Stephen W. Owen
Algemeen jongemannenpresident
Toen Stephen W. Owen veertien was, nam zijn buurman hem aan om elke week zijn grote grasveld te maaien en het onkruid in zijn tuin te wieden. ‘Het kostte me drie dagen om dat grasveld te maaien’, zegt broeder Owen, die op 4 april 2015 is voorgesteld als algemeen jongemannenpresident.
Toen de jonge Stephen uiteindelijk klaar was, liep zijn verstandige werkgever met hem door de tuin om wat onkruid aan te wijzen dat hij over het hoofd had gezien.
‘Hij zei dat ik ál het onkruid moest wieden’, vertelt hij. ‘Dat was mijn eerste baantje, en toen leerde ik hoe belangrijk plichtsbesef is.’
Broeder Owen leerde dat jaar veel meer dan gras maaien en onkruid wieden. Hij leerde bijvoorbeeld hoe bevredigend het is als je moeilijke taken goed uitvoert. Hij leerde ook hoe waardevol een mentor kan zijn.
De buurman verwachtte het allerbeste van Stephen. ‘Het leek wel of hij tegen me zei: “Ik weet wie je kunt worden, en ik wil je helpen.”’
Alle jongemannen in de kerk hebben volgens hem mentors nodig die ertoe bijdragen dat ze de beste priesterschapsdragers worden. ‘Ik heb veel medeleven met de jeugd’, zegt hij. ‘Ik heb ze lief en besef dat ze een kritieke tijd doormaken waarin het fundament voor de rest van hun leven wordt gelegd.’
Broeder Owen is in San Antonio (Texas) op zending geweest. Hij is later werkzaam geweest als scoutleider, jongemannenpresident van de wijk, bisschop, hogeraadslid en ringpresident.
Hij komt uit Holladay (Utah) en was samen met zijn vrouw, Jane Stringham Owen, van 2005 tot 2008 werkzaam in het zendingsgebied Arcadia (Californië), dat hij presideerde. Ze zijn op 28 december 1979 in de Provotempel (Utah) getrouwd. Ze hebben vijf kinderen.
Hij is op 22 maart 1958 in Salt Lake City geboren in het gezin van Gordon en Carolyn Owen. Hij heeft aan de University of Utah bedrijfskunde gestudeerd en is directeur van de Great Harvest Bread Company in Provo (Utah).