Ga gewoon door – vol geloof
Door geloof te oefenen in onze Heiland, Jezus Christus, kunnen we ontmoediging overwinnen, ongeacht de obstakels die we tegenkomen.
Ouderling George A. Smith, een apostel, kreeg in een zeer moeilijke periode de volgende raad van de profeet Joseph Smith: ‘Hij zei dat ik nooit ontmoedigd mocht raken, in wat voor moeilijkheden ik mij ook bevond. Als ik neergelaten zou worden in de diepste put van Nova Scotia en alle bergen van de Rocky Mountains op mij zouden worden gestapeld, zou ik nog niet ontmoedigd moeten zijn, maar moeten volhouden, geloof hebben en goede moed houden. Dan zou ik er weer bovenuit komen.’1
Hoe kon de profeet Joseph zoiets zeggen tegen iemand die het moeilijk had? Omdat hij wist dat het waar was. Hij leefde ernaar. Joseph maakte heel veel moeilijke dingen mee. Maar door geloof in Jezus Christus en zijn verzoening te oefenen, en gewoon door te gaan, overwon hij ogenschijnlijk onoverbrugbare obstakels.2
Ik wil er vandaag net als Joseph voor pleiten om ons niet te laten overstelpen door ontmoediging, pijnlijke ervaringen, onze eigen tekortkomingen of andere moeilijkheden.
Met ontmoediging bedoel ik niet de slopende gevolgen van klinische depressie, angststoornissen of andere ziekten die een bijzondere behandeling vereisen.3 Ik heb het enkel over de alledaagse ontmoediging die bij de ups en downs van het leven hoort.
Ik haal inspiratie uit mijn helden die gewoon vol geloof blijven doorgaan, wat er ook gebeurt.4 In het Boek van Mormon lezen we over Zoram, de dienstknecht van Laban. Toen Nephi de koperen platen verkreeg, moest Zoram kiezen: ofwel met Nephi en zijn broers de wildernis in trekken ofwel mogelijk ter dood worden gebracht.
Geen makkelijke keuze! Zoram wilde eigenlijk vluchten, maar Nephi hield hem vast en zwoer een eed dat hij vrij zou zijn en een plek in hun gezin zou krijgen als hij met hen meeging. Zoram was moedig en ging mee.5
Zoram maakte in zijn nieuwe leven veel ellende mee, maar hij ging vol geloof voorwaarts. Uit niets blijkt dat Zoram zich aan zijn verleden vasthield of wrok jegens God of anderen koesterde.6 Hij was een ware vriend voor Nephi, een profeet, en hij woonde met zijn nageslacht in vrijheid en voorspoed in het beloofde land. Dat ene enorme obstakel op Zorams pad leidde uiteindelijk tot rijke zegeningen, dankzij zijn getrouwheid en bereidheid om gewoon door te gaan – vol geloof.7
Onlangs hoorde ik een moedige zuster vertellen hoe ze moeilijkheden het hoofd bood.8 Ze had het moeilijk en op een zondag luisterde ze in de ZHV naar een leerkracht die volgens haar een volmaakt leven leidde – totaal anders dan het hare. Ze was uitgeput en ontmoedigd. Ze had het gevoel dat ze niet goed genoeg was – en zelfs dat ze er niet bij hoorde – dus ze stond op en ging weg. Ze wilde nooit meer naar de kerk terugkeren. Toen ze naar haar auto liep, kreeg ze een duidelijke ingeving: ‘Ga naar de kapel en luister naar de spreker in de avondmaalsdienst.’ Ze twijfelde over de ingeving, maar kreeg opnieuw een sterk gevoel, dus ze ging naar de dienst.
Die boodschap was precies wat ze nodig had. Ze voelde de Geest. Ze wist dat de Heer wilde dat ze bij Hem bleef, om zijn discipel te zijn, en om naar de kerk te gaan, dus dat deed ze.
Weet u waar ze dankbaar voor was? Dat ze niet opgaf. Ze ging gewoon door – vol geloof in Jezus Christus, zelfs toen dat veel van haar vroeg, en ze wordt net als haar gezin rijkelijk gezegend door haar voorwaartse streven.
De God van hemel en aarde zal ons helpen om ontmoediging en obstakels op ons pad te overwinnen, als we op Hem vertrouwen, gehoor geven aan de ingevingen van de Heilige Geest,9 en gewoon doorgaan – vol geloof.
Gelukkig kan de Heer ons geloof vergroten als we zwak zijn of het niet alleen kunnen. Hij kan ons vermogen vergroten. Ik heb dat zelf meegemaakt. Ruim 20 jaar geleden werd ik onverwachts als gebiedszeventiger geroepen, en ik voelde me enorm onbekwaam. Na mijn trainingsopdrachten moest ik mijn eerste ringconferentie presideren.10 De ringpresident en ik hadden alles zorgvuldig tot in detail gepland. Kort vóór de conferentie belde president Boyd K. Packer, die toen waarnemend president van het Quorum der Twaalf Apostelen was, me op om te vragen of hij mij mocht vergezellen. Ik was verrast en zei uiteraard ja. Ik vroeg hem hoe hij het wilde aanpakken, omdat hij de vergadering zou presideren. Hij stelde voor om alle plannen te schrappen en ons voor te bereiden om de Geest te volgen. Gelukkig had ik nog 10 dagen om te studeren, te bidden en me voor te bereiden.
Zonder programma zaten we 20 minuten voor het begin van de leidersvergadering op het podium. Ik boog me naar de ringpresident toe en fluisterde: ‘Dit is een geweldige ring.’
President Packer tikte me zachtjes met zijn elleboog aan en zei: ‘Niet praten.’
Ik stopte met praten en ik moest denken aan zijn conferentietoespraak ‘Eerbied bevordert openbaring’.11 Ik zag president Packer enkele Schriftverwijzingen opschrijven. Ik wist door de Geest dat hij ingevingen voor de bijeenkomst ontving. Mijn leerervaring was begonnen.
President Packer sprak de eerste 15 minuten en benadrukte hoe belangrijk het is om alle bijeenkomsten onder invloed van de Heilige Geest te leiden.12 Toen zei hij: ‘We kunnen nu naar ouderling Cook luisteren.’
Onderweg naar het spreekgestoelte vroeg ik hem hoelang ik moest spreken en of hij een bepaald onderwerp in gedachten had. Hij zei: ‘Neem 15 minuten de tijd en zeg waartoe je geïnspireerd wordt.’ Ik sprak ongeveer 14 minuten en vertelde alles wat ik in gedachten had.
President Packer stond weer op en sprak nog 15 minuten. Hij citeerde deze tekst:
‘Spreek de gedachten uit die Ik in uw hart zal leggen, en u zult niet worden beschaamd tegenover de mensen;
‘want het zal u […] op het moment zelf, worden ingegeven wat u zult zeggen.’13
Toen zei hij: ‘We kunnen nu naar ouderling Cook luisteren.’
Ik was stomverbaasd. Ik had er nooit bij stilgestaan dat ik twee keer in één bijeenkomst moest spreken. Ik wist niet wat ik moest zeggen. Ik bad vurig en vertrouwde op de hulp van de Heer, en op de een of andere manier werd ik gezegend met een gedachte, een Schrifttekst, en kon ik nog 15 minuten spreken. Ik ging uitgeput weer zitten.
President Packer sprak nog eens 15 minuten over het volgen van de Geest en deelde de woorden van Paulus dat we niet moeten spreken ‘met woorden die de menselijke wijsheid ons leert, maar met woorden die de Heilige Geest ons leert’.14 U kunt zich wel voorstellen hoe ik me voelde toen hij voor de derde keer geïnspireerd werd om te zeggen: ‘We kunnen nu naar ouderling Cook luisteren.’
Ik was helemaal leeg. Ik had niets meer. Ik wist dat ik meer geloof moest oefenen. Langzaam liep ik naar het spreekgestoelte, terwijl ik God om hulp smeekte. Toen ik bij de microfoon stond, zegende de Heer me op wonderbaarlijke wijze met nog een boodschap van 15 minuten.15
De bijeenkomst was eindelijk voorbij, maar ik besefte al snel dat de bijeenkomst voor volwassenen een uur later zou beginnen. O, nee! Net als Zoram wilde ik het liefst vluchten, maar net zoals Nephi hem vastgreep, wist ik dat president Packer mij te pakken zou nemen. De bijeenkomst voor volwassen volgde hetzelfde patroon. Ik sprak weer drie keer. De volgende dag sprak ik maar één keer tijdens de algemene bijeenkomst.
Na de conferentie zei president Packer liefdevol: ‘Dit moeten we vaker doen.’ Ik hou van president Boyd K. Packer en waardeer alles wat ik van hem heb geleerd.
Weet u waar ik dankbaar voor ben? Dat ik niet opgaf – of me verzette. Als ik had toegegeven aan mijn wanhopige verlangen om aan die bijeenkomsten te ontsnappen, was ik een kans misgelopen om mijn geloof te versterken en een rijke uitstorting van liefde en steun van mijn hemelse Vader te ontvangen. Ik leerde over zijn barmhartigheid, de wonderbaarlijke instaatstellende kracht van Jezus Christus en zijn verzoening, en de machtige invloed van de Heilige Geest. Ondanks mijn zwakheid16 leerde ik dat ik kan dienen; dat ik iets kan bijdragen als ik de Heer aan mijn zijde heb, als ik gewoon doorga – vol geloof.
Hoe groot, ingrijpend en ernstig onze moeilijkheden ook zijn, we willen allemaal weleens stoppen, weggaan, ontsnappen of het misschien zelfs opgeven. Maar door geloof te oefenen in onze Heiland, Jezus Christus, kunnen we ontmoediging overwinnen, ongeacht de obstakels die we tegenkomen.
Net zoals de Heiland het werk volbracht dat Hij moest doen, heeft Hij de macht om ons te helpen met het werk dat wij moeten doen.17 Wij kunnen gezegend worden met vooruitgang op het verbondspad, hoe lastig dat pad ook wordt, en uiteindelijk het eeuwige leven beërven.18
De profeet Joseph Smith zei het zo: ‘Blijf standvastig, heiligen van God. Houd nog wat langer vol, totdat de storm des levens uitgewoed is en u beloond wordt door de God, wiens dienstknechten u bent.’19 In de naam van Jezus Christus. Amen.