Meer dan een handleiding voor zendelingen
Bij individuele studie. Thuis. In zondagslessen. En natuurlijk in zendingswerk. Dat zijn de manieren waarop de leden van de ring Hingham (Massachusetts) Predik mijn evangelie gebruiken.
Chris Ivie was als zendeling in Frankrijk werkzaam in een kleine gemeente waar al meer dan een jaar geen onderzoekers de kerk hadden bezocht. En de leden konden zich niet herinneren wanneer er voor het laatst iemand was gedoopt.
Ouderling Ivie en zijn collega baden wat ze moesten doen, en kregen de ingeving om ervoor te zorgen dat elk gezin in de gemeente een exemplaar van Predik mijn evangelie kreeg en gebruikte. De ‘handleiding voor zendingswerk’ was toen, begin 2006, iets meer dan een jaar daarvoor uitgegeven. Ouderling Ivie en zijn collega gaven gehoor aan hun ingeving en bestelden exemplaren van het boek en deelden die uit.
Dat was het begin van grote veranderingen in de gemeente. Hoewel ouderling Ivie slechts twee maanden in die gemeente was, zag hij de houding van de kerkleden — zowel jongeren als volwassenen — ten opzichte van zendingswerk veranderen door Predik mijn evangelie.
‘Het werkte!’ herinnert Chris zich. ‘De leden dachten aan zendingswerk en probeerden andere mensen over het evangelie te vertellen en fijne dingen mee te maken. Er was meer zendingsactiviteit dan de gemeente in jaren had meegemaakt.’
De leden begonnen de zendelingen geregeld verslag uit te brengen over evangeliegesprekken die ze hadden gevoerd met familieleden, vrienden of collega’s. Als die vrienden ermee instemden om mee te gaan naar gemeenteactiviteiten, dan werden ze hartelijk welkom geheten door andere leden. Voor ouderling Ivie en zijn collega betekende dit dat ze minder langs de deuren gingen en meer in het evangelie onderwezen. Een van de onderzoekers die ze de zendelingenlessen gingen geven, werd later gedoopt.
‘Soms hebben we die misvatting in de kerk dat zendingswerk alleen maar voor zendelingen is’, zegt Chris. ‘Maar toen de leden van deze gemeente zich voorbereidden door Predik mijn evangelie te bestuderen, kwamen ze tot het inzicht dat zij een rol dienden te spelen bij het zoeken van mensen om te onderwijzen. Door Predik mijn evangelie hadden ze de zendingsgeest gekregen.’
Chris is nu alweer bijna drie jaar terug in Medway (Massachusetts), maar hij gebruikt Predik mijn evangelie nog steeds bij zijn dagelijkse studie als een poort tot de Schriften. ‘Het heeft me geholpen om een betere zendeling te zijn. Het heeft me geholpen om een betere evangelieleraar te zijn. En het helpt me om een betere christen te zijn’, zegt hij.
Chris is niet het enige lid van de ring Hingham die de kracht van Predik mijn evangelie buiten het zendingswerk ontdekt. Hoewel dit boek eigenlijk bedoeld is voor voltijdzendelingen, ondervinden leden in de ring Hingham die zendingswerk doen dat het hun ook tot zegen kan zijn en hun leven kan verrijken.
Eerst op zending, later thuis
James Setterberg maakte ook deel uit van de eerste generatie zendelingen die gebruikmaakte van Predik mijn evangelie. Toen hij in 2005 aankwam in het zendingsgebied Houston-Oost (Texas), gebruikten de andere zendelingen het boek al enkele maanden. Maar door het voorbeeld van een plaatselijke priesterschapsleider besefte ouderling Setterberg dat het nut van het boek zich niet beperkte tot de zendelingen.
‘In een van de werkgebieden woonden de zendelingen in bij een ringpresident en zijn gezin. Ze deden elke ochtend na het opstaan schriftstudie, wat onder meer inhield dat ze enkele hoofdstukken uit Predik mijn evangelie doornamen. Toen zag ik in dat dit boek echt voor iedereen is’, zegt hij.
Het was een les die hij mee naar huis nam. ‘Vóór mijn zending had ik nooit concrete levensdoelen gesteld; ik denk dat ik gewoon geen doelen voorbij wilde schieten’, geeft hij toe. ‘Maar doordat mijn zendingspresident veel nadruk legde op doelen stellen, en door hoofdstuk acht van Predik mijn evangelie, begon daar verandering in te komen.’
Twee jaar lang wekelijkse bijeenkomsten houden om de agenda in te vullen en doelen te stellen, vormde een gewoonte die James heeft aangehouden sinds zijn terugkeer naar huis. Hij heeft bijvoorbeeld doelen gesteld op geestelijk en studiegebied, en heeft daar aan gewerkt. Hij zegt: ‘Ik ben tot het inzicht gekomen dat je zonder doelen te stellen eigenlijk niet kunt zien waar je staat in het leven, wat je vooruitgang betreft. Maar als je doelen stelt en eraan werkt, verleg je je grenzen en word je een beter mens. Dat ik dat heb geleerd, heb ik aan Predik mijn evangelie te danken.’
In het onderwijs in de kerk en thuis
Zelfs leden die Predik mijn evangelie niet als zendeling hebben gebruikt, ontdekken de kracht die ervan uitgaat. Jake Peterson is lid van een jonge-alleenstaandengemeente in de ring. Hoewel hij er al een zending op had zitten toen Predik mijn evangelie uitkwam, zegt Jake dat het boek erg veel nut voor hem heeft gehad in zijn roeping als gemeentezendingsleider omdat het de redenen uitlegt waarom we het evangelie verbreiden: ‘Soms denken wij als leden misschien wel eens: ‘Zendingswerk — nou en? Mijn buren leiden een goed leven en doen goede daden. Waarom zou ik mezelf in verlegenheid brengen door met hen over de kerk te praten?’ Predik mijn evangelie gaat daar op in. Het legt uit waarom we andere mensen over het evangelie vertellen en waarom we met onze vrienden praten: omdat het evangelie van Jezus Christus ‘een zegen voor hun gezin [zal] zijn, in hun geestelijke behoeften [zal] voorzien, en hun diepste verlangens [zal] helpen vervullen.’1
En het helpt elk lid met zijn of haar fundament in de basisleerstellingen van het evangelie, zegt hij. ‘Er is een uitspraak van Hyrum Smith die ik mooi vind. Hij zegt dat we steeds opnieuw in de eerste beginselen van het evangelie moeten onderwijzen.2 Die uitspraak en de leerstellingen in Predik mijn evangelie hebben mij een beter begrip gegeven van de kracht die uitgaat van fundamentele leer, en waardering voor de kracht die ervan uitgaat als we zaken zoals de herstelling, geloof, de verzoening of bekering bestuderen. Er schuilt grote kracht in die dingen.’
Een ander lid uit de ring, Rick Doane, was wijkzendingsleider toen Predik mijn evangelie voor het eerst uit kwam. Rick had meteen door dat hij er veel aan kon hebben in zijn roeping.
‘Ik vind het fijn dat het boek een hoofdstuk heeft over samenwerken met leidinggevenden in ring en wijk. Zendelingen komen en gaan, maar wijkleiders zijn er voor langere tijd. Zij zijn de stabiele factor. Ik vind het goed dat het boek het belang daarvan beklemtoont’, zegt Rick.
Rick en zijn vrouw, Moshi, hebben ook het potentieel van het boek ingezien als middel om hun jonge zoons iets te leren. ‘In elk hoofdstuk staat een les van een kwartier die prima te gebruiken is voor de gezinsavond’, legt Rick uit. ‘Die lessen gaan over beginselen, dus je blijft ermee bij de fundamentele zaken, waardoor je voor jezelf en je kinderen aan een sterker fundament kunt bouwen. In het boek staan zelfs schriftteksten en activiteiten die u kunt gebruiken. Het is een goede bron om te gebruiken bij uw onderwijs thuis of elders.’
Voorbereiding op de toekomst
Mark Wadsworth (19) is momenteel werkzaam in het zendingsgebied Bilbao (Spanje) en maakt geregeld gebruik van Predik mijn evangelie. Hij bestudeerde het zelfs al vóór zijn zending. ‘Ik heb er elke keer dat ik het doornam wel weer iets nieuws uitgehaald’, zegt hij.
Door Predik mijn evangelie vóór zijn zending te bestuderen, herkende hij kansen om zendingswerk te doen. De zendelingen in zijn gebied hielpen zijn familie en hem om een zendingsplan voor het gezin op te stellen. ‘Zo kreeg ik een actievere houding ten opzichte van het zendingswerk’, zegt hij. Daardoor voerde hij met vrienden meer gesprekken over de leer, de geschiedenis en de activiteiten van de kerk.
‘Voordat we ons plan opstelden, had ik misschien wel even veel kansen gekregen om over de kerk te praten,’ zegt ouderling Wadsworth, ‘maar ik ging er anders op inspelen. Het was gewoon een kwestie van iets anders denken over de dingen die ik al deed.’
Andrew Mello (18) dient zijn zendingspapieren pas over enkele maanden in, maar bereidt zich al actief voor. Predik mijn evangelie bestuderen is een van de beste manieren om dat te doen, zegt hij.
Een deel van die voorbereiding vindt plaats door individuele studie. Een ander deel vindt plaats in het priestersquorum. Op de eerste zondag van elke maand geeft een lid van het quorum zijn medequorumleden en de adviseur een les uit Predik mijn evangelie. Soms is dat een volledige les van drie kwartier, maar ze geven ook wel eens een korte versie van een les, van vijf of vijftien minuten, gewoon om te oefenen.
En hoewel Andrew erkent dat deze voorbereiding hem toerust voor zijn toekomstige werk als voltijdzendeling, ziet hij ook in dat hij er nu al veel aan heeft.
‘Ik merk dat ik de hele tijd aan Predik mijn evangelie denk’, zegt Andrew. ‘Ik ben de enige mormoon op mijn middelbare school, dus men stelt me vaak vragen over wat ik geloof. Ik heb lessen en vaardigheden uit Predik mijn evangelie gebruikt om vrienden of kennissen over het evangelie te vertellen.
‘Er zijn heel wat vragen of gesprekken waar je allerlei kanten mee op kunt,’ vervolgt hij, ‘maar als ik ze door wat ik heb bestudeerd in een constructieve richting kan sturen, dan voelt dat geweldig.’
Net als Andrew Mello kreeg Andrew Hovey (19) Predik mijn evangelie gedurende zijn jaren op de middelbare school. Maar hij ging het pas waarderen toen hij naar de universiteit ging. Door de invloed van een kamergenoot die op zending was geweest en door de voorbereidingslessen voor een zending begon Andrew zich actiever op zijn zending voor te bereiden dan ooit tevoren. Zijn gebeden werden intiemer en zinvoller, zijn schriftstudie werd gerichter en zijn zendingsplannen werden concreter, zegt hij. Bovendien begon hij Predik mijn evangelie te gebruiken als leidraad voor zijn voorbereidingen.
Sindsdien heeft Andrew een systeem ontwikkeld voor het plaatsen van markeringen en kleurcodes in zijn Schriften die overeenkomen met de beginselen die hij heeft bestudeerd in Predik mijn evangelie. En hij noteert wat hij denkt en voelt tijdens zijn studie. Maar hij geeft grif toe dat het er niet om gaat of je een goede manier hebt van markeren of kleurcoderen of noteren. In plaats daarvan ‘kun je je studiemethode het beste aanpassen aan je eigen behoeften’, zegt hij. ‘Dat is zo fijn aan het evangelie. We zijn allemaal anders, maar het evangelie past ons allemaal.
‘En dat geldt ook voor Predik mijn evangelie. Fundamentele leerstellingen worden zo uitvoerig uitgelegd dat je het als leidraad kunt gebruiken. We kunnen het gebruiken om zelf van te leren of om iemand anders te bereiken.’
Patrick Smith, een andere jongeman uit de ring Hingham, vertelt dat de jongemannen eens per maand in de Aäronische-priesterschapsvergadering van de gemeente vertellen over zendingservaringen die ze hebben gehad, en dat ze afspraken maken om met de voltijdzendelingen te werken.
‘Niet zo lang geleden ging ik met de zendelingen mee om een gezin les te geven dat het verhaal van Joseph Smith al had gehoord’, zegt Patrick. ‘De zendelingen vroegen me om te vertellen over de komst van Christus naar de aarde en de vestiging van zijn kerk. In Predik mijn evangelie is alles duidelijk geïllustreerd en staan er ter ondersteuning schriftteksten bij. Het stond er allemaal duidelijk in.
‘Ik wist er vanaf en had er een getuigenis van, maar door Predik mijn evangelie en door met de zendelingen mee te gaan, kon ik die beginselen beter overbrengen’, zegt Patrick. ‘De leerstellingen in het boek hebben bekrachtigd wat ik zo lang als ik me kan herinneren thuis en in het jeugdwerk heb geleerd. En de dingen die in Predik mijn evangelie staan, nodigen de Geest uit, wat het belangrijkste is om te hebben als we praten over de kerk.’
Bij de inzet om het werk en de heerlijkheid van onze hemelse Vader mede tot stand te brengen
Patricks oudere broer Tom is in augustus 2009 teruggekeerd uit het zendingsgebied Ventura (Californië, VS). Hij vindt Predik mijn evangelie een van de beste zendingsmiddelen. Hoewel Tom waardeerde hoe het boek hem als zendeling hielp, merkte hij op dat alle profetische uitspraken over zendingswerk op pp. 12–14 van Predik mijn evangelie gaan over de rol van de leden in de verbreiding van het evangelie. Hij zegt dat dit aangeeft hoeveel zendingswerk leden moeten doen, en dat ze het niet alleen aan voltijdzendelingen moeten overlaten.
‘Tegen het einde van mijn zending bestudeerde ik de taken van zendelingen en waarom wij — zendelingen en leden — opdracht hebben gekregen om dit werk te doen. Ik las Mozes 1:39 en bekeek het zendingswerk van de kant van onze hemelse Vader. Hij wil alleen maar dat zijn kinderen bij Hem terugkeren. Ik besefte dat de opdracht die wij hebben gekregen, erin bestaat om onze Vader te helpen met dit werk.
‘Nu weet ik als zendingsactief lid dat we met geregelde schriftstudie (inclusief het bestuderen van Predik mijn evangelie), gebed en streven naar de Geest, in alles kunnen slagen. En als we het evangelie het middelpunt van ons leven maken en het beter proberen te begrijpen, wordt het makkelijker om erover te vertellen en ervan te getuigen.’