Dochters in mijn koninkrijk

Bestudeer dit materiaal en, als u dat gepast vindt, bespreek het met de zusters die u bezoekt. Gebruik de vragen om de zusters te sterken en de ZHV actief deel uit te laten maken van uw eigen leven.

geloof, gezin, hulp

We zijn dochters van onze Vader in de hemel. Hij kent ons, houdt van ons en heeft een plan voor ons. Volgens dat plan komen we naar de aarde om te leren het goede in plaats van het kwade te kiezen. Wanneer we ervoor kiezen om ons aan Gods geboden te houden, eren wij Hem en erkennen wij onze identiteit als dochters van God. De ZHV herinnert ons aan dit goddelijke erfgoed.

De ZHV en haar geschiedenis zijn een steun en een bron van kracht voor ons. Julie B. Beck, algemeen ZHV-presidente, heeft gezegd: ‘Als dochter Gods bereidt u zich voor op een eeuwige benoeming en ieder van u heeft een vrouwelijke identiteit, natuur en verantwoordelijkheid. Het succes van gezinnen, gemeenschappen, deze kerk, en het kostbare heilsplan hangt af van uw getrouwheid. (…) [Onze hemelse Vader] wil dat de ZHV meewerkt aan het opbouwen en voorbereiden van zijn volk op de zegeningen van de tempel. Hij heeft [de ZHV] gesticht om zijn dochters op één lijn te krijgen met zijn werk en hun hulp in te roepen bij de opbouw van zijn koninkrijk en de gezinnen in Zion.’¹

Onze Vader in de hemel heeft ons specifieke taken gegeven voor de opbouw van zijn koninkrijk. Hij heeft ons ook gezegend met de nodige geestelijke gaven om die taken uit te voeren. De ZHV biedt ons kansen om met onze gaven gezinnen te versterken, mensen in nood te helpen en te leren hoe we als een discipel van Jezus Christus kunnen leven.

President Dieter F. Uchtdorf, tweede raadgever in het Eerste Presidium, heeft over discipelschap gezegd: ‘Door het pad van het discipelschap met geduld te bewandelen, openbaart zich de mate van ons geloof en onze gewilligheid om Gods wil te doen en niet die van ons.’²

Onthoud dat wij dochters van God zijn en probeer als een discipel van Hem te leven. Dan bouwen wij Gods koninkrijk op aarde op en bereiden we ons voor op onze terugkeer in zijn tegenwoordigheid.

Uit de Schriften

Zacharia 2:10; Leer en Verbonden 25:1, 10, 16; 138:38–39, 56; ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, (Liahona, november 2010, p. 129)

Uit onze geschiedenis

Op 28 april 1842 zei de profeet Joseph Smith tegen de zusters in de ZHV: ‘U krijgt nu de kans om te handelen volgens de gevoelens die God in [u] heeft geplaatst. (…) Indien u van de u gegunde voorrechten gebruikmaakt, kunnen de engelen niet anders dan uw metgezel zijn.’³

Zina D. H. Young, de derde algemeen ZHV-presidente, zag in welke invloed de ZHV had om mensen tot zegen te zijn en in geloof te laten toenemen. Zij gaf de zusters in 1893 de volgende belofte: ‘Als u in de grond van uw hart graaft, zult u met de hulp van de Geest des Heren de parel van grote waarde vinden, een getuigenis van de waarheid van dit werk.’⁴