te horen.
Broeder Owen: Toen ik in mijn jeugd echt iets wilde weten, dacht ik aan het eerste visioen. Ik dacht: Joseph Smith deed het. Ik heb geen grote manifestatie nodig, maar ik heb wel een antwoord nodig. Ik volgde dat patroon dan ook in geloof. Ik weet nog dat ik met gebogen hoofd neerknielde en hardop bad. Ik heb me aan dat patroon vastgehouden, wat me vaak tot zegen geweest is en persoonlijke openbaring gebracht heeft.
Wat is een van de belangrijkste dingen die jongeren van deze Schrifttekst kunnen leren?
Broeder Owen: Ik wil het patroon van gebed dat Joseph Smith toepaste nog maar eens herhalen. Hij was op zijn veertiende in verwarring en besloot in zijn Schriften te lezen. Het eerste visioen was geen vluchtig moment waarbij Joseph even neerknielde. Er ging veel werk aan vooraf. Hij bleef steeds over die vraag nadenken. Toen hij Jakobus 1:5–6 gevonden had, zei hij: ‘Nooit heeft enige passage uit de Schrift een mensenhart sterker getroffen dan deze op dat moment het mijne’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:12). De tekst trof hem heel sterk in het hart, waarna hij ernaar handelde. Hij bad met een eerlijke bedoeling en ging in geloof voorwaarts. En we hopen dat je dat in heel 2017 met deze Schrifttekst ook zult kunnen voelen.