‘Over gele bulldozers en muntjes van weduwen’, Liahona, februari 2023.
Onder heiligen der laatste dagen
Over gele bulldozers en muntjes van weduwen
Ik leerde veel over de waarde van mijn bijdragen aan de Heiland, toen mijn zoontje zijn kostbaarste bezit doneerde.
Ik staarde naar de vele rijen zwarte marmeren stenen die in oorverdovende stilte in de mooie tuinen van het Okinawa Peace Memorial Park in Itoman (Okinawa, Japan) staan. In deze stenen staan meer dan tweehonderdduizend namen gegraveerd, ter nagedachtenis van de mensen die in de Tweede Wereldoorlog tijdens de Slag om Okinawa om het leven zijn gekomen.
Toen we na ons bezoek naar de parkeerplaats liepen, zagen mijn vrouw en ik dat onze kleine jongen zijn favoriete, gele speelgoedbulldozer niet meer in zijn handen had. Toen we hem vroegen waar die was, bracht hij ons terug naar het centrale monument. Hij had zijn bulldozer netjes naast een boeket bloemen gezet dat andere bezoekers hadden gedoneerd. Met stralende ogen en een grote glimlach liet onze zoon ons zijn eigen bijdrage aan het monument zien.
Toen we naar huis reden, dachten we na over zijn onzelfzuchtige keuze. Herkende hij de bijzondere geest van die plek en had hij het gevoel dat hij zijn dierbaarste bezit moest weggeven? Hoe kon een plastic bulldozer de mensen die hun leven daar hadden gegeven, helpen eren en gedenken?
Ik moest toen aan het zoenoffer van de Heiland denken. In een hof die net zo mooi was, offerde Hij zijn leven zodat wij van zonde en van de dood kunnen worden bevrijd en naar onze hemelse Vader kunnen terugkeren. Wat zou ik ooit aan de Heiland of mijn broeders en zusters kunnen geven om mijn waardering te tonen? Hoe waardevol zouden mijn bijdragen in vergelijking met zijn offer zijn?
Die avond las ik in het evangelie van Markus over de vrouw die twee muntjes offerde, hoewel de rijken om haar heen veel meer gaven. De woorden van de Heiland raakten mijn hart:
‘Voorwaar, Ik zeg u dat deze arme weduwe er meer ingeworpen heeft dan allen die iets in de schatkist geworpen hebben.
‘[…] Deze heeft van haar armoede alles wat zij had, erin geworpen, heel haar levensonderhoud’ (Markus 12:43–44).
Ik geloof dat het voor de Heer minder belangrijk is wat we bijdragen, maar dat Hij meer naar onze verlangens en oprechtheid kijkt. Veel wat ik kan geven, lijkt misschien klein in vergelijking met de prachtige, monumentale bijdragen van anderen. Maar ‘de Heere ziet het hart aan’ (1 Samuel 16:7). Daarom kan een eenvoudige, welgemeende uiting van liefde, dankbaarheid of hulpbetoon heel veel betekenen. Hiermee verheerlijken we Jezus Christus en zijn verlossende offer.
Net als met gele bulldozers en muntjes van weduwen.