Een leraar van tien
‘Ik zal u tot een werktuig in mijn handen maken tot behoud van vele zielen’ (Alma 17:11).
Na een lange autorit huppelde Chance het huis van zijn tante in. Hij, zijn moeder en zijn jongere broer vonden het leuk om bij haar op bezoek te gaan. ‘Hallo, tante Barbie!’ zei Chance toen hij zijn armen om haar nek sloeg. ‘Hebt u wat kleurkrijtjes en een schaar?’
Tante Barbie glimlachte en zette Chance ermee aan de keukentafel.
Terwijl tante Barbie het eten klaarmaakte, keek ze naar de tekening van Chance. ‘Wat ben je aan het tekenen, Chance?’, vroeg ze.
‘Ik kleur een plaat die ik in het jeugdwerk heb gekregen’, zei Chance. Hij kleurde voorzichtig de plaat met heldere kleuren. ‘Kunnen we na het eten gezinsavond houden?’ vroeg Chance. ‘Ik wil graag een les geven.’
‘Dat zou heel fijn zijn’, zei tante Barbie. ‘Dankjewel, Chance!’
Na het eten nodigde tante Barbie haar kamergenoot uit om met de gezinsavond mee te doen. De kamergenoot was geen lid van de kerk en ze was nieuwsgierig naar de gezinsavond.
Chance begon de les met de vraag: ‘Waar komen we vandaan?’ Toen liet hij een plaat van de geestenwereld zien die hij gekleurd had. Hij stelde meer vragen en liet gekleurde tekeningen over het plan van onze hemelse Vader zien. Tot slot vroeg Chance: ‘Weet iemand hoe dat plan heet?’
De kamergenoot van tante Barbie zei: ‘Ik niet. Hoe heet het?’
‘Het heilsplan’, zei Chance met een glimlach. ‘Door dat plan kunnen we voor eeuwig met onze familie samen zijn.’
Na de les nam tante Barbie Chance even apart. ‘Chance, jij hebt net mijn kamergenoot over het plan van onze hemelse Vader verteld. ‘Dankjewel’, zei ze.
Chance zei even niets. Toen vroeg hij: ‘Waarom voel ik me vanbinnen een beetje vreemd? Ik voel me warm en gelukkig.’
‘Dat is de Heilige Geest die getuigt dat wat je net verteld hebt waar is’, zei tante Barbie. ‘Ik weet zeker dat onze hemelse Vader erg blij met je is.’
Chance kreeg een grote glimlach op zijn gezicht. Hij was blij dat hij iemand iets over het plan van geluk van onze hemelse Vader had kunnen vertellen.