Seminarie en instituut
Les 25: In moeilijke gezinsomstandigheden geloof oefenen


Les 25

In moeilijke gezinsomstandigheden geloof oefenen

Inleiding

In ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’ staat: ‘Invaliditeit, overlijden of andere [gezins]omstandigheden kunnen individuele aanpassing noodzakelijk maken. Andere familieleden behoren zo nodig steun te verlenen.’ (Liahona, november 2010, 129.) Als we moeilijkheden meemaken, biedt het evangelie van Jezus Christus ons perspectief en kracht om noodzakelijke aanpassingen te maken.

Achtergrondinformatie

Lessuggesties

1 Nephi 16:34–39; 17:1–4

Zich aan moeilijke gezinsomstandigheden aanpassen

Leg aan het begin van de les uit dat de leiders van de kerk ons meestal vertellen hoe we het ideaal kunnen bereiken en behouden — waaronder ook het ideale huwelijk en gezin. Maar soms weerhouden onze omstandigheden ons ervan dat ideaal te bereiken. Laat een cursist het volgende citaat van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:

Afbeelding
Ouderling Richard G. Scott

‘Door het herstelde evangelie weten we dat er een ideaal gezin is. Dat gezin bestaat uit een rechtschapen Melchizedeks-priesterschapsdrager, die is verzegeld aan een rechtschapen vrouw, en kinderen geboren in het verbond of aan hen verzegeld. Met een moeder thuis in een sfeer van liefde en hulpvaardigheid, onderwijzen de ouders hun kinderen, door voorbeeld en voorschrift, in de wegen van de Heer en zijn waarheden. Zij vervullen hun van Godswege ingestelde rol, genoemd in de proclamatie over het gezin. Hun kinderen groeien op met de leringen die hun met de paplepel worden ingegoten. Hun karakterontwikkeling is gebaseerd op gehoorzaamheid, integriteit, liefde voor God en geloof in zijn heilige plan.’ (‘First Things First’, Ensign, mei 2001, 7.)

  • Wat voor gebeurtenissen of omstandigheden kunnen ons er tijdelijk van weerhouden het ideale gezin te vormen? (Mogelijke antwoorden: overlijden, invaliditeit, echtscheiding, geen kinderen kunnen krijgen, werkloosheid, en ouders die meerdere banen hebben.)

  • Vraag de cursisten de zevende alinea van de proclamatie over het gezin door te nemen en op te zoeken wat onze hemelse Vader in een niet-ideale gezinssituatie van ons verwacht:

‘Invaliditeit, overlijden of andere omstandigheden kunnen individuele aanpassing noodzakelijk maken. Andere familieleden behoren zo nodig steun te verlenen.’ (‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, Liahona, november 2010, 129.)

Lees vervolgens het volgende citaat voor en laat de cursisten de aanpassingen opzoeken die een gezin in moeilijke tijden wellicht moet maken:

‘In een volmaakte wereld zouden alle volwassenen gelukkig getrouwd zijn, zouden alle echtparen gezegend zijn met kinderen, en zouden alle gezinsleden gezond en gehoorzaam zijn en zouden ze elkaar steunen. Maar het leven is zelden volmaakt. Iedereen maakt tegenspoed door, en in het sterfelijke leven is er geen enkel gezin voortdurend zonder moeilijkheden. […]

‘Ziekte, invaliditeit, een sterfgeval of andere omstandigheden kunnen moeilijkheden veroorzaken. In dergelijke situaties kan “individuele aanpassing” van de rolverdeling noodzakelijk zijn. Het kan nodig zijn dat een vader extra taken in het huishouden of de kinderopvang op zich neemt, of dat een moeder die voltijdhuismoeder was een baan zoekt. Het kan zelfs voorkomen dat kinderen nieuwe taken krijgen.

‘Als er iets gebeurt dat een gezin op zijn kop zet, kan het nodig zijn dat andere familieleden hulp bieden. Die hulp kan variëren van financiële steun tot en met het zorgen voor kinderen, helpen met klusjes of zorgen voor een ziek of gehandicapt familielid. In hoeverre er hulp van andere familieleden nodig is, hangt af van de situatie en de behoeften van het gezin.’ (‘Strengthening the Family: Adapting to Circumstances’, Ensign, december 2005, 34–35.)

  • Noem enkele aanpassingen die gezinnen en personen in moeilijke tijden wellicht moeten maken.

  • Wat heb je gezinnen of personen zien doen om zich in moeilijke of ontwrichtende omstandigheden aan te passen en standvastig te blijven?

  • Wanneer heb je andere familieleden hulp zien aanbieden als dat nodig was?

Vraag een cursist het volgende citaat van ouderling Merrill J. Bateman van de Zeventig voor te lezen. Laat de klas letten op wat volgens ouderling Bateman gezinnen kan helpen die een moeilijke tijd doormaken.

Afbeelding
Ouderling Merrill J. Bateman

‘Beproeving en tegenspoed nemen veel verschillende vormen aan: de dood van een dierbare, een huwelijk dat niet aan de verwachtingen voldoet, geen huwelijk, een echtscheiding, een kind dat met een handicap geboren wordt, verlies van een baan, ouders die vergissingen begaan, een afgedwaalde zoon of dochter, slechte gezondheid. Er komt geen eind aan de lijst. Waarom heeft God in zijn plan toegelaten dat wij teleurstelling, pijn, lijden en zelfs de dood ondergaan? […]

‘Begrip van het heilsplan, van het voorsterfelijke leven, het aardse leven en het leven na de dood biedt perspectief.’ (‘Living a Christ-Centered Life’, Ensign, januari 1999, 13.)

  • Hoe bereidt een begrip van Gods plan gezinnen op moeilijkheden voor? (Zet dit beginsel op het bord: Een gezin kan dankzij een begrip van Gods plan aardse moeilijkheden met meer geloof en een eeuwig perspectief het hoofd bieden.)

  • In welke opzichten geeft een evangelieperspectief ons meer moed om aanpassingen te maken of zelfs zo nodig nieuwe taken in het gezin op ons te nemen?

Vraag de cursisten of ze een gezin uit de Schriften kennen dat het moeilijk had en goddelijke hulp kreeg om die moeilijkheden te overwinnen of te doorstaan. Herinner de cursisten aan de gezinnen van Lehi en Ismaël, die door de wildernis moesten trekken toen ze Jeruzalem hadden verlaten. Laat de cursisten zich afvragen wat voor moeilijkheden die gezinnen tijdens hun tocht naar het beloofde land gehad kunnen hebben. Laat ze vervolgens iets over hun gedachten vertellen.

Laat enkele cursisten om de beurt een vers uit 1 Nephi 16:34–39 en 17:1–4 voorlezen. Laat de klas letten op hoe de familieleden van Lehi en Ismaël op hun moeilijkheden reageerden.

  • Waarom konden sommige familieleden van Lehi en Ismaël met geloof en vertrouwen in God volharden, terwijl anderen vanwege hun moeilijkheden morden?

  • Heb je weleens gezien dat kennis en een getuigenis van het evangelie gezinnen die het moeilijk hebben tot zegen zijn?

Als de Geest u ertoe aanzet en uw cursisten er behoefte aan hebben, kunt u het volgende citaat van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:

Afbeelding
Ouderling Richard G. Scott

‘Probeer uw hele aardse leven ijverig de belangrijkste doelen van dit leven te bereiken door het ideale gezin. Hoewel u dit ideaal wellicht nog niet verwezenlijkt hebt, dient u door gehoorzaamheid aan en geloof in de Heer al het mogelijke te doen om het zo dicht mogelijk te benaderen. Laat niets u daarvan af brengen. […] Doe nooit iets dat die zegen op losse schroeven zet. Als u de hoop op een eeuwig huwelijk hebt opgegeven, durf dan weer te hopen. Als uw droom geduld vergt, heb dat dan.’ (‘First Things First’, 7.)

Spreuken 3:5–6; Mattheüs 11:28–30; Mosiah 24:8–16; Leer en Verbonden 121:7–8

Als we tot Christus komen, zal Hij ons sterken

Herinner de cursisten aan het verhaal uit het Boek van Mormon waarin Alma en zijn volk van het leger van Koning Noach wegvluchten en een rechtschapen stad vestigen. Nadat ze een tijd in vrede geleefd hadden, werd het volk van Alma door een Lamanitisch leger ontdekt en in slavernij gebracht. Alma en zijn volk oefenden echter geloof en geduld, waarop de Heer hun lasten lichter maakte en hen uiteindelijk uit hun knechtschap bevrijdde.

Vraag enkele cursisten beurtelings een vers uit Mosiah 24:8–16 voor te lezen. Laat de klas zich voorstellen hoe de moeilijkheden in deze verzen het gezin van Alma en zijn volk wellicht hebben beïnvloed. (Merk op dat visualiseren een Schriftstudievaardigheid is waardoor een verhaal in de Schriften als het ware tot leven komt.) Vraag de klas ook op te zoeken wat Alma en zijn volk deden om met hun moeilijkheden om te gaan.

  • Hoe denk je dat de gezinnen door hun omstandigheden werden beïnvloed nu je je die gebeurtenissen voorgesteld hebt?

  • Wat deed het volk van Alma om hulp van de Heer te krijgen? (De cursisten kunnen een aantal belangrijke beginselen vermelden. Benadruk dit beginsel: als we in tijden van beproeving geloof en geduld oefenen en God om hulp vragen, kan Hij ons sterken zodat we onze lasten beter kunnen dragen.)

  • Hoe sterkte de Heer hen ‘zodat zij hun lasten met gemak konden dragen’?

Laat een cursist het volgende citaat van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen, waarin hij het over het volk van Alma heeft:

Afbeelding
Ouderling David A. Bednar

‘Wat veranderde er in deze episode? De last werd niet weggenomen; het volk werd niet onmiddellijk van de moeilijkheden en de vervolging verlost. Maar Alma en zijn volgelingen werden gesterkt. Ze kregen de kracht om hun last te dragen. Deze goede mensen werden gesterkt door de verzoening, zodat ze konden handelen en invloed op hun omstandigheden konden uitoefenen. En “in de kracht des Heren” werden Alma en zijn volk veilig naar het land Zarahemla geleid.’ (‘The Atonement and the Journey of Mortality’, Ensign, april 2012, 44.)

  • Waarom is het belangrijk dat wij beseffen dat de Heer niet altijd de lasten van gezinnen en personen wegneemt, onze moeilijkheden niet altijd oplost en ons niet altijd de meest ideale omstandigheden geeft?

  • Hoe kan onze kennis van Jezus Christus en zijn verzoening ons in staat stellen om in geloof te handelen als we met moeilijke gezinsomstandigheden te maken krijgen?

Toon ter verduidelijking het volgende citaat van ouderling Steven E. Snow van de Zeventig en laat een cursist het voorlezen:

Afbeelding
Ouderling Steven E. Snow

‘Onze hoop in de verzoening geeft ons een eeuwig perspectief. Vanuit dat perspectief zien wij voorbij het hier en nu de beloften van de eeuwigheid.’ (‘Hoop’, Liahona, mei 2011, 54.)

Zet de volgende tekstverwijzingen op het bord. Vraag de cursisten deze teksten te bestuderen en te letten op beloften aan wie getrouw beproevingen doorstaan:

Spreuken 3:5–6

Mattheüs 11:28–30

Leer en Verbonden 121:7–8

  • Wat hebben gezinnen die beproevingen doormaken aan deze beloften?

Nodig de cursisten tot slot uit om aan een tijd te denken waarin ze als gezin ondanks beproevingen door God gesterkt werden of dankzij hun kennis van het evangelie van Jezus Christus gezegend werden. Laat de cursisten die zich ertoe aangezet voelen iets over hun ervaring aan de anderen vertellen. Moedig de cursisten aan om hun getuigenis in hun dagboek te noteren van hoe God gezinnen kan zegenen en sterken.

Leesstof voor de cursisten

Afdrukken