Leringen van kerkpresidenten
Hoofdstuk 12: Gehoorzaamheid: Leef gewoon het evangelie na


Hoofdstuk 12

Gehoorzaamheid: leef gewoon het evangelie na

‘Het evangelie is eenvoudig. […] Wees nederig en gehoorzaam.’

Uit het leven van Gordon B. Hinckley

Toen Gordon B. Hinckley ongeveer veertien jaar was, had hij in de Salt Laketabernakel een ervaring die hem tot een belangrijk voornemen aanzette. Later zei hij daarover:

‘Ik [hoorde] president Heber J. Grant vertellen hoe hij als kind in het Boek van Mormon las. Hij sprak over Nephi en over de grote invloed die hij op hem had. En toen citeerde hij met een overtuigende stem die ik nooit zal vergeten deze bijzondere woorden van Nephi: ‘En het geschiedde dat ik, Nephi, tot mijn vader zei: Ik zal heengaan en de dingen doen die de Heer heeft geboden, want ik weet dat de Heer geen geboden aan de mensenkinderen geeft zonder een weg voor hen te bereiden, zodat zij kunnen volbrengen wat Hij hun gebiedt’ (1 Nephi 3:7).

Ik kreeg op dat moment in mijn jonge hart de vastberadenheid om te doen wat de Heer heeft geboden.’1

Gordon B. Hinckley droeg dat voornemen altijd in zijn hart. Toen hij jaren later president van de kerk was, bleef hij in zijn leringen trouw aan de boodschap die hij als jongeman gehoord had. Tijdens een regionale conferentie zei hij tot een groep heiligen der laatste dagen:

‘Veel reporters hebben me geïnterviewd. Ze hebben me allemaal gevraagd: “Op welk thema gaat u zich in uw presidentschap richten?” Ik antwoordde eenvoudig: “Hetzelfde thema dat ik de presidenten en apostelen van deze kerk altijd heb horen herhalen: leef gewoon het evangelie na. Wie dat doet, ontvangt in zijn hart een overtuiging van de waarheid van datgene dat hij naleeft.”’2

In zijn eerste algemene conferentie als president van de kerk riep president Hinckley iedereen op om het evangelie beter na te leven:

‘Welnu, broeders en zusters, de tijd is voor ons aangebroken om ons hoofd op te heffen, onze visie te verruimen en een beter begrip te ontwikkelen van de grootse millenniaanse zending van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Dit is een tijd om sterk te zijn. Het is een tijd om zonder aarzelen voort te gaan, in het besef wat de betekenis, de reikwijdte en het belang van onze zending zijn. Dit is een tijd om te doen wat juist is, ongeacht wat de gevolgen daarvan mogen zijn. Dit is een tijd waarin we de geboden moeten bewaren. Het is een tijd om vriendelijk en met liefde de hand te reiken aan diegenen die in nood zijn of in duisternis en pijn ronddwalen. Het is een tijd om attent, welgemanierd, hoffelijk en liefdevol in onze omgang met iedereen te zijn. Met andere woorden, om in grotere mate zoals Christus te worden.’3

President Hinckley bleef die boodschap benadrukken. Tien jaar later herhaalde hij die woorden in de algemene conferentie en zei hij vervolgens: ‘Aan u om te beoordelen hoeveel vooruitgang we met de verwezenlijking van die uitspraak van tien jaar geleden geboekt hebben.’4

Nephi jaagt

Nephi’s gehoorzaamheid inspireerde de jonge Gordon B. Hinckley.

Leringen van Gordon B. Hinckley

1

We zijn een verbondsvolk en dat verbond brengt zware verplichtingen met zich mee.

We zijn een verbondsvolk en dat is niet niks. Bij de herstelling van dit werk legde de Heer de doelen van de herstelling uit. Hij zei dat die moest plaatsvinden zodat zijn eeuwigdurende verbond hersteld kon worden. Dat verbond […] werd tussen Abraham en Jehova gesloten toen de machtige Jehova een grote, plechtige belofte aan Abraham deed. Hij zei dat zijn nageslacht als het zand aan de oever van de zee zou zijn en dat alle volken in hem gezegend zouden worden. Hij sloot dit verbond met hem, dat Hij hun God zou zijn en zij zijn volk. […] Er ontstond een relatie die van eeuwig belang was voor het eeuwig leven van al wie het verbond zou aangaan. De implicaties zijn wonderbaarlijk: als wij doen wat een kind van God behoort te doen, is Hij onze God die ons zegent, liefheeft, leidt en helpt.

In deze bedeling is dat eeuwigdurende verbond opnieuw bevestigd. We hebben dat verbond in feite bij onze doop gesloten. We traden toen tot zijn goddelijke gezin toe. Al Gods kinderen behoren tot zijn gezin, maar er is een bijzondere, geweldige band tussen God en zijn verbondskinderen. Toen we lid van de kerk werden, […] traden we tot zijn verbondsvolk toe. En telkens als we aan het avondmaal deelnemen, doen we dat niet alleen om het zoenoffer van Gods Zoon te gedenken die zijn leven voor ons allen gegeven heeft. We nemen ook de naam van Jezus Christus op ons en beloven plechtig dat we zijn geboden zullen onderhouden. En Hij belooft ons plechtig dat Hij ons dan met zijn Heilige Geest zal zegenen.

We zijn een verbondsvolk en dat verbond brengt zware verplichtingen met zich mee. We mogen niet middelmatig zijn. We moeten boven de massa uitstijgen. We moeten harder ons best doen. We moeten een beetje beter, vriendelijker, grootmoediger, hoffelijker, attenter en hulpvaardiger zijn.5

Wij hebben een plechtig verbond gesloten en de naam van de Heer Jezus Christus op ons genomen. Laten we ernaar streven de geboden te onderhouden en te leven zoals de Heer ons gevraagd heeft.6

avondmaalsdienst

‘Telkens als we aan het avondmaal deelnemen, […] nemen [we] de naam van Jezus Christus op ons en beloven plechtig dat we zijn geboden zullen onderhouden.’

2

De Heer verwacht van ons dat we het evangelie in elk aspect naleven.

We leven in een tijd van compromissen en stilzwijgende instemming. In de situaties waarmee we dagelijks geconfronteerd worden, weten we wat goed is, maar onder druk van leeftijdgenoten en de misleidende stemmen van hen die ons willen overhalen, gaan we voor de bijl. We sluiten een compromis. We leggen ons er stilzwijgend bij neer. We geven toe, waarna we ons schamen. […] We moeten de kracht ontwikkelen om onze overtuiging te volgen.7

Het evangelie is eenvoudig. Sommige vereisten lijken misschien simpel en onnodig. Maar verwerp ze niet. Wees nederig en gehoorzaam. Ik beloof u dat de resultaten geweldig en bevredigend zullen zijn.8

Ik bid dat we allen wat harder zullen proberen om in overeenstemming met onze goddelijkheid te leven. We kunnen ons beter gedragen. We kunnen een beter mens zijn. Als we voortdurend ons goddelijk erfgoed in gedachten houden, dat God onze Vader is en wij elkaars broeders en zusters zijn, zullen we een beetje toleranter en vriendelijker zijn, en meer geneigd zijn anderen te helpen en te steunen. We zullen ons minder makkelijk verlagen tot het doen van ongepaste dingen.9

Het geloof waar u deel van uitmaakt, beleeft u zeven dagen per week, niet alleen op zondag. […] U behoort het voortdurend te beleven — 24 uur per dag, 7 dagen per week, 365 dagen per jaar.10

De Heer verwacht van ons dat we ons leven op orde houden en dat we het evangelie in elk aspect naleven.11

3

God zal diegenen die zijn geboden onderhouden met zegeningen overladen.

De Heer droeg Elia op om zich bij de beek Krith te verbergen. Hij moest uit de beek drinken en de raven zouden hem voeden. In de Bijbel staat een eenvoudige, geweldige uitspraak over Elia: ‘Hij ging dan op weg en deed overeenkomstig het woord van de Heere’ (1 Koningen 17:5).

Hij sprak niet tegen. Hij verzon geen uitvluchten. Hij weigerde niet. Elia ging gewoon ‘op weg en deed overeenkomstig het woord van de Heere’. En hem werd het verschrikkelijke onheil bespaard dat de mensen die spotten, redetwistten en twijfelden, overkwam.12

Het hele verhaal in het Boek van Mormon gaat over mensen die in het land voorspoedig waren en door de Heer rijkelijk en overvloedig gezegend werden als ze rechtschapen waren en Jezus Christus aanbaden. Als ze zonde begingen, afvallig werden en hun God vergaten, werden ellende, oorlog en problemen hun deel. Uw veiligheid, gemoedsrust en voorspoed zijn afhankelijk van uw gehoorzaamheid aan de geboden van de Almachtige.13

‘Onderhoud voortdurend mijn geboden, en u zult een kroon van gerechtigheid ontvangen’ [LV 25:15]. Zo luidde de belofte van de Heer aan Emma Hale Smith. De Heer geeft ieder van u diezelfde belofte. Als u de geboden onderhoudt, zult u gelukkig zijn. Een heilige der laatste dagen […] die de geboden schendt, zal lijden. En wie de geboden onderhoudt, is een kroon […] van gerechtigheid en eeuwige waarheid beloofd.14

Als u de raad van God opvolgt, zult u ware vrijheid ervaren. Er staat geschreven: ‘Een gebod is een lamp, en onderricht is een licht’ (Spreuken 6:23).

In tegenstelling tot wat velen denken, is het evangelie geen filosofie van onderdrukking. Het is een plan van vrijheid dat begeerte in bedwang houdt en gedrag aanstuurt. De vruchten van het evangelie zijn zoet en de beloning is royaal. […]

‘Sta dan vast in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft, en laat u niet weer met een juk van slavernij belasten’ (Galaten 5:1).

‘Waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid’ (2 Korinthe 3:17).15

Onze veiligheid schuilt in bekering. Onze kracht komt voort uit gehoorzaamheid aan de geboden van God. […] Laten we pal staan tegen het kwaad in binnen- en buitenland. Laten wij de zegeningen van de hemel waardig zijn, onze levenswijze zo nodig aanpassen en op de Vader van ons allen vertrouwen.16

Wij hebben niets te vrezen. God staat aan het roer. Hij zal weerstand terzijde schuiven ten behoeve van dit werk. Hij zal hen die zijn geboden onderhouden met zegen overladen. Dat heeft Hij beloofd. We twijfelen er niet aan of Hij Zich aan die belofte zal houden.17

4

De leiders van de kerk wijzen de weg en sporen de leden aan om het evangelie na te leven.

Er zijn mensen die zeggen: ‘De kerk hoeft mij niet te vertellen hoe ik over dit of dat moet denken of hoe ik moet leven.’

Nee, zeg ik, de kerk dicteert niemand hoe hij moet denken of wat hij moet doen. De kerk wijst de weg en nodigt ieder lid uit om het evangelie na te leven en de zegeningen te genieten die uit zo’n leefwijze voortvloeien. De kerk dicteert niemand, maar zij geeft raad, overtuigt en dringt aan, en zij verwacht trouw van hen die beweren lid te zijn.

Toen ik nog studeerde, zei ik bij gelegenheid tegen mijn vader dat ik van mening was dat de algemene autoriteiten buiten hun boekje waren gegaan toen ze een bepaalde kwestie bepleitten. Hij was een heel wijs en goed mens. Hij zei: ‘De president van de kerk heeft ons instructies gegeven en ik steun hem als profeet, ziener en openbaarder; ik ben dus van plan zijn raad op te volgen.’

Ik heb nu [vele] jaren in de algemene raden van de kerk gewerkt. […] Ik wil tot u getuigen dat, hoewel ik letterlijk duizenden vergaderingen heb bijgewoond waarin kerkelijke richtlijnen en programma’s werden besproken, er niet één bij was waarin niet naar de leiding van de Heer werd gestreefd of waarin er bij iemand een verlangen bestond om iets voor te stellen of te doen dat mensen zou schaden of dwingen.18

Ik zeg u namens [al wie in de algemene raden van de kerk werken] dat we geen persoonlijke eer nastreven. We streven alleen de wil van de Heer na. Er zijn mensen die kritiek hebben als we raad geven of waarschuwen. Bedenk dat onze raadgevingen niet door zelfzuchtige verlangens zijn ingegeven. Bedenk dat onze waarschuwingen niet ongegrond zijn. De beslissing om ons over verschillende zaken uit te spreken wordt niet zonder overleg en gebed genomen. We willen u alleen maar met uw problemen, uw strijd, uw gezin en uw leven helpen. […] We willen niets anders verkondigen dan wat de Heer wil dat we verkondigen. […]

Wij hebben de taak waarover Ezechiël gesproken heeft: ‘Mensenkind, Ik heb u aangesteld tot wachter over het huis van Israël. Wanneer u uit Mijn mond een woord hoort, moet u hen namens Mij waarschuwen’ (Ezechiël 3:17).

Achter geen van deze zaken steekt een zelfzuchtig verlangen. We wensen slechts het geluk van onze broeders en zusters, dat zij vrede en liefde in hun gezin ervaren, dat zij door de kracht van de Almachtige gezegend worden bij wat zij ook in gerechtigheid ondernemen.19

God laat op zijn manier voortdurend zijn wil betreffende zijn volk weten. Ik getuig tot u dat de leiders van de kerk ons nooit zullen vragen om iets te doen wat we met de hulp van de Heer niet kunnen doen. We voelen ons misschien onbekwaam. We vinden wat van ons gevraagd wordt misschien niet leuk of het past niet in onze plannen. Maar als we het met geloof, gebed en vastberadenheid proberen, zal het ons lukken.

Ik getuig tot u dat het geluk van de heiligen der laatste dagen, de gemoedsrust van de heiligen der laatste dagen, de vooruitgang van de heiligen der laatste dagen, de welvaart van de heiligen der laatste dagen, en het eeuwig heil en de verhoging van deze mensen in gehoorzaamheid aan de raden van het priesterschap van God liggen.20

5

Kleine beslissingen kunnen enorme gevolgen hebben.

Ik wil u over een beginsel vertellen […] dat, als u het naleeft, ervoor zal zorgen dat u veel vaker de juiste beslissing neemt. Daardoor zult u ook veel meer vooruitgang maken en gelukkiger zijn. Dat grote beginsel is behoud het geloof. […]

Ik kan u niet vertellen hoe u elke beslissing moet nemen. Maar ik kan u wel beloven dat als u uw beslissingen in overeenstemming met de normen van het evangelie en de leer van de kerk neemt, en als u het geloof behoudt, u goede vruchten zult voortbrengen en u veel geluk zult ervaren en veel zult bereiken.21

Lang geleden werkte ik voor een spoorwegmaatschappij. […] Dat was in de tijd dat bijna iedereen met de trein reisde. Op een ochtend kreeg ik een telefoontje van mijn collega in Newark (New Jersey, VS). Hij zei: ‘Trein nummer zus en zo is zonder bagagewagon gearriveerd. Driehonderd passagiers zijn ergens hun bagage kwijtgeraakt en ze zijn boos.’

Ik ging onmiddellijk aan de slag om erachter te komen waar de bagage heen kon zijn gegaan. Ik vernam dat de wagon in Oakland (Californië) op de juiste wijze geladen en aan de trein gekoppeld was. Hij was in Salt Lake City op onze spoorlijn gezet, [en was uiteindelijk aangekomen] in St. Louis (Missouri). Daar had een andere spoorwegmaatschappij de wagon moeten overnemen en hem naar Newark moeten brengen. Maar een achteloze wisselwachter op het emplacement van St. Louis had een klein stukje staal van slechts 7,5 centimeter, een wissel, overgehaald en vervolgens aan een hefboom getrokken om de wagon te ontkoppelen. Wij ontdekten dat de bagagewagon die in Newark had moeten zijn, zich in feite in New Orleans (Louisana) bevond, 2400 kilometer van zijn bestemming verwijderd. Het overhalen van acht centimeter wissel door een achteloze werknemer op het emplacement van St. Louis, had hem op het verkeerde spoor gezet en had de afstand tot zijn juiste bestemming enorm vergroot. En zo gaat het ook in ons leven. In plaats van een vaste koers aan te houden, worden we door een misvatting in een andere richting getrokken. Die afwijking van onze oorspronkelijke bestemming kan aanvankelijk erg klein zijn, maar als die doorzet, kan die kleine afwijking een grote kloof worden en kunnen we heel ver terechtkomen van waar we naartoe wilden gaan. […] Het leven draait om de kleine dingen die grote dingen in ons leven teweegbrengen.22

Op een dag stond ik op een boerderij vóór een groot hek. Ik hief de klink op en opende het hek. De scharnieren bewogen amper. Maar aan het andere uiteinde beschreef het hek een boog met een diameter van wel vijf meter. Als je alleen naar de scharnieren keek, zou je nooit beseffen dat die kleine beweging zo’n groot gevolg had.

En dat geldt ook voor onze beslissingen. Een kleine gedachte, een klein woord, een kleine daad kunnen enorme gevolgen hebben.23

open metalen hek

President Hinckley vergeleek onze beslissingen met de scharnieren van een hek.

6

Als we het evangelie naleven, sterken we de kerk en verspreiden we het werk van God over de aarde.

U kunt de [kerk] door uw levenswijze sterker maken. Laat het evangelie uw zwaard en schild zijn. […]

Hoe schitterend zal de toekomst zijn wanneer de Almachtige zijn heerlijke werk voortstuwt, een werk dat een ieder die zijn evangelie aanvaardt en naleeft tot zegen zal zijn.24

Ik zie een schitterende toekomst in een heel onzekere wereld. Als we ons aan onze waarden vastklampen, als we op ons erfgoed voortbouwen, als we gehoorzaam voor de Heer wandelen, als we gewoon het evangelie naleven, zullen we ongelooflijk worden gezegend. Men zal ons bezien als een opmerkelijk volk dat de sleutel tot opmerkelijk geluk heeft gevonden.25

Laten we ons allemaal voornemen om het werk van de Heer beter, sterker en groter dan ooit tevoren te maken. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit van ons leven. Het gaat uiteindelijk om ons voornemen om het evangelie van Jezus Christus na te leven. Dat is een persoonlijke kwestie. Als we allemaal bidden, is de kerk veel sterker. En dat geldt ook voor de andere evangeliebeginselen. Laten we meedoen aan dit grote werk dat voorwaarts gaat en zich over de hele aarde verspreidt. We kunnen niet blijven stilstaan; we moeten voorwaarts gaan. Dat is noodzakelijk. De persoonlijke overtuiging in ons hart is de ware kracht van de kerk. Zonder die overtuiging hebben we heel weinig; met die overtuiging hebben we alles.26

Ik nodig ieder lid van de kerk uit, waar u ook bent, om op te staan en met een vreugdevol hart aan de slag te gaan, het evangelie na te leven, de Heer lief te hebben en het koninkrijk op te bouwen. Samen zullen we op koers blijven en het geloof behouden. De Almachtige zal onze kracht zijn.27

Suggesties voor studie en onderwijs

Vragen

  • Waarom mogen we als verbondsvolk van de Heer ‘niet middelmatig zijn’? (Zie onderdeel 1.) Op welke manieren hebben de verbonden die u met de Heer gesloten hebt een uitwerking op uw dagelijkse leven?

  • President Hinckley heeft gezegd: ‘We moeten de kracht ontwikkelen om onze overtuiging te volgen’ (onderdeel 2). Hoe compromitteren wij soms onze overtuigingen? Hoe kunnen we ons tegen verleiding sterken?

  • Hoe kunnen we het verhaal van president Hinckley over Elia op onszelf toepassen? (Zie onderdeel 3.) Hoe zou u reageren als iemand zegt dat de geboden hem te veel beperken? Hoe hebt u ervaren dat gehoorzaamheid aan de geboden ons vrijheid, veiligheid en gemoedsrust geeft?

  • Bespreek president Hinckleys uitleg over hoe kerkleiders raad en waarschuwingen geven. Hoe bent u gezegend door de raad van kerkleiders?

  • Wat kunnen we van President Hinckleys verhaal over de verloren bagagewagon leren? (Zie onderdeel 5.) Waarom hebben kleine beslissingen of daden zulke grote gevolgen? Welke kleine beslissing had voor u grote gevolgen? Hoe kunnen we kleine afwijkingen die ons van Gods pad kunnen wegleiden beter herkennen?

  • Hoe kunnen we door het evangelie na te leven beter met de onzekerheden in de wereld omgaan? (Zie onderdeel 6.) Hoe kunnen we door het evangelie na te leven ons leven vereenvoudigen? Bedenk hoe u de kerk kunt sterken en Gods werk over de aarde kunt verspreiden.

Relevante Schriftteksten

Deuteronomium 4:39–40; Hebreeën 5:8–9; LV 64:33–34; 93:26–28; 98:22; Abraham 3:24–26; Geloofsartikelen 1:3

Studietip

‘Lezen, bestuderen en overpeinzen verschillen van elkaar. We lezen woorden die ons misschien op een idee brengen. We bestuderen en ontdekken misschien patronen en verbanden in Schriftteksten. Maar door te overpeinzen, stellen we ons voor openbaring van de Geest open. Voor mij bestaat overpeinzen uit nadenken en bidden, nadat ik aandachtig de Schriften heb gelezen en bestudeerd.’ (Henry B. Eyring, ‘Dienen met de Geest’, Liahona, november 2010, 60.)

Noten

  1. ‘If Ye Be Willing and Obedient’, Ensign, juli 1995, 2.

  2. Teachings of Gordon B. Hinckley (1997), 404.

  3. ‘This Is the Work of the Master’, Ensign, mei 1995, 71.

  4. ‘Openingswoord’, Liahona, mei 2005, 4.

  5. Teachings of Gordon B. Hinckley, 148–149.

  6. Teachings of Gordon B. Hinckley, 146.

  7. ‘Building Your Tabernacle’, Ensign, november 1992, 52.

  8. ‘Everything to Gain—Nothing to Lose’, Ensign, november 1976, 96.

  9. Teachings of Gordon B. Hinckley, 160–161.

  10. Teachings of Gordon B. Hinckley, 404.

  11. Discourses of President Gordon B. Hinckley, deel 2: 2000–2004 (2005), 412.

  12. ‘If Ye Be Willing and Obedient’, 4.

  13. Teachings of Gordon B. Hinckley, 406–407.

  14. ‘If Thou Art Faithful’, Ensign, november 1984, 92.

  15. In Conference Report, april 1965, 78.

  16. ‘The Times in Which We Live’, Ensign, november 2001, 74.

  17. ‘This Is the Work of the Master’, 71.

  18. ‘Trouw’, Liahona, mei 2003, 60.

  19. ‘The Church Is on Course’, Ensign, november 1992, 59–60.

  20. ‘If Ye Be Willing and Obedient’, Ensign, december 1971, 125.

  21. ‘Keep the Faith’, Ensign, september 1985, 3, 6.

  22. ‘A Prophet’s Counsel and Prayer for Youth’, Ensign, januari 2001, 5–7.

  23. ‘Keep the Faith’, 3.

  24. ‘Stay the Course—Keep the Faith’, Ensign, november 1995, 72.

  25. ‘Look to the Future’, Ensign, november 1997, 69.

  26. Teachings of Gordon B. Hinckley, 138–139.

  27. ‘Stay the Course—Keep the Faith’, 72.