2020
Mijn eiland van geloof
Maart 2020


Mijn eiland van geloof

family walking to church in the rain

Illustratie, Allen Garns

Toen ik als kind op het eiland Robinson Crusoe woonde, 670 km van de Chileense kust, leerden onze ouders mijn broers, zussen en mij over geloof en doorzettingsvermogen.

Een van hun gedenkwaardige lessen vond op een zondag tijdens een stortbui plaats. Mijn ouders wisten dat ze een belofte aan de Heer moesten nakomen: ze moesten naar de kerk gaan. Onze paraplu’s waren stuk, dus hadden we alleen maar onze jassen en laarzen om ons tegen de regen te beschermen. Mijn moeder kreeg het idee om ons in plastic vuilniszakken te hullen. We schaamden ons niet dat we de enige mensen waren die in de regen op straat liepen. We wisten dat we deden wat de Heer van ons verlangde.

Toen we bij het huis aankwamen dat we als kerk gebruikten, realiseerden we ons dat we die dag de enige aanwezigen waren. Dat gebeurde vaak op zondag. Mijn vader was gemeentepresident en leidde vaak bijeenkomsten die alleen door kinderen en enkele ZHV-zusters werden bijgewoond. Hij zegende het avondmaal en diende het rond.

Ik mis die dagen toen we als gezin naar de kerk gingen. Samen lofzangen zingen en over onze hemelse Vader en zijn Zoon Jezus Christus leren, blijven dierbare herinneringen. Mijn hart bevindt zich nog steeds op het eiland Robinson Crusoe. Al mijn jeugdherinneringen, met inbegrip van de evangelieleringen die mijn ouders me onderwezen, zijn van die tijd.

Vanwege het kleine aantal kerkleden op het eiland, beschikten we niet over de programma’s of middelen die veel leden hebben. Maar mijn ouders hebben ons geleerd om naar de kerk te gaan, te bidden en in de Schriften te lezen. Wanneer ik in de Schriften las, vond ik kracht en leiding en had ik momenten van persoonlijke openbaring. Ik herinner me een bepaalde zondag waarop ik de bevestiging kreeg dat ik een zending moest vervullen.

Toen ik een student in Viña del Mar (Chili) was, herinnerde ik me dat mijn ouders door zon, regen, hagel en wind te voet met mij naar de kerk gingen. Elke zondag zette deze herinnering me ertoe aan om uit bed te komen, me klaar te maken en naar de kerk te gaan – ongeacht wat er buiten aan de hand was.

Het evangelie van Jezus Christus was het middelpunt van mijn leven als kind en zendelinge, en is het nu als vrouw en moeder. Nu ik zelf een gezin heb, geven mijn man en ik het trouwe voorbeeld van mijn ouders aan onze kinderen door.