Jongvolwassenen
Hoe jongvolwassenen een bijdrage aan de voortgaande herstelling leveren
Jongvolwassenen hebben altijd een belangrijk aandeel in het heilswerk gehad.
Als een kerkleider je uitnodigt om aan de voortgaande herstelling deel te nemen of Israël te helpen vergaderen, denk je dan weleens: wat kan ik doen? Ik ben maar in m’n eentje, ik ben te jong, ik ben nog niet getrouwd, of: ik heb niet genoeg kennis. Wat voor bijdrage zou ik kunnen leveren?
We hebben allemaal weleens zulke gedachten. Maar probeer die twijfel aan jezelf bij het lezen van de volgende paar zinnen uit je hoofd te zetten:
-
Joseph Smith was nog maar 22 toen hij aan de vertaling van het Boek van Mormon begon.
-
Oliver Cowdery was ook 22 en John Whitmer was 26 (en beiden waren alleenstaand!) toen ze als schrijver voor Joseph begonnen te werken.
-
Toen het Quorum der Twaalf Apostelen in 1835 werd gevormd, was ieder lid ervan tussen de 23 en 35 jaar oud.
-
Veel van de eerste heiligen die lid van de kerk werden en het evangelie verspreidden, waren jongvolwassen.
Al met al werkte God in de begindagen van de herstelling van het evangelie van Jezus Christus met jongvolwassenen. Mensen zoals jij.
Denk daar maar eens goed over na.
De kerk zou nu niet over de hele wereld verspreid zijn als iedereen dacht dat hij niets bij te dragen had. En jij – ja, jij! – behoort tot een uitverkoren generatie die de kerk van Jezus Christus in deze tijd verder herstelt en er leiding aan geeft.
Je bent hier naartoe gezonden. Nu. Voor een reden.
President Russell M. Nelson heeft over onze generatie gezegd: ‘Je leeft in het “elfde uur”. De Heer heeft verklaard dat dit de laatste keer is dat Hij de arbeiders de wijngaard inroept om de uitverkorenen uit de vier hoeken van de aarde te vergaderen. (Zie LV 33:3–6.) En jullie zijn gestuurd om aan die vergadering deel te nemen.’1
Denk aan het leger van 65.000 voltijdzendelingen dat het evangelie dag in dag uit over de hele wereld verkondigt. Denk aan alle jongvolwassenen die verbonden in de tempel sluiten, van herstelde priesterschaps- en tempelzegens gebruikmaken, en zich verbinden om getrouw te zijn, hun familie te versterken en het koninkrijk van God op aarde op te bouwen. Denk aan jongvolwassenen die zich over de hele wereld als leidinggevenden in de kerk inzetten. Denk aan hen die voorwaarts streven om Jezus Christus te volgen, ondanks alles wat ze daarbij tegenwerkt. Jongvolwassenen spelen al sinds het begin een essentiële rol bij de herstelling. En de voortgaande herstelling speelt een essentiële rol in het leven van talloze jongvolwassen leden van de kerk.
Wat de herstelling voor ons betekent
Voor velen vloeit onze deelname aan de herstelling voort uit wat we erdoor geleerd hebben. Voor Vennela Vakapalli, een jongvolwassen bekeerlinge uit Andhra Pradesh (India), ‘gaat de herstelling om het zoeken naar openbaring. Joseph Smith zocht naar openbaring in het bos. Hij raadpleegde de Heer, hij wachtte op antwoord, hij was geduldig. Dat spreekt me heel erg aan.’ Vennela legt uit: ‘Voordat ik over de herstelling hoorde, wist ik niet veel over het zoeken naar openbaring. Het verbaast mij vooral hoeveel tijd hij aan het ontvangen van openbaring van God besteedde. Dat heb ik van de herstelling geleerd.’
Emma en Jacob Roberts, een jong echtpaar uit Utah (VS), zijn het erover eens dat de herstelling om ‘voortdurende openbaring’ draait – voor onszelf en voor de wereld – ‘dat we een profeet, een woordvoerder van God hier op aarde, kunnen hebben. Zo zijn we er zeker van dat we bij alle moeilijkheden die zich in de wereld voordoen iemand hebben die werkt, bidt en met God praat, zodat we voorbereid en in staat zijn om die moeilijkheden van een veranderende wereld het hoofd te bieden.’
‘Heel veel kennis die door de herstelling tot ons komt, maakt mijn leven een stuk makkelijker en minder stressvol’, zegt Jakob. We hebben altijd de zekerheid ‘dat er een God is die van ons houdt en over ons waakt’, zegt Emma. ‘Hij wil ons graag gelukkig zien. Als jongvolwassenen kunnen we Hem volledig vertrouwen en volgen, omdat we weten dat Hij ons geluk voor ogen heeft. We weten dat we eeuwige wezens zijn. Dat geeft me veel hoop en het geloof dat ik me, wat ik nu ook doe en welke fouten ik nu ook maak, kan bekeren en deze tijd heb om vooruitgang te maken en te leren.’
Die geruststellende gedachte kwam ook Ramona Morris, een jongvolwassene uit Barbados, van pas toen ze voor het eerst over de herstelling hoorde. Ze kreeg onder meer een getuigenis dat ‘onze hemelse Vader altijd voor ons klaarstaat. De herstelling schenkt echt gemoedsrust aan wie zich afvragen wat ze met hun leven moeten of wat Gods plan voor hen is.’
Maar hoewel ze door de herstelling duidelijkheid heeft in haar leven, geeft ze ook toe dat ‘het zo ver van de hoofdzetel van de kerk best moeilijk is om het evangelie als anker vast te houden. Maar omdat ik een sterk getuigenis van het herstelde evangelie heb, weet ik dat ik ook op grote afstand nog steeds kan voelen dat ik deel van de herstelling uitmaak, dat ik er niet alleen voor sta.’
En dat staat ze ook niet. Jongvolwassenen over de hele wereld nemen door tempelwerk, familiegeschiedenis en zendingswerk aan de herstelling deel. We weten dankzij Joseph Smiths eerste visioen en de herstelling meer over persoonlijke openbaring, zodat we allemaal naar de wil van God en onze rol in de voortgaande herstelling kunnen blijven zoeken.
Jongvolwassenen geven leiding in de kerk
We zijn weliswaar jongvolwassen, maar we kunnen best leiding geven in de kerk. Hoewel Janka Toronyi uit Győr (Hongarije) het enige lid van de kerk in haar familie is, wordt ze gesterkt door de deelname van haar medejongvolwassenen aan andere aspecten van de herstelling: ‘Enkele vrienden en vriendinnen zijn op zending gegaan. Het is echt geweldig om hun vooruitgang te zien, en dat ze na terugkeer door al hun ervaringen zo volwassen zijn geworden. Dat betekent voor ons allemaal heel veel. En het is altijd geweldig om te zien hoe mijn jonge alleenstaande vrienden en vriendinnen in hun roeping werkzaam zijn. Soms creëren ze die gelegenheden zelf door zich bijvoorbeeld als counselor op FSY-conferenties aan te melden. De herstelling draait naar mijn idee niet alleen om mensen over het evangelie te vertellen – het gaat ook om het versterken van de leden die we hebben.’
De jongvolwassenen in Hongarije begrijpen dat zij de toekomstige leidinggevenden van de kerk zijn. ‘We zijn nodig en we moeten tegen de taak opgewassen zijn, ook al is die soms overweldigend’, geeft Janka toe. ‘De Heer bespoedigt het werk en wij maken er deel van uit. Soms denken we: hoe moet ik dit klaarspelen? Maar het is geweldig om te zien dat onze leiders zoveel vertrouwen in ons hebben. Het is motiverend voor wie de kerk liefhebben en een sterk getuigenis hebben, want we weten dat wij op een dag de verantwoordelijkheid zullen dragen. We moeten de verantwoording voor onze eigen geestelijke vooruitgang nemen.’
Sean en Stefany Joseph uit West-Australië dragen bij aan de herstelling door als mentor voor de jongeren in hun wijk te fungeren. ‘Deelname aan de herstelling betekent voor mij toekomstige generaties bijbrengen wat het evangelie is, en hoe het hen en anderen kan helpen’, zegt Stefany. ‘We kunnen voor later een sterker fundament voor de kerk in ons land leggen.’
‘We willen ertoe bijdragen dat de jongeren een getuigenis van het Boek van Mormon en Joseph Smith krijgen, en gaan inzien dat ze kinderen van God zijn’, legt Sean uit. ‘We willen niet dat het alleen maar iets is waar ze in het jeugdwerk over gezongen hebben – we willen dat ze weten dat het werkelijk zo is.’
Vennela weet dat het niet altijd makkelijk is om in India het evangelie na te leven, maar ze weet ook dat de jongvolwassen leden daar anderen zullen inspireren en de herstelling voorwaarts zullen helpen. ‘Alle jongvolwassenen hier zijn erg trouw. Ze letten op mogelijkheden om hun getuigenis te geven’, zegt ze. ‘We zijn eigenlijk pioniers in India. We verhuizen vanuit verschillende plaatsen en sommigen laten zelfs hun familie achter. Het leven kan hier best moeilijk zijn, maar we kiezen er toch voor om het evangelie na te leven. Ik put veel hoop, kracht en moed uit de Schriften.’
We kunnen als jongvolwassene, waar we ook zijn, door ons geloof en onze toewijding aan het evangelie een grote bijdrage aan de voortgaande herstelling blijven leveren.
De toekomst van de kerk: het is aan ons
Wij zijn de toekomst van de kerk. Wij doen mee in de eindstrijd. Onze hemelse Vader doet een beroep op ons om Hem in zijn werk bij te staan – in zijn werk dat mensen voor eeuwig verandert. Hij weet dat we sterk genoeg zijn om voorwaarts te gaan en te vechten tegen alle streken die de tegenstander uithaalt. En Satan haalt alles uit de kast. Hij weet dat hij een verloren strijd levert, omdat het werk van de Heer zal zegevieren.
‘We weten dat de Heer het werk bespoedigt, en niemand kan dat tegenhouden’, zegt Janka. ‘We weten dat dat hoe dan ook gaat gebeuren. Maar we moeten besluiten of we er actief aan willen deelnemen of vanaf de zijlijn willen toekijken. We hebben de keuzevrijheid om er deel van uit te maken, en we hebben het getuigenis waardoor we het goede kunnen kiezen en Christus willen volgen. We moeten er deel van uitmaken.’
Het is dus aan ons om te kiezen aan welke kant we staan.
Het is aan ons om de moed te hebben pal te staan voor wat we geloven.
Het is aan ons om naar persoonlijke openbaring te streven.
Het is aan ons om te beslissen of de zware beproevingen op ons pad ons geloof in de Heiland zullen versterken.
Het is aan ons om Hem te volgen en al het mogelijke te doen om anderen tot Hem te brengen.
Het is aan ons om zo goed als we kunnen tot het einde toe te volharden.
We bevinden ons nu echt in de laatste dagen. En de kerk leiden in wat president Nelson de ‘boeiendste bedeling van de wereldgeschiedenis’ noemt,2 klinkt als een heel zware taak. Maar bedenk: onze hemelse Vader vertrouwde ons genoeg en heeft ons achtergehouden om in deze tijd op aarde te zijn, nu we met talloze verleidingen, afleidingen en tegengestelde meningen geconfronteerd worden.
Onze hemelse Vader heeft ons niet in de meest cruciale bedeling hierheen gestuurd met de bedoeling dat we zouden falen. Hij kent ons potentieel, onze kracht en onze moed. Hij weet uiteindelijk heel goed dat wij, ongeacht onze leeftijd of huwelijkse staat, een grote bijdrage aan de herstelling van de kerk kunnen leveren. Hoe zwaar onze beproevingen ook zijn, of hoe onmogelijk het ook lijkt om leiding te geven en het evangelie over de hele wereld te verkondigen, wie kan het werkelijk tegen ons opnemen als Hij aan onze zijde staat? Hij zal ons helpen om het onmogelijke tot stand te brengen.