Veerkracht: geestelijke wapenrusting voor hedendaagse jongeren
Onze kinderen zijn in staat om ondanks de moeilijkheden van deze tijd te gedijen. Als ouders hebben we de opdracht om ze op die moeilijkheden voor te bereiden.
Er doet een verhaal de ronde dat er tijdens de Britse heerschappij in India enorm veel giftige cobra’s in en rond Delhi waren. Om dat probleem op te lossen, betaalden plaatselijke autoriteiten een premie voor dode cobra’s. Die ondoordachte premie had een averechtse uitwerking toen ondernemende bewoners cobra’s gingen fokken om winst te maken. Toen er geen premie meer werd betaald, lieten ze de cobra’s los, waardoor het probleem alleen maar erger werd.
De onbedoelde bijwerkingen die soms meer schade veroorzaken dan het bedoelde voordeel, worden ook wel het ‘cobra-effect’ genoemd.1
Het cobra-effect en de opkomende generatie
Toen ik in het najaar van 2017 de Brigham Young University–Idaho bezocht, vertelde de nieuwe president, Henry J. Eyring, dat hij zich het meest zorgen maakte over het grote aantal nieuwe studenten dat afhaakt. Studenten stoppen om diverse redenen met hun studie, maar gebrek aan veerkracht is een van de belangrijkste oorzaken waardoor veel universiteiten in de Verenigde Staten met hetzelfde probleem kampen.2
Veerkracht is ‘de vaardigheid om te herstellen van of zich aan te passen aan tegenspoed of verandering.’3 Vanwege een gebrek aan veerkracht onder nieuwe militairen, biedt het Amerikaanse leger veerkrachttraining aan om soldaten te wapenen tegen de stress, vereisten en ontberingen van de militaire dienst.4
In de kerk hebben we met hetzelfde probleem te maken. Meer dan in voorgaande generaties gaan veel voltijdzendelingen vroegtijdig naar huis. Sommige zendelingen hebben ernstige gezondheidsproblemen of andere beproevingen waardoor ze eerder naar huis moeten, maar andere hebben gewoon niet voldoende veerkracht ontwikkeld.
Lyle J. Burrup, die als therapeut geestelijke gezondheid voor de afdeling zendingswerk van de kerk heeft gewerkt, heeft waargenomen dat gebrek aan veerkracht de meest voorkomende oorzaak van emotionele problemen onder zendelingen is. ‘In veel gevallen’, zegt hij, ‘heeft de zendeling gewoon niet geleerd om goed met moeilijkheden om te gaan.’5
Universiteiten, het leger en het zendingsveld veroorzaken die problemen niet. Maar ze komen daar wel aan de oppervlakte. Minder veerkracht onder de jongeren van vandaag kan zelfs een onbedoeld gevolg – een hedendaags cobra-effect – zijn, met als mogelijke oorzaken:
-
te veel tijd op de sofa en met digitale apparaten, en minder lichaamsbeweging dan vorige generaties;6
-
te veel blootstelling aan onrealistische, virtuele werelden, met een verstoord zelfbeeld, angst, depressie en gebrek aan zelfvertrouwen als gevolg;7
-
ongeduld in een wereld van onmiddellijke bevrediging en antwoorden met de snelheid van Google. (Daarentegen wordt veerkracht vooral door geduld ontwikkeld.)
-
bescherming op de onstuimige zee. ‘Een vlakke zee brengt geen vaardige zeelieden voort.’8
-
een wereld met oneindige mogelijkheden die ons afleiden, uiteenlopende stemmen die ons verwarren, en een luizenleven waardoor jongeren en jongvolwassenen ongevoelig voor de Geest worden;
-
te veel digitaal contact en niet genoeg persoonlijk contact, waardoor intermenselijke verhoudingen niet voldoende ontwikkeld worden.
Er zijn veel boeken geschreven over dat grote, ingewikkelde probleem, waaronder een boek met de sprekende titel: iGen: Why Today’s Super-Connected Kids Are Growing Up Less Rebellious, More Tolerant, Less Happy – and Completely Unprepared for Adulthood. [iGen: waarom de digitaal verbonden kinderen van nu minder opstandig, toleranter en minder gelukkig zijn – en helemaal niet voorbereid op volwassenheid.]
De wereld verandert. De Heer heeft voor deze tijd geesten bewaard die ondanks de hedendaagse moeilijkheden stand kunnen houden. Als zorgzame ouders hebben we de opdracht om ze op die moeilijkheden voor te bereiden door hun veerkracht, geloof en vastberadenheid te koesteren en te bevorderen.
Met krachtige evangeliebeginselen en onze hulp kunnen de jongeren veerkracht ontwikkelen, zodat ze meer op de Heiland gaan lijken door ‘in wijsheid’ [intellectueel] toe te nemen ‘en in grootte [lichamelijk en mentaal] en in genade bij God [geestelijk] en de mensen [maatschappelijk en emotioneel]’ (Lukas 2:52). Ik wil graag vier van deze evangeliebeginselen bespreken: (1) zelfredzaamheid, (2) tegenstelling in alle dingen, (3) de gave van de Heilige Geest, en (4) keuzevrijheid.
1. Zelfredzame kinderen grootbrengen: de Kerstman versus Scrooge
In onze pogingen om de behoeftigen te helpen, proberen we de juiste balans te vinden tussen twee beginselen die elkaar aanvullen: liefdadigheid en het aanmoedigen van zelfredzaamheid. Liefdadigheid zonder aanmoediging tot zelfredzaamheid kan met de Kerstman worden vergeleken. Aanmoediging tot zelfredzaamheid zonder liefde kan met Scrooge worden vergeleken.9 Beide extremen bieden op zich geen balans.
Liefdadigheid (iemand een vis geven) en zelfredzaamheid (iemand leren vissen) zijn ook op het ouderschap van toepassing. We kunnen alle beslissingen voor onze kinderen nemen. Maar het is veel verstandiger om ze bij te brengen hoe ze zelf beslissingen kunnen nemen, zodat ze verstandelijk, geestelijk, sociaal en emotioneel zelfredzaam kunnen worden.
Een inspirerend voorbeeld daarvan is te vinden in de aandoenlijke productie The Miracle Worker [De wonderdoener], een dramatisch werk naar de autobiografie van Helen Keller, die als kind door ziekte doof en blind was geworden.10 Helens ouders waren overbezorgd en veel te toegeeflijk. Door hun kerstmanachtige manier van opvoeden werd Helens verstandelijke, geestelijke, sociale en emotionele groei belemmerd.
Helens privéleerkracht, Anne Sullivan, besefte daarentegen dat Helen te veel betutteld werd. Ze begon Helen te helpen om haar problemen zelf aan te pakken en zelfredzamer te worden. Uiteindelijk was het dankzij Anne Sullivan, niet haar ouders, dat Helen haar volledige potentieel kon bereiken.
Omdat we onze kinderen liefhebben, willen we dat ze succes hebben. Daarom kunnen we in de verleiding komen om alle belemmeringen op hun pad te verwijderen. Of, om hun teleurstelling en falen te minimaliseren, kunnen we in de verleiding komen om het moeilijke werk voor hen te verzetten, zoals Helens ouders. Maar als we dat doen, kunnen we onze kinderen ongewild belemmeren om de veerkracht te ontwikkelen die ze nodig hebben om sterke, onafhankelijk discipelen van Christus te worden.
In plaats van overbezorgd te zijn en ze te snel te hulp te schieten, moeten we de aanpak van de Heiland overwegen. Hij versterkt ons zodat we onze ‘lasten met gemak’ kunnen dragen (Mosiah 24:15). Vaak komt Hij ons niet zo snel te hulp als we zouden willen (zie Leer en Verbonden 121:1–3).
2. Tegenstelling: de zegen van moeilijkheden
Een van de manieren waarop onze hemelse Vader, als volmaakte ouder, ons veerkracht bijbrengt en ons op toekomstig geluk voorbereidt, is dat Hij ons een wereld instuurt waar onze veerkracht wordt beproefd en verfijnd, zoals in de volgende teksten wordt uitgelegd:
-
We worden ‘beproefd, evenals Abraham’ (Leer en Verbonden 101:4).
-
Tegenspoed zal ons ‘ondervinding […] geven en voor [ons] bestwil […] zijn’ (Leer en Verbonden 122:7).
-
Er moet ‘een tegenstelling in alle dingen zijn’ (2 Nephi 2:11). Daarom staat onze hemelse Vader ons toe dat we ‘het bittere [proeven], opdat [wij] het goede zullen weten te waarderen’ (Mozes 6:55).
-
Wij ontvangen ‘geen getuigenis dan na de beproeving van [ons] geloof’ (Ether 12:6).
We kunnen de christelijke eigenschappen geloof, geduld, ijver, veerkracht enzovoort niet zonder tegenspoed of de ‘smeltkroes van ellende’ (Jesaja 48:10) ontwikkelen. Daarom staat onze Vader in de hemel toe dat wij met moeilijke problemen geconfronteerd worden. Hoe kunnen we ooit op ons grote Voorbeeld lijken als we niet net als Hij beproefd worden?
Ik zeg vaak tegen zendelingen: ‘In het zendingsveld volg je colleges van het hoogste niveau: IJver voor gevorderden, Geduld voor gevorderden enzovoort. Alleen door die gevorderde lessen kun je een goede zendeling worden, en later een uitstekende huwelijkspartner, vader of moeder. Als je een moeilijke dag hebt, vier je leed dan zoals de apostelen Petrus en Johannes dat deden. Nadat ze gevangengenomen en mishandeld waren, waren zij “verblijd dat zij waardig geacht waren, omwille van Zijn Naam smaadheid te lijden.”’ (Zie Handelingen 5:18, 40–41; zie ook 1 Petrus 4:13; Kolossenzen 2:8.)
Juist door tegenslagen, moeilijkheden en beproevingen ontwikkelen we veerkracht – de vaardigheid om op te staan, het stof van ons af te kloppen en op het rechte en smalle pad verder te gaan. Dat pad is vaak steil en rotsachtig, en we zullen allemaal struikelen en tegenslag hebben. De Heer geeft ons onbeperkt herkansingen die ons in staat stellen om met veerkracht verder te gaan.11
3. De Heilige Geest en geïnspireerde beslissingen
Kinderen moeten niet altijd gemakkelijk antwoord krijgen. Ze moeten zelf beslissingen leren nemen. We kunnen ze begeleiden, maar ze moeten de kans krijgen om zelf na te denken en kleine beslissingen te nemen.
Omdat de gave van de Heilige Geest de grootste gave is die de mens op aarde kan ontvangen,12 is het leren herkennen van de influisteringen van de Heilige Geest het belangrijkste en stimulerendste wat een ouder een kind kan bijbrengen. Onze kinderen bijbrengen hoe ze deze grote gave waardig kunnen zijn en hoe ze persoonlijke openbaring kunnen ontvangen, is het belangrijkste wat we kunnen doen om geestelijk zelfredzame kinderen groot te brengen.
We leren een belangrijke les van Oliver Cowdery, die in gebed vragen stelde en geen antwoord kreeg. De Heer zei tegen hem:
‘Zie, u hebt het niet begrepen; u hebt verondersteld dat Ik het u zou geven, terwijl u niet verder dacht dan alleen Mij te vragen.
‘Maar zie, Ik zeg u dat u het in uw gedachten moet uitvorsen; daarna moet u Mij vragen of het juist is, en indien het juist is, zal Ik uw boezem in u doen branden; bijgevolg zult u voelen dat het juist is’ (zie Leer en Verbonden 9:7–8).
Als onze kinderen bijvoorbeeld met hun huiswerk bij ons komen, doen we het niet voor ze. We geven ze advies en zeggen net als de Heer tegen Oliver: ‘Ga nu aan de slag. En kom terug als je klaar bent. Dan zal ik kijken of je de juiste antwoorden hebt gevonden.’
Als we onze kinderen leren hoe ze beproevingen kunnen doorstaan en overwinnen, gaan ze zelf denken, problemen overwegen en de influisteringen van de Heilige Geest herkennen. Alleen door hun eigen ervaring met het oplossen van problemen ontwikkelen ze een gezond verstand en wijsheid, en groeien ze in hun vaardigheid om ‘uit te vorsen’ en openbaring te ontvangen.
Als we onze kinderen geen geestelijke zelfredzaamheid en veerkracht bijbrengen, is deze ontnuchterende waarschuwing van president Russell M. Nelson van toepassing: ‘In de komende tijd kunnen wij geestelijk niet overleven zonder de leidende, troostende en voortdurende invloed van de Heilige Geest.’13
4. Respect voor keuzevrijheid op de tweesprong
Ik heb president Nelson het verhaal van zijn 8-jarige dochter horen vertellen. Zij kwam op een zondag bij hem en vroeg of ze met een gezin uit de wijk mocht gaan sleeën. Hij zei: ‘Ik wist dat het niet verstandig zou zijn om ja of nee te antwoorden. We sloegen de Bijbel op en lazen in Exodus 31:13: “U moet zeker Mijn sabbatten in acht nemen, want dat is een teken tussen Mij en u, al uw generaties door.” Toen vroeg ik haar wat zij van sleeën op de sabbat vond. Ze zei: “Papa, ik wil aan onze hemelse Vader laten zien dat ik van Hem hou. Dus ik ga niet sleeën.”’
President Nelson zei verder: ‘Toen mijn dochter jaren later zelf kinderen had, hoorde ik haar zoontje een soortgelijke vraag stellen. Het was fascinerend en fijn om te zien dat ze met mijn kleinzoon haar Bijbel opensloeg en datzelfde vers las.’
Vele jaren geleden las ik dat een vader op een zondagochtend zijn zoon wakker maakte om naar de kerk te gaan. De zoon zei: ‘Ik ga vandaag niet naar de kerk.’ Veel ouders zouden op zo’n moment in de verleiding komen om te zeggen: ‘Echt wel’ en daar dan een dreigement aan toevoegen. Deze vader was verstandiger en zei eenvoudig: ‘Je hoeft mij geen uitleg te geven, want de kerk is niet van mij. Maar ga op je knieën en leg je reden aan onze Vader in de hemel voor.’
De vader liet zijn zoon toen op de tweesprong met de Heilige Geest achter. De Heilige Geest kan onze kinderen veel beter waarschuwen dan wij. Maar dan moeten we wel op die grote gave vertrouwen. ‘Er is geen getuige zo vreselijk en geen aanklager zo krachtig als het geweten.’14 Binnen enkele minuten was de tiener opgestaan om zich klaar te maken en naar de kerk te gaan. Als de vader zijn zoon had gedwongen om naar de kerk te gaan, had hij misschien boze of opstandige gevoelens veroorzaakt, het cobra-effect dus.
Het kan riskant zijn om de keuzevrijheid van onze kinderen te respecteren en ze op de tweesprong achter te laten. Maar heeft onze Vader in de hemel in het voorsterfelijk leven niet datzelfde risico genomen, en is Hij daarbij niet een derde deel van zijn geestkinderen kwijtgeraakt? Omdat de leer van de keuzevrijheid onontbeerlijk voor het heilsplan was, was het risico onvermijdelijk, hoe Lucifer zich daar ook tegen verzette.
Als ik een uitspraak van de profeet Joseph Smith voor kinderen mag aanpassen, zou die zo klinken: ‘We brengen ze de juiste beginselen bij, want of we het nu leuk vinden of niet, ze zullen zichzelf besturen.’15 Op een dag zullen onze kinderen het ouderlijk huis verlaten. Als ouders kunnen wij ze alleen de juiste beginselen van het heilsplan bijbrengen en ze de influisteringen van de Heilige Geest leren herkennen, zodat ze hun keuzevrijheid hopelijk verstandig zullen gebruiken. Als we dat niet doen, hebben ze misschien niet de geestelijke zelfredzaamheid en veerkracht om beproevingen het hoofd te bieden, met het risico dat we ze verliezen.
We zijn allemaal uitermate en eeuwig dankbaar voor het grootste voorbeeld van veerkracht in de geschiedenis van de wereld: de verzoening van Jezus Christus. De Heiland deinsde niet terug voor zijn vuurproef, ook niet toen er onbegrijpelijk veel druk op Hem werd uitgeoefend.
De gave van de Heilige Geest en geestelijke zelfredzaamheid voeden geestelijke veerkracht, een synoniem van volharding. En wie trouw ‘tot het einde volhardt, [zal] het eeuwige leven hebben’ (2 Nephi 31:20).
Moge de Heer ons als ouders zegenen bij onze dwingende taak om intellectueel, lichamelijk, geestelijk, sociaal en emotioneel veerkrachtige kinderen op te voeden.