Les 21
Kinderen in liefde en rechtschapenheid opvoeden
Inleiding
‘Ouders hebben de heilige plicht om hun kinderen in liefde en rechtschapenheid op te voeden.’ (‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, Liahona, november 2010, 129.) Ouders vervullen die plicht door in woord en daad hun liefde te uiten en hun getuigenis te geven, en door regelmatig gezinsavond, gezinsgebed en gezamenlijke Schriftstudie te houden.
Achtergrondinformatie
-
Richard G. Scott, ‘Geloofsoefening — uw eerste prioriteit’, Liahona, november 2014, 92–95.
-
Jeffrey R. Holland, ‘Gebed voor de kinderen’, Liahona, mei 2003, 85–87.
Lessuggesties
Lukas 15:11–20; Efeze 6:4
Ouders hebben de taak van hun kinderen te houden en voor hen te zorgen
Lees het volgende citaat van ouderling Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen voor:
‘Toen onze jongste dochter ongeveer vier jaar was, kwam ik op een avond vrij laat thuis van mijn werk in het ziekenhuis. Mijn lieve vrouw was erg moe. […] Dus bood ik aan om onze vierjarige dochter bedklaar te maken. Ik begon haar bevelen te geven: “Doe je kleren uit, hang ze op; trek je pyjama aan; poets je tanden; bid” enzovoort. Ik leek wel een ruwe sergeant in het leger. Plots draaide ze haar hoofd om, keek me weemoedig aan en zei: “Papa, ben ik jouw bezit?”
‘Ze leerde me een belangrijke les. […] Nee, onze kinderen zijn niet ons bezit. Als ouders hebben we het voorrecht van hen te houden, hen te leiden en te laten gaan.’ (‘Listen to Learn’, Ensign, mei 1991, 22.)
-
Welk beginsel leerde ouderling Nelson uit deze ervaring? (Ouders hebben het voorrecht van hun kinderen te houden en ze te leiden.)
Lees of toon het volgende uit de proclamatie over het gezin en laat de cursisten op belangrijke woorden of zinsneden letten: ‘Man en vrouw hebben de plechtige taak om van elkaar en van hun kinderen te houden, en voor elkaar en hun kinderen te zorgen. […] Ouders hebben de heilige plicht om hun kinderen in liefde en rechtschapenheid op te voeden.’ (‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, Liahona, november 2010, 129.) Vraag de cursisten welke woorden ze belangrijk vinden en waarom. Vraag indien nodig:
-
Waarom worden de taken en plichten van ouders als ‘plechtig’ en ‘heilig’ beschreven?
Vertel de cursisten dat de Heiland in een gelijkenis onderwezen heeft dat een kind dat met liefde opgevoed wordt, op zijn of haar familiebanden kan blijven vertrouwen. Vraag de cursisten Lukas 15:11–20 door te lezen en aanwijzingen op te zoeken waaruit blijkt dat de verloren zoon wist dat zijn vader van hem hield. Vraag de cursisten na verloop van tijd naar hun bevindingen.
Om de cursisten het standpunt van de vader beter te laten begrijpen, laat u een cursist het volgende citaat van ouderling Robert D. Hales van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:
‘In de gelijkenis van de verloren zoon vinden we een goede les voor het gezin, en vooral voor de ouders. Toen de jongste zoon eenmaal ‘tot zichzelf gekomen was’ [Lukas 15:17], besloot hij naar huis te gaan.
‘Hoe wist hij dat zijn vader hem niet zou verwerpen? Omdat hij zijn vader kende. Bij de onvermijdelijke misverstanden, conflicten en dwaasheden in zijn jeugd zie ik in gedachten zijn vader dicht bij hem met begrip, mededogen, een zacht antwoord, een luisterend oor en een vergevensgezinde omhelzing. Ik kan me ook voorstellen dat de zoon heeft geweten dat hij naar huis kon gaan omdat hij wist wat hem thuis te wachten stond.’ (‘Met al de genegenheid van een teder vader: een hoopvolle boodschap voor gezinnen’, Liahona, mei 2004, 90.)
-
Welke uitdrukkingen van liefde van de vader vermeldde ouderling Hales? Welke andere handelingen van ouders bevorderen een liefdevolle, zorgzame thuisomgeving? (U kunt Efeze 6:4 bij deze bespreking gebruiken.)
-
Wat voor voorbeelden heb je gezien van ouders die liefde voor hun kinderen tonen?
-
Wat ga je nu doen om je voor te bereiden om op een dag van je kinderen te houden en voor hen te zorgen?
Leer en Verbonden 68:25–28; 93:36–40
Kinderen in rechtschapenheid opvoeden
Toon de cursisten een foto van een jong kind, bijvoorbeeld uw eigen kind.
-
Welke essentiële leerstellingen heeft een kind nodig om zich geestelijk te ontwikkelen?
Laat de cursisten over die vraag nadenken terwijl ze de leerstellingen in Leer en Verbonden 93:36–40 en 68:25–28 bestuderen en vergelijken. (Noot: ‘Een vers uit de Schriften, een leerstelling of een beginsel wordt vaak verduidelijkt wanneer die met [een ander vers] wordt vergeleken.’ [Het evangelie leren en erin onderwijzen (2012), 22.])
-
Welk beginsel over de taken van ouders halen we uit deze verzen? (De cursisten dienen dit beginsel te begrijpen: ouders gehoorzamen het gebod van de Heer als ze hun kinderen in licht en waarheid opvoeden. Leg uit dat ‘licht’ in deze context verwijst naar geestelijke kennis en begrip van rechtschapen beginselen.)
-
Waarom is het zo belangrijk dat ouders hun kinderen thuis in de beginselen en verordeningen van het evangelie van Jezus Christus onderwijzen?
Lees als antwoord op deze vraag het volgende citaat van president Boyd K. Packer (1924–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen voor:
‘De Schriften spreken over “het schild des geloofs, waarmee gij alle brandende pijlen van de boze zult kunnen doven” (LV 27:17).
‘Dat schild des geloofs wordt het best [thuis] met de hand gemaakt. Hoewel het schild tijdens de lessen en activiteiten in de kerk kan worden opgepoetst, moet het in het gezin worden gefabriceerd en voor ieder persoon op maat gemaakt worden. (‘Vrees niet’, Liahona, mei 2004, 79.)
-
Heb je weleens gezien dat ouders hun kinderen doeltreffend in rechtschapen beginselen onderwijzen, die hen tot licht en waarheid leiden?
-
Welk gevolg staat er in Leer en Verbonden 68:25 voor ouders die het evangelie van Jezus Christus kennen maar hun kinderen niet in de evangeliebeginselen onderrichten? (Verduidelijk dit beginsel: ouders die het evangelie van Jezus Christus kennen, moeten voor God verantwoording afleggen als ze hun kinderen niet in de evangeliebeginselen onderwijzen.)
Leg uit dat kerkleiders herhaaldelijk over rechtschapen gewoontes gesproken hebben die ouders thuis behoren toe te passen om hun kinderen in de evangeliebeginselen te onderrichten.
Geef iedere cursist een kopie van het uitreikblad aan het eind van de les en lees de instructies op het blad. Geef ze voldoende tijd en stel dan de volgende vragen als de Geest u ertoe aanzet:
-
Wat heb je aan deze drie gezinsgewoontes gehad?
-
Waarom is het belangrijk om nu al van gebed, Schriftstudie en gezinsavond een gewoonte te maken en niet te wachten tot je trouwt en kinderen krijgt?
Om de cursisten duidelijk te maken dat ouders hun kinderen ook in andere omstandigheden de evangeliebeginselen kunnen bijbrengen, leest u de volgende citaten van ouderlingen David A. Bednar en Jeffrey R. Holland voor:
‘Ouders dienen oplettend en geestelijk alert te zijn op gelegenheden waarin zij spontaan tot hun kinderen kunnen getuigen. Dergelijke situaties hoeven niet te worden geprogrammeerd, ingeroosterd of voorbereid. Het is zelfs zo dat hoe minder de wijze van getuigen wordt gereguleerd, des te groter de kans op stichting en blijvende invloed is. […]
‘Een gesprek dat bijvoorbeeld spontaan onder de avondmaaltijd ontstaat, kan een perfecte achtergrond zijn waartegen een ouder over bepaalde zegeningen praat en getuigt die hij of zij die dag heeft ontvangen.’ (David A. Bednar, ‘Wakende met alle volharding’, Liahona, mei 2010, 42.)
‘Leef het evangelie zo duidelijk mogelijk na. Houd u aan uw verbonden. Uw kinderen weten dat u die hebt gesloten. Geef priesterschapszegens. En geef uw getuigenis! Ga er niet zomaar vanuit dat uw kinderen op eigen houtje aanvoelen wat u gelooft. […]
‘Weten onze kinderen dat we van de Schriften houden? Zien ze dat we erin lezen, onderstrepen en er dagelijks houvast aan hebben? Hebben onze kinderen ooit onverwacht een deur opengedaan en gezien dat we geknield zaten te bidden? Hebben ze gemerkt dat we niet alleen met hen, maar ook voor hen bidden, uit louter ouderlijke liefde? Weten onze kinderen dat we [in] vasten [geloven]? Weten ze dat we graag in de tempel zijn […]? Weten ze dat we van de plaatselijke en algemene leiders houden en ze steunen, hoe onvolmaakt ze ook zijn […]? Weten die kinderen dat we God met heel ons hart liefhebben en ernaar verlangen zijn eniggeboren Zoon te zien en aan zijn voeten te vallen? Ik bid dat ze dat mogen weten.’ (Jeffrey R. Holland, ‘Gebed voor de kinderen’, Liahona, mei 2003, 85–87.)
-
Hoe hebben je ouders of andere ouders die je kent van spontane gelegenheden gebruik gemaakt om in evangeliebeginselen te onderwijzen?
-
Waarom is het belangrijk dat kinderen hun ouders het evangelie zien naleven?
-
Wat doe je nu al om je kennis van het evangelie te verruimen zodat je je toekomstige kinderen in licht en waarheid kunt onderwijzen?
Getuig dat ouders ‘hun kinderen in liefde en rechtschapenheid’ kunnen opvoeden en hen tot hun hemelse Vader kunnen leiden door van ze te houden, ze in evangeliebeginselen te onderwijzen en een goed voorbeeld te zijn.
Leesstof voor de cursisten
-
Lukas 15:11–20; Efeze 6:4; 2 Timotheüs 3:15; 3 Nephi 18:21; Leer en Verbonden 68:25–28; 93:36–40.
-
Jeffrey R. Holland, ‘Gebed voor de kinderen’, Liahona, mei 2003, 85–87.