2010
Jim had mijn hulp nodig
September 2010


Jim had mijn hulp nodig

Jean Partridge (Utah, VS)

Kort na ons huwelijk in de Salt Laketempel gingen Jim en ik wonen in een klein huurhuisje aan de kust van Oregon. Jim was als topografisch ingenieur in dienst van de overheid. Hij zag toe op het controleren en bijwerken van een kaart van de kust van Oregon. Elke ochtend vertrok hij met een andere ingenieur om het werk van de vorige dag voort te zetten. Dat de kust dicht bebost was, bemoeilijkte zijn werk.

Op een avond stond ik op het punt om het avondeten klaar te maken, toen ik heel sterk het gevoel kreeg dat het niet nodig was om eten klaar te maken. Jim zou die avond niet voor het eten thuiskomen. Er volgde nog een gedachte: Jim was in moeilijkheden en had mijn hulp nodig!

Ik hoorde geen stem, maar de boodschap in mijn gedachten was zo duidelijk alsof iemand die had uitgesproken. Ik moest hem helpen, maar waar was hij? Hij werkte elke dag ergens aan de kust, maar ik had geen idee waar hij die dag werkte. Ik voelde een aandrang om de auto te pakken en naar de voornaamste snelweg te rijden, maar welke kant moest ik dan op? Na slechts een kleine aarzeling kreeg ik het gevoel dat ik naar het zuiden moest. Ik passeerde veel zijwegen die allemaal wel de plaats hadden kunnen zijn waar Jim die dag aan het werk was.

Ik kreeg de ingeving om de snelweg te verlaten en een van de eenbaanswegen te volgen. Het regende en na een kilometer of drie werd de weg een modderspoor. Ik besloot dat ik beter om kon keren. Het werd al donker en ik dacht: ‘Het was dwaas om hierheen te gaan.’

Maar ik was de snelweg nog niet op gedraaid of ik kwam twee vermoeide, terneergeslagen ingenieurs tegen die zo onder de modder zaten dat niemand anders ze mee had willen nemen. Jim en zijn collega vertelden me dat hun wagen vast was komen te zitten in een moddergat. Ze hadden geprobeerd om hem eruit te krijgen, maar hadden hem uiteindelijk achtergelaten en waren door het dichte struikgewas naar de snelweg gelopen.

‘Hoe wist je waar we waren?’ vroegen ze zich af, opgelucht dat ik ze had gevonden. Ik was al net zo opgelucht als zij en legde uit hoe ik door de Geest was geleid.

Toen Jim en ik die avond in gebed neerknielden, dankten we voor de ingevingen van de Heilige Geest die ik gekregen had in antwoord op de gebeden om hulp van mijn man.

Afdrukken