Wonderen van het evangelie van Jezus Christus
Ik weet dat zijn evangelie ons en talloze toekomstige generaties hoop, gemoedsrust en vreugde kan brengen.
Mabuhay! Ik breng u de liefde en hartelijke glimlach over van de geweldige heiligen in de Filipijnen. Het is nu zestig jaar geleden dat de eerste zendelingen in de Filipijnen aankwamen. Het land telt inmiddels 23 zendingsgebieden en ruim 800.000 kerkleden in 123 ringen. Er bevinden zich ook zeven tempels die in gebruik, in aanbouw of aangekondigd zijn. Dat is werkelijk een wonder. We zien de profetie in 2 Nephi 10:21 in vervulling gaan: ‘Groot zijn […] de beloften van de Heer aan hen die zich op de eilanden van de zee bevinden.’
Dit wonder is ook een vervulling van een profetie uit 1961 die toenmalig ouderling Gordon B. Hinckley in Manilla in een gebed uitsprak. Ouderling Hinckley zei in dat gebed: ‘Wij smeken uw zegeningen over de mensen in dit land af, dat zij vriendelijk en gastvrij zullen zijn jegens hen die hierheen komen. En wij bidden, Heer, dat vele duizenden deze boodschap zullen ontvangen, en dat die hen tot zegen zal zijn. Zegen hen met een ontvankelijke geest en een begripvol hart, met geloof om te ontvangen en met moed om de beginselen van het evangelie na te leven.’ (Inwijdingsgebed bij het American War Memorial Cemetery, Filipijnen, 28 april 1961.)
Het wonder van het evangelie heeft een positieve invloed op de vele duizenden getrouwe heiligen der laatste dagen, maar ook op het land en de rest van de bevolking. Daar ben ik het levende bewijs van. Ik was 6 jaar toen mijn ouders zich op het zuidelijke eiland Mindanao bij de kerk aansloten. Er was in die tijd maar één zendingsgebied in het hele land en geen enkele ring. Ik zal mijn ouders altijd dankbaar zijn voor hun moed en toewijding aan de Heiland. Ik betuig hen en alle pioniers van de kerk in de Filipijnen eer. Zij hebben de zegeningen van de generaties na hen mogelijk gemaakt.
Koning Benjamin zegt in het Boek van Mormon: ‘En voorts wil ik dat u nadenkt over de gezegende en gelukkige toestand van hen die de geboden van God onderhouden. Want zie, zij worden gezegend in alle dingen, zowel stoffelijke als geestelijke’ (Mosiah 2:41).
Als we de beginselen en verordeningen van het evangelie naleven en gehoorzamen, worden we gezegend, veranderd en bekeerd, en gaan we meer op Jezus Christus lijken. Zo heeft het evangelie de Filipijnse heiligen veranderd, onder wie mijn familieleden. Het evangelie leidt werkelijk tot een gelukkig, overvloedig leven.
Het eerste beginsel van het evangelie is geloof in de Heer Jezus Christus. Veel Filipino’s geloven van nature in God. We vinden het makkelijk om Jezus Christus te vertrouwen, en weten dat we antwoord op gebed kunnen krijgen.
De familie Obedoza is daar een goed voorbeeld van. Toen ik een jongeman was, was broeder Obedoza mijn gemeentepresident. Broeder en zuster Obedoza wilden maar wat graag als gezin in de Manillatempel verzegeld worden. Ze woonden in de stad General Santos, zo’n 1700 kilometer van Manilla. De reis naar de tempel leek voor hun gezin van negen onmogelijk. Maar net als de koopman die alles wat hij had verkocht om die ene parel van grote waarde te kopen (zie Mattheüs 13:45–46), besloot dit echtpaar hun huis te verkopen om de reis te bekostigen. Zuster Obedoza maakte zich zorgen omdat zij geen huis meer hadden om naar terug te keren. Maar broeder Obedoza verzekerde haar dat de Heer voor hen zou zorgen.
Zij werden in 1985 in de tempel als gezin voor tijd en alle eeuwigheid verzegeld. In de tempel vonden ze ongekende vreugde – hun parel van onschatbare waarde. En de Heer zorgde inderdaad voor hen, zoals broeder Obedoza had voorspeld. Na hun terugkeer uit Manilla boden welwillende kennissen hun onderdak, en het gezin betrok uiteindelijk een eigen woning. De Heer zorgt voor hen die geloof in Hem tonen.
Het tweede beginsel van het evangelie is bekering. Bekering betekent zich van zonde af te keren en zich voor vergiffenis tot God te wenden. Het is een verandering in denken, en een verandering van hart. Zoals president Russell M. Nelson zegt, is het ‘elke dag meer […] doen om een beter mens te worden’. (‘We kunnen meer doen om een beter mens te worden’, Liahona, mei 2019, 67.)
Bekering lijkt veel op zeep. Als jonge scheikundige werkte ik in een zeepfabriek in de Filipijnen. Ik leerde er hoe zeep wordt gemaakt. Als je olie met alkali mengt en antibacteriële stoffen toevoegt, ontstaat er een krachtig middel dat bacteriën en virussen kan uitschakelen. Bekering is, net als zeep, een reinigingsmiddel. Bekering stelt ons in staat om ons van onze onzuiverheden en tekortkomingen te ontdoen, zodat we Gods tegenwoordigheid waardig zijn, want niets onreins kan zijn koninkrijk beërven (zie Alma 11:37).
Door bekering doen we een beroep op de reinigende, heiligende macht van Jezus Christus. Het is een belangrijk onderdeel van verandering. Dat overkwam ook de Anti-Nephi-Lehieten in het Boek van Mormon. Zij waren Lamanieten die zich zo drastisch hadden bekeerd dat ze nooit afvallig werden (zie Alma 23:6–8). Ze begroeven hun oorlogswapens en namen ze nooit meer op. Ze stierven liever dan hun verbond te verbreken. En dat bewezen ze ook. We weten dat hun offer wonderen tot stand bracht; duizenden vijanden wierpen hun wapens neer en bekeerden zich. Jaren later werden hun zoons, Helamans jonge strijders, tegen alle verwachtingen in beschermd tijdens de strijd!
Mijn familie en veel Filipijnse heiligen hebben een soortgelijk bekeringsproces doorgemaakt. Toen we het evangelie van Jezus Christus aanvaardden en lid van de kerk werden, brachten we onze gebruiken en cultuur in overeenstemming met het evangelie. We moesten verkeerde tradities opgeven. Toen mijn vader het evangelie leerde kennen, bekeerde hij zich. Hij was kettingroker, maar gooide zijn sigaretten weg en raakte er nooit meer een aan. Door zijn beslissing om te veranderen, zijn er al vier generaties gezegend.
Bekering brengt ons ertoe door heilige verordeningen verbonden te sluiten en na te leven. De eerste verordening van heil en verhoging is de doop door onderdompeling tot vergeving van zonden. De doop stelt ons in staat om de gave van de Heilige Geest te ontvangen en een verbond met de Heer aan te gaan. We kunnen dit doopverbond elke week hernieuwen door aan het avondmaal deel te nemen. Dat is ook een wonder!
Broeders en zusters, ik vraag u om van dit wonder gebruik te maken. Kom tot Jezus Christus en kies ervoor om geloof in Hem te oefenen. Bekeer u en sluit verbonden door de verordeningen van heil en verhoging, en kom die na. Daardoor vormt u een span met Christus en ontvangt u goddelijke kracht en zegeningen (zie Leer en Verbonden 84:20).
Ik getuig dat Jezus Christus bestaat. Hij leeft en heeft ieder van ons lief. Ik weet dat zijn evangelie ons en talloze toekomstige generaties hoop, gemoedsrust en vreugde kan brengen. Vandaar de innemende, hartelijke glimlach van de Filipijnse heiligen. Dat is het wonder van het evangelie en de leer van Christus. Dat getuig ik in de heilige naam van Jezus Christus. Amen.