Leren van de Heer: alleenstaande ouder
Ik had niet gepland om rond mijn 25e een alleenstaande ouder van vier kinderen te worden en was danig van de kaart. Ik had een bescheiden woning en vier kleine kinderen om voor te zorgen, en geen vervolgopleiding. Ik vroeg me af hoe ik mijn jonge gezin ooit zou kunnen onderhouden. Mijn antwoorden kwamen niet in enkele dagen of maanden, maar in de loop van vele jaren van gehoorzaamheid aan de ene ingeving na de andere.
Gelukkig had ik de gewoonte om me in moeilijke tijden tot de Heer te wenden. Op een avond kreeg ik het duidelijke antwoord: ‘Ga naar school.’ Ik vroeg me af hoe ik dat klaar moest spelen met de financiële verplichtingen die ik had. Dus sprak ik met mijn ouders en mijn bisschop. Zij waren het erover eens dat school de juiste keuze was, en binnen een paar weken studeerde ik aan een plaatselijke universiteit. Ik behaalde daar een diploma als leerkracht basisonderwijs met extra bevoegdheid voor bijzonder onderwijs.
Als leerkracht verdiende ik nog steeds niet genoeg om in de financiële behoeften van mijn opgroeiende kinderen te voorzien. Ik bleef de Heer mijn tekort aan financiën voorleggen. In een gesprek met mijn bisschop raadde hij me aan een masteropleiding te gaan doen. Ik ging naar huis, bad erover en schreef me het volgende semester weer bij de universiteit in.
Een paar jaar later kreeg ik weer de ingeving om verder te studeren. Ik plande de nodige toetsen, hield toelatingsgesprekken voor programma’s op het gebied van bestuurlijke onderwijskunde en schreef me, nu op een andere plaatselijke universiteit, weer voor een masterprogramma in. Na die studie kwamen er nieuwe arbeidskansen op mijn pad waardoor ik nieuwe mensen leerde kennen, vooruitgang kon maken en nieuwe talenten ontdekt heb.
Op een avond in de tempel zette ik de Heer mijn frustratie uiteen dat ik, ondanks mijn inspanningen, nog steeds niet in staat was om de eindjes steevast aan elkaar te knopen. Ik voelde de warmte van een hemelse boodschap die me eraan herinnerde dat in alle behoeften van mijn gezin voorzien was, door mijn eigen werk of door de vrijgevigheid van anderen, en dat er voor ons gezorgd zou worden zolang ik gehoorzaam bleef. Ik moet denken aan Alma 20:4: ‘Ik weet dat [ik] in de sterkte van de Heer alle dingen [kan] doen.’
Ik ben mijn hemelse Vader heel dankbaar voor de ingevingen om mijn opleiding af te ronden en voor de arbeidsmogelijkheden die daaruit voortvloeiden. Ik ben ook dankbaar voor alle mensen die door de jaren heen zo attent voor me geweest zijn. Ik heb geleerd dat ik met de hulp van mijn hemelse Vader meer kan dan ik voor mogelijk hield. Ik heb ook geleerd om met een dankbaar hart te ontvangen en ruimhartig te geven.