Algemene conferentie
Kijk verder voor u uit
Algemene oktoberconferentie 2021


9:20

Kijk verder voor u uit

Je richten op het allerbelangrijkste – vooral de dingen die ‘verder voor je uit’ liggen in de eeuwigheid – helpt je om dit leven goed door te komen.

Toen ik 15 jaar was, kreeg ik mijn voorlopig rijbewijs, en mocht ik autorijden als een van mijn ouders me vergezelde. Ik was superenthousiast toen mijn vader me vroeg of ik een ritje wilde maken.

Hij reed naar een lange, rechte, weinig bereden weg met twee rijstroken aan de rand van de stad – vast de enige plek die hij veilig genoeg vond. Hij ging aan de kant staan en we wisselden van plaats. Hij gaf me wat instructies en zei toen: ‘Rij voorzichtig de weg op en blijf rijden tot ik stop zeg.’

Ik deed precies wat hij vroeg. Maar na een minuut zei hij: ‘Zet de auto maar aan de kant, jongen. Ik word misselijk. Je zwalkt over de weg.’ Hij vroeg: ‘Waar kijk je toch naar?’

Ik zei een beetje geërgerd: ‘Ik kijk naar de weg.’

Toen zei hij: ‘Ik heb je in de gaten gehouden; je kijkt alleen naar wat er zich vlak voor de auto bevindt. Als je alleen kijkt naar wat er vlak voor je ligt, zul je nooit recht rijden.’ En toen beklemtoonde hij: ‘Kijk verder voor je uit. Dan zul je een rechte koers aanhouden.’

Als 15-jarige vond ik dat goed rijadvies. Maar inmiddels besef ik dat het ook een geweldige levensles was. Je richten op het allerbelangrijkste – vooral de dingen die ‘verder voor je uit’ liggen in de eeuwigheid – helpt je om dit leven goed door te komen.

Op een dag wilde de Heiland alleen zijn, dus ‘klom Hij de berg op om er in afzondering te bidden’.1 Hij stuurde zijn discipelen weg en liet ze het meer oversteken. Het schip met de discipelen kwam in het midden van de nacht echter in een hevige storm terecht. Jezus schoot hen te hulp, maar op een ongebruikelijke manier. In de Schriften staat: ‘In de vierde nachtwake kwam Jezus naar hen toe, lopend over de zee.’2 Toen ze Hem zagen, werden ze bang, want ze dachten dat er een spook op hen afkwam. Jezus merkte hun angst en stelde hen gerust met de woorden: ‘Heb goede moed, Ik ben het; wees niet bevreesd.’3

Dat luchtte Petrus niet alleen op, maar sprak hem ook moed in. De dappere, vaak impulsieve Petrus riep uit: ‘Heere, als U het bent, geef mij dan bevel over het water naar U toe te komen.’4 Jezus antwoordde met zijn vertrouwde, tijdloze uitnodiging: ‘Kom!’5

Petrus zag het helemaal zitten, klom uit het schip en viel niet in het water, maar liep erop. Terwijl hij zich op de Heiland concentreerde, kon hij het onmogelijke doen: op het water lopen. Aanvankelijk bracht de storm Petrus niet van zijn stuk. Maar de ‘sterke wind’6 leidde hem uiteindelijk af en hij raakte zijn focus kwijt. De angst kwam terug. Daardoor nam zijn geloof af en zonk hij in het water. Hij riep: ‘Heere, red mij!’7 De Heiland, die ons maar wat graag wil redden, stak zijn hand uit en hees hem in veiligheid.

We kunnen talloze lessen uit dit wonderbaarlijke verhaal trekken, maar ik noem er drie.

Concentreer u op Christus

De eerste les: concentreer u op Jezus Christus. Terwijl Petrus zijn blik op Jezus gericht hield, kon hij op het water lopen. De storm, de golven en de wind konden hem niet belemmeren zolang hij zich op de Heiland concentreerde.

Door een goed begrip van ons uiteindelijke doel kunnen we onze focus bepalen. Net zoals je geen spel kunt spelen zonder te weten wat het doel is, kun je evenmin een zinvol leven leiden zonder het doel ervan te kennen. Een van de grote zegeningen van het herstelde evangelie van Jezus Christus is dat het antwoord biedt op de vraag ‘Wat is het doel van het leven?’ ‘Ons doel is om hier vreugde te hebben en ons voor te bereiden op onze terugkeer naar God.’8 Als we in gedachten houden dat we op aarde zijn om ons op onze terugkeer naar God voor te bereiden, gaan we ons concentreren op dingen die ons tot Christus leiden.

Ons op Christus concentreren vergt discipline, vooral wat betreft de kleine, eenvoudige geestelijke gewoonten waardoor we een betere discipel worden. Discipline hoort bij discipelschap.

Onze focus op Christus wordt duidelijker als we verder voor ons uit kijken naar waar we heen willen en wie we willen worden, en dan elke dag de tijd nemen om de nodige stappen te zetten. Onze focus op Christus maakt beslissingen nemen eenvoudiger en geeft ons een leidraad om onze tijd en middelen het beste te besteden.

Hoewel veel dingen onze aandacht waard zijn, leren we van het voorbeeld van Petrus hoe belangrijk het is om Christus altijd centraal te stellen. Alleen door Christus kunnen we bij God terugkeren. We vertrouwen op Christus’ genade, streven ernaar om zoals Hij te worden, en vragen Hem om vergeving en kracht als we tekortschieten.

Pas op voor afleiding

De tweede les: pas op voor afleiding. Toen Petrus Jezus uit het oog verloor en ging letten op de wind en op de golven die met zijn voeten speelden, begon hij te zinken.

Er zijn veel dingen ‘vlak voor de auto’ waardoor we ons minder op Christus en eeuwige dingen concentreren die ‘verder voor ons uit’ liggen. De duivel is de grote afleider. We leren van Lehi’s droom dat stemmen uit het grote en ruime gebouw ons willen verleiden tot zaken die ons van onze koers naar God afleiden.9

Maar er zijn ook minder voor de hand liggende afleidingen die net zo gevaarlijk kunnen zijn. Het gezegde luidt immers: ‘Het enige wat nodig is om het kwaad te laten zegevieren, is als goede mensen niets doen.’ De tegenstander lijkt vastbesloten om goede mensen niets te laten doen, of ze hun tijd te laten verspillen aan dingen die ze van hun verheven doelen afleiden. Sommige gezonde afleidingen kunnen bijvoorbeeld zonder discipline ongezond worden. De tegenstander weet dat afleiding niet slecht of onzedelijk hoeft te zijn om doeltreffend te zijn.

We kunnen gered worden

De derde les: we kunnen gered worden. Toen Petrus begon te zinken, riep hij uit: ‘Heere, red mij! Jezus stak meteen Zijn hand uit [en] greep hem vast.’10 Als wij zinken, tegenspoed ondervinden of wankelen, kan Hij ons ook redden.

In tijden van ellende of beproeving hoopt u misschien net als ik dat die redding onmiddellijk komt. Maar bedenk dat de Heiland de apostelen pas in de vierde nachtwake te hulp schoot – nadat ze vrijwel de hele nacht de storm hadden getrotseerd.11 We kunnen bidden dat als onmiddellijke hulp niet mogelijk is, die op zijn minst in de tweede of zelfs in de derde wake van de spreekwoordelijke nacht zal komen. Moet u wachten, vertrouw er dan op dat de Heiland u altijd gadeslaat en niet toestaat dat u meer moet doorstaan dan u kunt verdragen.12 Als u in de vierde nachtwake al dan niet lijdend aan het wachten bent, laat dan de moed niet zakken. De getrouwen worden altijd gered, in dit leven of in het hiernamaals.

Soms zinken we door onze fouten en overtredingen. Als u om die redenen aan het zinken bent, maak dan de vreugdevolle keuze om u te bekeren.13 Volgens mij doen weinig zaken de Heiland meer plezier dan het redden van hen die zich tot Hem wenden, of die tot Hem terugkeren.14 De Schriften staan vol verhalen van onvolmaakte afgedwaalden die zich bekeerden en onwrikbaar in hun geloof in Christus werden. Ik denk dat die verhalen erin staan om ons eraan te herinneren dat de liefde van de Heiland voor ons en zijn macht om ons te verlossen oneindig zijn. Niet alleen de Heiland verheugt zich als we ons bekeren; wij ontvangen ook grote vreugde.

Tot besluit

Ik nodig u uit om doelbewust ‘verder voor u uit te kijken’ en u te concentreren op de dingen die er echt toe doen. Laten wij Christus centraal stellen. Te midden van alle afleidingen, de dingen ‘vlak voor de auto’ en de wervelwinden om ons heen, getuig ik dat Jezus onze Heiland, onze Verlosser en onze Redder is. In de naam van Jezus Christus. Amen.