Dienen in de kerk
Kunt u mij een zegen geven?
Het sneeuwde hard terwijl ik langzaam de heuvel op reed. Ik dacht dat ik wel veilig thuis zou komen als ik de top maar haalde. Maar toen ik een bocht in ging, kwam er een tegenligger slingerend op me af. Ik kon alleen nog gillen voordat we tegen elkaar botsten en ik buiten bewustzijn raakte.
Ik had geen idee hoe veel tijd er was verstreken toen ik mijn ogen open probeerde te doen. De sneeuw waaide door de kapotte zijruit naar binnen en was bijtend koud op mijn gezicht. Ik probeerde mijn geheugen aan te spreken, onder andere om te weten waar ik ook al weer naartoe ging vóór het ongeluk. Ik was bang en alleen en riep het uit van de bonkende pijn in mijn schouder en op mijn borst. Ik smeekte onze hemelse Vader dat mijn letsel niet te ernstig zou zijn en alles weer goed zou komen.
Even later voelde ik een hand die van mij beetpakken. Ik greep de hand instinctief vast. Ik deed mijn ogen open en zag een man met een zwarte jas en hoed naast mijn gehavende auto staan. Hij zei dat zijn vrouw de botsing vanuit hun huis had gezien en dat hij kwam kijken of hij iets kon doen. Hij hield mijn hand vast en zei dat het weer goed zou komen.
Ik probeerde de man te vragen of hij een heilige der laatste dagen was, maar ik kon alleen maar fluisteren: ‘Kunt u mij een zegen geven?’
Hij zei ja en legde zijn handen door het versplinterde raam op mijn hoofd.
Ik weet niet meer wat hij zei. Maar ik weet nog wel dat ik dacht dat alles goed zou komen omdat ik een zegen had ontvangen. Ik voelde me rustig en getroost.
Toen de ambulance kwam, verloor ik de man uit het oog. Een paar uur later verliet ik het ziekenhuis met een gebroken rib en overal bulten en blauwe plekken, maar zonder ernstige verwondingen.
Ik had die ochtend gebeden dat ik veilig mocht reizen, en ik dacht eerst dat mijn hemelse Vader mijn gebed niet had verhoord. Maar ik besefte al snel dat Hij dat wel had gedaan en dat Hij mij niet in de steek had gelaten. Mijn gebed was beantwoord door middel van een bereidwillige priesterschapsdrager die op slechts enkele meters van de plek van het ongeluk woonde. Dat ongeluk had veel slechter kunnen aflopen.
Ik zou het gezicht van de man niet herkennen als ik hem op straat tegenkwam. Ik zou me zijn stem niet herinneren als hij me groette. Maar ik ben dankbaar voor deze onbekende die waardig en bereidwillig was om een priesterschapszegen te geven toen ik die nodig had.