Waarom staat God oorlog toe?

Oorlog is al vanaf het begin van de aarde een deel van de menselijke geschiedenis. Maar de Heer, de Vredevorst, wil niet dat wij met elkaar oorlog voeren. Hij huilt als mensen elkaar niet willen liefhebben en ‘liefdeloos [zijn] en […] hun eigen bloed [haten]’ (Mozes 7:33), en de aarde door geweld verderven (zie Genesis 6:11–13). Wie door goddeloosheid oorlog op aarde brengt, wordt door zijn daden veroordeeld.

De Heer heeft zijn volk geboden ‘oorlog [te verwerpen] en vrede [te verkondigen]’ (LV 98:16). Wanneer echter landen de wapens tegen elkaar opnemen, heeft de Heer ook gezegd dat we soms gerechtvaardigd zijn om ons gezin, ons land en onze vrijheid tegen vernietiging, tirannie en onderdrukking te verdedigen (zie Alma 43:47; Alma 46:12–13; LV 134:11). En heiligen der laatste dagen die in het leger van hun land dienen, leven volgens het beginsel dat wij ‘onderdanig moeten zijn aan koningen, presidenten, heersers en magistraten’ (Geloofsartikelen 1:12).