Onze kinderen begrip bijbrengen
Onze kinderen begrip bijbrengen is meer dan alleen maar informatie verschaffen. Het betekent dat we onze kinderen de leer in hun hart helpen planten.
In het voorbijgaan der jaren vervagen allerlei details uit mijn leven, maar enkele gebeurtenissen die me heel helder voor ogen blijven zijn de geboorten van onze kinderen. De hemel leek zo nabij, en als ik mijn best doe, kan ik bijna dezelfde gevoelens van eerbied en verwondering ervaren, die ik iedere keer had als zo’n kostbaar kindje in mijn armen werd gelegd.
Onze ‘kinderen zijn een erfdeel des Heren’ (Psalmen 127:3). Hij kent ieder kind en houdt van hen met volmaakte liefde (zie Moroni 8:17). Welk een heilige verantwoordelijkheid legt onze hemelse Vader ons als ouders op door ons met Hem te laten samenwerken om zijn bijzondere geestkinderen te laten worden wat Hij weet dat ze kunnen worden.
Dit goddelijke voorrecht om onze kinderen op te voeden is een verantwoordelijkheid die we alleen, zonder de hulp van de Heer, niet aankunnen. Hij weet precies wat onze kinderen moeten weten, wat ze moeten doen en wat ze moeten zijn om weer in zijn nabijheid te komen. Hij geeft moeders en vaders specifieke instructies en leiding door middel van de Schriften, zijn profeten en de Heilige Geest.
In een hedendaagse openbaring door middel van de profeet Joseph Smith draagt de Heer de ouders op om hun kinderen de leer van bekering en geloof in Christus, van de doop en de gave van de Heilige Geest te leren begrijpen. Let wel, de Heer zegt niet gewoon dat we de leer moeten onderwijzen; zijn aanwijzingen zijn dat we onze kinderen de leer moeten leren begrijpen. (Zie LV 68:25, 28; cursivering toegevoegd.)
In Psalmen lezen we: ‘Geef mij verstand, dan zal ik uw wet bewaren, en haar van ganser harte onderhouden’ (Psalmen 119:34).
Onze kinderen begrip bijbrengen is meer dan alleen maar informatie verschaffen. Het houdt in dat we de leer zodanig in het hart van onze kinderen planten dat het een deel van hen wordt en gedurende hun hele leven wordt weerspiegeld in hun houding en gedrag
Nephi heeft gezegd dat de Heilige Geest boodschappen ‘tot het hart der mensenkinderen’ voert (2 Nephi 33:1). Het is onze taak als ouders om ons uiterste best te doen om een sfeer te scheppen waarin onze kinderen de invloed van de Heilige Geest kunnen voelen en hen dan te helpen herkennen wat ze voelen.
Het doet me denken aan een telefoontje dat ik enkele jaren geleden kreeg van onze dochter Michelle. Ze zei diep geroerd: ‘Mam, ik heb zojuist iets ongelooflijks met Ashley meegemaakt.’ Ashley is haar dochter die toentertijd vijf jaar oud was. Michelle beschreef dat Ashley en Andrew, haar zoontje van drie, de hele ochtend gekibbeld hadden — de een wilde niet delen en de ander sloeg. Nadat ze een en ander met de kinderen had uitgepraat, ging Michelle even bij de baby kijken.
Al gauw kwam Ashley binnenrennen, boos dat Andrew niet wilde delen. Michelle herinnerde Ashley aan de belofte die ze tijdens de gezinsavond hadden gedaan om aardiger voor elkaar te zijn.
Ze vroeg aan Ashley of ze wilde bidden en om hulp van haar hemelse Vader vragen, maar Ashley, nog steeds boos, antwoordde ‘nee’. Toen ze aan Ashley vroeg of ze geloofde dat onze hemelse Vader haar gebed zou beantwoorden, zei ze dat ze het niet wist. Haar moeder vroeg haar om het te proberen, pakte zachtjes haar handen en knielde met haar neer.
Michelle stelde voor dat Ashley haar hemelse Vader zou vragen om Andrew te helpen delen en haar te helpen om aardig te zijn. De gedachte dat onze hemelse Vader haar broertje kon helpen delen moet haar interesse hebben gewekt. Ze begon te bidden, allereerst met de vraag of onze hemelse Vader Andrew wilde helpen delen. Toen ze Hem vroeg of Hij haar wilde helpen om aardig te zijn, begon ze te huilen. Ashley beëindigde haar gebed en begroef haar hoofd in haar moeders schouder. Michelle hield haar in haar armen en vroeg waarom ze huilde. Ashley zei dat ze het niet wist.
Haar moeder zei: ‘Ik denk dat ik weet waarom je huilt. Voel je je fijn?’ Ashley knikte en haar moeder ging verder: ‘Dat is de Geest die maakt dat je je zo voelt. Het is de manier waarop onze hemelse Vader je vertelt dat Hij van je houdt en je zal helpen.’
Ze vroeg aan Ashley of ze dat geloofde; of ze geloofde dat onze hemelse Vader haar kon helpen. Met haar kleine ogen vol tranen zei Ashley dat ze het geloofde.
Soms is de krachtigste manier om onze kinderen een leer te leren begrijpen hun te onderwijzen aan de hand van wat ze op dat moment meemaken. Zulke momenten komen spontaan en zijn niet gepland. Ze vinden plaats tijdens de alledaagse gang van zaken in het gezin. Ze komen en gaan weer snel voorbij. Daarom moeten we alert zijn en een leermoment herkennen als onze kinderen met een vraag of zorg bij ons komen, als ze niet goed met broers en zusjes of vrienden overweg kunnen, als ze hun woede moeten beheersen, als ze een fout maken of als ze een beslissing moeten nemen. (Zie Onderwijzen geen grotere roeping: handleiding voor evangelieonderwijs [1999], p. 140–141; Marriage and Family Relations Instructor’s Manual [2000], p. 61.)
Als we er klaar voor zijn en ons in zulke situaties door de Geest laten leiden, zullen onze kinderen met meer resultaat en begrip leren.
Even belangrijk zijn de leermomenten die zich voordoen doordat we doordachte invulling geven aan het gezinsgebed, de gezamenlijke Schriftstudie, de gezinsavond en andere gezinsactiviteiten.
In iedere onderwijssituatie worden leren en begrijpen het best gevoed door een warme, liefdevolle omgeving waarin de Geest aanwezig is.
Een zekere vader nam altijd ongeveer twee maanden voordat zijn kinderen acht jaar werden elke week wat tijd om hem of haar op de doop voor te bereiden. Zijn dochter vertelde dat hij, toen het haar beurt was, haar een dagboek gaf, ergens samen met haar ging zitten, evangeliebeginselen besprak en vertelde wat die voor hem betekenden. Hij liet haar tijdens het gesprek een visueel hulpmiddel tekenen. Daarop kwam het voorbestaan, dit aardse leven, en iedere stap die ze moest nemen om terug te keren tot haar hemelse Vader. Hij getuigde van iedere stap van het heilsplan terwijl hij het aan haar onderwees.
Toen ze volwassen was en zich die ervaring herinnerde, zei ze: ‘Ik zal nooit de liefde van mijn vader vergeten die ik voelde toen hij die tijd met mij doorbracht. (…) Ik geloof dat ik voornamelijk door die ervaring een getuigenis van het evangelie had toen ik mij liet dopen.’ (Zie Onderwijzen — geen grotere roeping, p. 129.)
Onderwijzen om begrip bij te brengen vergt voortdurende moeite. Het vereist onderwijs door voorschrift en voorbeeld, en vooral hulp zodat onze kinderen kunnen naleven wat ze leren.
President Harold B. Lee heeft gezegd: ‘Als u een evangeliebeginsel niet in de praktijk ervaart, is het veel moeilijker om in dat beginsel te geloven’ (Leringen van kerkpresidenten: Harold B. Lee [2000], p. 121).
Ik leerde bidden door met mijn huisgenoten in gezinsgebed neer te knielen. Mij werd de taal van het gebed geleerd doordat ik naar de gebeden van mijn ouders luisterde en zij me hielpen bij mijn eerste gebeden. Ik knielde en bad tot mijn hemelse Vader om troost.
Mijn vader en moeder riepen ons iedere ochtend zonder uitzondering bij elkaar rond de keukentafel voordat we gingen ontbijten, en dan knielden we in gezinsgebed. We baden voor iedere maaltijd. Voordat we ’s avonds naar bed gingen, knielden we samen in de woonkamer en sloten de dag af met een gezinsgebed.
Hoewel ik aanvankelijk als kind niet veel van bidden begreep, werd het zo’n deel van mijn leven dat ik het bleef doen. Ik leer nog steeds en mijn begrip van de kracht van gebed groeit nog steeds.
Ouderling Jeffrey R. Holland heeft gezegd: ‘We begrijpen allemaal dat de evangelieboodschap pas succesrijk is als die op zo’n manier wordt onderwezen, en wordt begrepen, en wordt nageleefd dat haar belofte van geluk en heil verwezenlijkt kan worden.’ (‘Onderwijzen en leren in de kerk’ [Wereldwijde instructiebijeenkomst voor leidinggevenden, 10 februari, 2007], Liahona, juni 2007, p. 57).
De leringen van het evangelie volledig leren begrijpen is een levenslang proces en gebeurt ‘regel op regel (…), voorschrift op voorschrift, hier een weinig en daar een weinig’ (2 Nephi 28:30). Als kinderen leren en toepassen wat ze leren neemt hun begrip toe, hetgeen leidt tot meer leren, meer toepassen, en een nog groter en meer blijvend begrip.
We weten dat onze kinderen een leer beginnen te begrijpen als we die terugzien in hun houding en daden zonder bedreiging of beloning van buitenaf. Naarmate onze kinderen meer evangelieleer leren begrijpen, worden ze zelfredzamer en verantwoordelijker. Ze gaan deel uitmaken van de oplossing voor onze gezinsproblemen en dragen in positieve zin bij aan de sfeer thuis en het succes van ons gezin.
We leren onze kinderen begrijpen als we ieder onderwijsmoment aangrijpen, de Geest uitnodigen, het goede voorbeeld geven en hen helpen naleven wat ze leren.
Wanneer we in de ogen van een pasgeboren kind kijken doet dat ons denken aan het liedje:
Ik ben een kind van God,
toch voel ik mij heel klein;
begrijpen wil ik heel zijn plan,
een voorbeeld altijd zijn.
Leid mij, help mij, blijf dicht bij mij,
vraag ik hun steeds weer,
leer mij al wat ik moet doen
dat ik tot Hem wederkeer.
(‘Ik ben een kind van God’, lofzang 195, cursivering toegevoegd).
Mogen wij evenzo doen. In de naam van Jezus Christus. Amen.