2005
WIJ KIJKEN GRAAG NAAR DE TEMPEL
Maart 2005


WIJ KIJKEN GRAAG NAAR DE TEMPEL

H ironui Johnston (16) en zijn zus Merirani (15) gaan vaak naar de Papeetetempel (Tahiti). Niet om doop voor de doden te doen, hoewel ze dat wel twee keer per jaar doen. Ze gaan zelfs niet eens naar binnen. Ze blijven op het tempelterrein — niet om in de tuin te werken of een dienstbetoonproject te verrichten, maar om te zitten en rond te lopen. En altijd om te kijken.

‘Ik kijk graag naar de tempel’, zegt Merirani. ‘We hebben hier veel goede herinneringen.’

Hironui en Merirani gaan naar het tempelterrein vanwege de gevoelens die ze daar krijgen. Het is een plek waar ze zich van de wereld kunnen terugtrekken.

‘We wonen niet in een slechte buurt, maar er lopen wel wat slechte kinderen rond’, zegt Hironui. ‘Dus zijn we vaak hier. Het is zo fijn om in de tuin van de tempel te zijn.’

Soms gaat het hele gezin mee, voor een gezinsavond of gewoon om wat tijd samen door te brengen.

‘En soms als we ruzie hebben, komen we hier om het goed te maken’, zegt Hironui. Maar ook als ze niet bij de tempel zijn, maakt de tempel een belangrijk deel uit van hun leven.

‘Ik geloof dat er in iedere kamer van ons huis wel een plaat van de tempel hangt’, zegt Hironui. ‘Het is een prachtig gebouw. Het doet ons eraan denken dat het gezin eeuwig is. Als we ernaar kijken, krijgen we een rustig gevoel.’

Een gezegende generatie

Hironui en Merirani maken deel uit van de eerste generatie heiligen in Tahiti die niet weten hoe Tahiti zonder tempel was, ruim twintig jaar geleden.

Daardoor kunnen jongeren de tempel makkelijk als vanzelfsprekend beschouwen. Maar door veel jonge heiligen in Tahiti wordt de tempel niet over het hoofd gezien, maar aanschouwd. De tempel is een deel van hun leven.

‘Als ik de tempel zie, wil ik naar binnen’, zegt Wawona Auraa (12), uit de wijk Tiapa, in de ring Paea. ‘We houden van de tempel.’

Maar hoe komt het dat de tempel zo belangrijk is voor een nieuwe generatie jongeren in Tahiti? Het antwoord was duidelijk toen we met de jongeren uit de wijk van Wawona spraken. Deze jongemannen en jongevrouwen begrijpen de zegeningen van de tempel. Ze begrijpen dat het goed voor ons is om zo te leven dat we het waardig zijn om naar de tempel te gaan, dat de tempelverordeningen eeuwig heil voor hun voorouders kunnen betekenen, en dat hun gezin door de tempelverbonden voor eeuwig verzegeld kan worden.

‘Als je weet dat je het waardig moet zijn om daarheen te kunnen gaan, ga je zo leven dat je weet dat je kunt gaan’, zegt Marvia Tauira, die enkele maanden vóór de inwijding van de tempel is geboren. ‘Het is een hulpmiddel om goed te leven.’

‘Het is een hulpmiddel om ons geestelijk voor te bereiden zodat we bij onze hemelse Vader terug kunnen keren’, zegt Tenaya Auraa (14).

Dopen voor de doden is heel bijzonder voor deze jongeren. Totdat ze ouder zijn, is het de enige tempelverordening die de jongeren van de kerk kunnen verrichten. Deze jongemannen en jongevrouwen zien het als een zegen, niet alleen voor henzelf, maar ook voor anderen.

‘Door dopen voor de doden te doen, kunnen we ervoor zorgen dat enkele van onze voorouders de verlossende verordeningen kunnen ontvangen’, zegt Mataitini Auraa (18). ‘Het is zo’n zegen om een tempel dichtbij te hebben.’

De jongeren uit de ring Paea kijken uit naar de dag dat ze naar de tempel kunnen gaan om hun eigen begiftiging te ontvangen.

Voor Heifara Tauira (18), die zich voorbereidt om op zending te gaan, is die dag niet zo ver weg meer. Hij zegt dat hij er heel erg naar uit kijkt omdat hij gedurende zijn jeugd de getuigenissen heeft gehoord van de mensen die hun begiftiging hebben ontvangen. ‘Ze zijn zo sterk in de kerk’, zegt hij. ‘Hun getuigenis van de tempel is zo sterk.’

Deze jongeren hebben niet alleen veel liefde voor de tempel, ze hebben ook dezelfde hoop — dat ze door het sluiten van de tempelverbonden deel kunnen uitmaken van een eeuwig gezin.

‘De tempel kan ons gezin verenigen’, zegt Mahearii Tauira (12). ‘En wij kunnen voor eeuwig samen zijn.’

Een zegen voor generaties

Door de zegeningen van de tempel kunnen gezinnen door de generaties heen verzegeld worden. En liefde voor de tempel kan ook van de ene generatie op de volgende worden doorgegeven.

‘We zien dat onze ouders naar de tempel gaan’, zegt Hironui. ‘We zien dat ze waardig zijn om te gaan. We zien dat ze gezegend worden omdat ze naar de tempel gaan, en wij willen hun voorbeeld volgen.’

Die liefde voor de tempel, die met de ouders begon, is aan Hironui en Merirani doorgegeven. En daar zal het niet bij blijven. Door hun voorbeeld kunnen ze het aan de volgende generatie doorgeven.

‘Ik wil later graag kinderen hebben’, zegt Merirani. ‘Ik wil ze leren dat de tempel het huis van de Heer is en dat we door de tempel voor eeuwig samen kunnen zijn als we getrouw blijven.’

Het mes van de zegeningen van de tempel snijdt aan twee kanten. Deze generatie wordt momenteel gezegend. En als ze groeien en voor hun voorouders werken, hebben die zegeningen invloed op het verleden. En als deze generatie de volgende begint groot te brengen, hebben die zegeningen ook invloed op de toekomst.

‘De Heer heeft ons een grote zegen gegeven door zijn huis in ons land te bouwen’, zegt Merirani. ‘Maar de grootste zegen is dat onze voorouders en onze gezinsleden door de tempelverordeningen aan elkaar verzegeld kunnen worden, en we allemaal bij onze Vader kunnen terugkeren. Voor die zegen heb ik alles over.’

‘Er zijn veel redenen om naar de tempel te gaan. Zelfs de buitenkant lijkt op een verheven geestelijk doel te wijzen. En dat komt binnen de muren duidelijk tot uitdrukking. Boven de deur van de tempel staan de woorden: “De Here gewijd”. Als u een ingewijde tempel betreedt, bevindt u zich in het Huis des Heren.’

President Boyd K. Packer, waarnemend president van het Quorum der Twaalf Apostelen, ‘De heilige tempel’, De Ster, juni 1992, p. 14.