Ik weet dat het gezin eeuwig kan zijn
Ik kan me de dag nog goed herinneren. Het had de slechtste dag van mijn leven kunnen zijn als ik het evangelie van Jezus Christus niet had gehad. Het was 12 juli 2001, toen mijn moeder overleed aan een ziekte die zij op zondagavond had gekregen en waaraan zij op donderdagochtend overleed. Ik was zestien jaar oud. Ik miste enkele schoolexamens om thuis te zijn en de begrafenis bij te wonen.
Na de begrafenis kwam ik kapot thuis. Ik had een groot gat in mijn hart, zo groot dat ik dacht dat het nooit zou genezen. Ik lag in mijn bed te huilen en vroeg mezelf: ‘Waarom moest ze zo snel overlijden? Waarom moest ze me achterlaten?’
Mijn broertje van tien en ik besloten naar enkele rustige lofzangen van de kerk te luisteren. Het eenzame, verdrietige en troosteloze gevoel ging opeens over in een warm gevoel. Ik voelde me kalm en vredig. Mijn verdrietige gevoel verdween, net als het lege gevoel in mijn hart.
Ik had nog steeds dat vertroostende gevoel toen ik met de rest van het gezin naar de kerk ging waar de andere familieleden zaten te treuren. Iedereen was verdrietig, en sommige mensen zaten hartverscheurend te huilen. De pijn was van hun gezicht te zien. Ze keken vreemd naar ons gezin, alsof ze zich afvroegen waarom wij niet zo overstuur waren als zij. Mijn hart bleef rustig kloppen, en mijn hele lichaam was met gemoedsrust vervuld. Ik wist dat de Trooster, de Heilige Geest, onze pijn verzachtte. Hij getuigde ook dat Jezus Christus en onze hemelse Vader leven en dat dit de ware kerk is, waarin we eeuwige verbonden kunnen sluiten.
Naderhand schreef ik in mijn dagboek: ‘Onze moeder wilde niet dat wij zo erg huilden. Ik voel me verdrietig, maar ik heb nog steeds dat vredig gevoel. Ik moet sterk zijn en een goed leven leiden zodat ik haar kan weerzien. Mijn geloof en getuigenis zijn gegroeid, evenals mijn verlangen om God en mijn medemens op een voltijdzending te dienen. Zij zal er altijd zijn om mij op het rechte pad te houden. Ik weet dat het gezin eeuwig kan zijn. Vijftien jaar geleden zijn we in de Limatempel (Peru) als gezin aan elkaar verzegeld, en dat is een hele troost voor mij.’
Mijn gezin en ik worstelen nog steeds met vele moeilijkheden. Maar iedere keer als mijn getuigenis wankelt, denk ik aan de tijd dat de Heilige Geest mij troostte en van de eeuwige waarheden van het evangelie getuigde.