Het eerste visioen: sleutel tot waarheid
Naar een toespraak, gehouden tijdens een devotional voor jongvolwassenen op 1 mei 2016 in de Tabernakel te Salt Lake City. De hele tekst en de video staan op lds.org/broadcasts. Voor de volledige Engelstalige tekst van de vier beschrijvingen van het eerste visioen, zie history.lds.org/firstvision.
Laten we de vele waardevolle waarheden die we aan het eerste visioen van Joseph Smith te danken hebben, niet vergeten of voor vanzelfsprekend aannemen.
Profeten voorzagen en voorzegden in de loop van de geschiedenis dat in de laatste dagen de herstelling van het volle evangelie van Jezus Christus zou plaatsvinden. Daarom zou de herstelling geen verrassing moeten zijn voor hen die de Schriften bestuderen. Tientallen profetische uitspraken in het Oude Testament, het Nieuwe Testament en het Boek van Mormon voorspellen duidelijk de herstelling van het evangelie.1
In de jaren 1790, ongeveer 2400 jaar nadat koning Nebukadnezar in een droom had gezien dat ‘de God van de hemel […] een Koninkrijk [zou] doen opkomen dat voor eeuwig niet te gronde [zou] gaan’ (Daniël 2:44), begon er in de Verenigde Staten een serie godsdienstige opwekkingen die tientallen jaren zou duren. Geschiedkundigen noemen deze opwekkingen de Second Great Awakening [tweede grote opwekking]. Joseph Smith en zijn familieleden waren erg godsdienstig en gingen naar deze opwekkingsdiensten, maar hoorden daar tegenstrijdige denkbeelden over ons heil.
Joseph werd sterk beïnvloed door de leringen en woorden van zijn vader, die onder de nieuw opgerichte sekten de oude orde van Jezus Christus en zijn apostelen zocht, maar niet kon vinden. Joseph luisterde tijdens de gezamenlijke Schriftstudie in het gezin goed en overpeinsde wat hij hoorde. Toen hij twaalf was, begon hij zich zorgen te maken om zijn zonden en het welzijn van zijn onsterfelijke ziel, wat hem ertoe bracht om zelf de Schriften te onderzoeken.
Bij zijn onderzoek van de Schriften besloot hij ‘de aanwijzing van Jakobus […] op [te] volgen, dat wil zeggen, God erom bidden’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:13; zie ook Jakobus 1:5). De daaropvolgende verschijning van God de Vader en zijn Zoon, de Heer Jezus Christus, aan Joseph luidde de bedeling van de volheid der tijden in.
Vier beschrijvingen
De profeet Joseph Smith heeft voor zover bekend vier beschrijvingen van het eerste visioen opgeschreven of gedicteerd. Daarnaast hebben zijn tijdgenoten hun herinneringen aan Josephs woorden over het visioen opgeschreven; er zijn verslagen van vijf van hen bekend. Het is een zegen om deze verslagen te hebben. Hierdoor is het eerste visioen van Joseph het best gedocumenteerde visioen in de geschiedenis. Ik moedig u aan om op history.lds.org meer te lezen over de beschrijvingen en te zien hoe zij samen een vollediger beeld geven.
In Gospel Topics staat er onder het lemma ‘Verschillende beschrijvingen van het eerste visioen’: ‘De verschillende beschrijvingen van het eerste visioen vertellen alle hetzelfde verhaal, maar hebben uiteraard elk hun eigen nadruk en details. Geschiedkundigen verwachten dat iemand die in de loop van meerdere jaren in verschillende situaties aan een wisselend publiek over een ervaring vertelt, telkens de nadruk op andere aspecten van die ervaring zal leggen en details zal vermelden die hij niet eerder had genoemd. Verschillen zoals die tussen de beschrijvingen van het eerste visioen bestaan ook in de diverse weergaven in de Schriften van het visioen van Paulus op de weg naar Damascus en wat de apostelen op de berg der verheerlijking zagen en hoorden. Maar ondanks die verschillen is de rode lijn van het eerste visioen in alle beschrijvingen consistent. Sommigen beweren ten onrechte dat variaties in het verhaal bewijzen dat het verzonnen is. Maar het tegendeel is waar. Dankzij de uitgebreide geschiedkundige verslaglegging weten we meer over deze bijzondere gebeurtenis dan als deze minder goed gedocumenteerd was.’ (‘Verschillende beschrijvingen van het eerste visioen’, Gospel Topics, lds.org/topics.)2
Beschrijving uit 1832
Allereerst is de beschrijving uit 1832 de oudste beschrijving van het eerste visioen. Zij maakt deel uit van een autobiografie die zes pagina’s beslaat en grotendeels in Joseph handschrift is geschreven. De kerk heeft dit document al sinds het geschreven is in haar bezit. Na de trek van de pioniers naar het westen lag het jarenlang in een koffer en was het bestaan ervan niet algemeen bekend totdat het in 1965 in een proefschrift werd gepubliceerd. Sindsdien is het veelvuldig gepubliceerd, onder meer op LDS.org en in The Joseph Smith Papers.
In dit document vertelt Joseph over zijn verontrusting omdat hij niet weet hoe hij vergeving van de Heiland moet krijgen. Hij getuigt: ‘De Heer opende de hemelen voor mij en ik zag de Heer.’3 Sommigen hebben deze uitspraak zo uitgelegd dat hij betekent dat Joseph slechts één goddelijke persoon gezien zou hebben. Maar als we hem in het licht van de andere documenten lezen, kunnen we onder deze zinsnede verstaan dat God de Vader de hemelen opende en zijn Zoon, Jezus Christus, aan Joseph openbaarde.
Deze beschrijving legt prachtig veel nadruk op de verzoening van de Heiland en de persoonlijke verlossing die Hij Joseph bood. Er staat onder meer: ‘De Heer […] sprak tot mij, en zei: “Joseph, mijn zoon, uw zonden zijn u vergeven. […] Ik ben voor de wereld gekruisigd, zodat eenieder die in mijn naam gelooft, het eeuwige leven kan ontvangen.’ Joseph getuigde dat hij vreugde en liefde ondervond, maar niemand kon vinden die hem geloofde. ‘Mijn ziel was met liefde vervuld, en vele dagen lang verheugde ik mij bijzonder en de Heer was bij mij. Maar ik kon niemand vinden die in mijn hemelse visioen wilde geloven. Niettemin overwoog ik deze dingen in mijn hart.’4
Beschrijving uit 1835
Het volgende relaas is Josephs beschrijving van zijn visioen aan Robert Matthews, die in 1835 een bezoek aan Kirtland (Ohio, VS) bracht. Het is door zijn klerk in Josephs dagboek opgeschreven. Het is niet in eerdere edities van Josephs geschiedenis opgenomen en pas in de jaren zestig van de vorige eeuw voor het eerst in BYU Studies gepubliceerd. In dit verslag getuigt Joseph dat God eerst aan hem verscheen, en dat hij daarna ook de Heiland zag: ‘Ik riep de Heer in vurig gebed aan. Er verscheen een kolom van vuur boven mijn hoofd; die rustte op me, en vervulde me met onuitsprekelijke vreugde. Middenin deze vuurkolom, met vlammen overal in het rond die echter niets verteerden, verscheen een persoon. En er verscheen een persoon die op de eerste leek. En Hij zei tegen mij: “Uw zonden zijn u vergeven.” In dit relaas vermeldt Joseph ook: “Ik zag in dit visioen veel engelen.”5
Beschrijving uit 1838
De beschrijving uit 1838 is de bekendste. Zij komt uit Josephs Manuscript History. De eerste versie werd begin 1838 geschreven, nadat Joseph Kirtland ontvlucht was, en de tweede versie werd in 1838, kort na zijn vlucht uit Missouri, geschreven. Het verslag werd dus geschreven in een tijd van grote tegenstand. Het werd voor het eerst in 1842 in Times and Seasons, de krant van de kerk in Nauvoo (Illinois), gepubliceerd. Het werd bovendien in 1851 in de Parel van grote waarde opgenomen, wat oorspronkelijk een brochure voor Britse heiligen was. Het werd in 1880 als Schriftuur gecanoniseerd.
In The Joseph Smith Papers zijn meerdere versies van dit verslag gepubliceerd. Net als in het verslag uit 1835 staat de vraag welke kerk juist is centraal. Als geschiedenis van de kerk, en niet alleen van Joseph, richt dit verslag zich ‘op het visioen als het begin van de “opkomst en groei van de kerk”’.6 Daarom staat er niets in over de vergeving van Josephs zonden, die wel in de vorige twee beschrijvingen wordt genoemd.
Beschrijving uit 1842
En ten laatste is de beschrijving uit 1842 in antwoord op een verzoek om informatie van John Wentworth, redacteur van de Chicago Democrat. Joseph schreef hem een brief die niet alleen de geloofsartikelen bevatte, maar ook een beschrijving van zijn eerste visioen. De brief werd in 1842 in de Times and Seasons gepubliceerd. Met toestemming van Joseph werd hij in 1844 opnieuw gepubliceerd door de historicus Daniel Rupp, in zijn boek over christelijke kerken in de Verenigde Staten.7 Deze beschrijving was bestemd voor een publiek dat niet op de hoogte van mormoonse geloofspunten was. Zij werd geschreven in een periode waarin het, wat de tegenstand tegen de profeet betreft, prettig stil was.
Net als in andere beschrijvingen, vermeldt Joseph dat hij in de war was geweest en dat er in antwoord op zijn gebed twee personen verschenen: ‘Ik ging geheel op in een hemels visioen, waarin ik twee glorierijke personen zag die elkaars exacte evenbeeld waren, omringd door een lichtglans die de helderheid van de middagzon overtrof. Ze zeiden dat alle godsdienstige groeperingen in verkeerde leerstellingen geloofden en dat geen ervan door God als zijn kerk en koninkrijk erkend werd. Ik kreeg de uitdrukkelijke opdracht om mij “bij geen daarvan aan te sluiten”, en ik kreeg de belofte dat de volheid van het evangelie in de toekomst aan mij bekendgemaakt zou worden.’8
Het is een zegen om deze beschrijvingen van het eerste visioen te hebben. Net zoals de verschillende evangeliën in het Nieuwe Testament samen een vollediger beeld van Christus’ leven en bediening geven, voegt elke beschrijving van Josephs eerste visioen unieke details en perspectief aan de hele ervaring toe. Samen vertellen zij Josephs consequente, harmonieuze verhaal. Ze beklemtonen allemaal dat er verwarring en strijd onder christelijke kerken was; dat Joseph wilde weten of een van die kerken juist was, en zo ja, welke; dat hij de Schriften onderzocht en bad; dat er een licht uit de hemel kwam; en dat er hemelse personen aan hem verschenen en zijn gebed beantwoordden.
‘Ik kon het niet loochenen’
De gecanoniseerde versie van 1838 van Joseph Smiths beschrijving van het eerste visioen is de krachtigste leerervaring die iemand op aarde kan krijgen. Deze ervaring heeft Josephs leven veranderd, heeft mijn leven veranderd, en ik weet dat het uw leven zal veranderen als u de Heer vraagt of het waar is.
Zoals in het document ‘Verschillende beschrijvingen van het eerste visioen’ op LDS.org staat: ‘Joseph Smith heeft herhaaldelijk getuigd dat hij een bijzonder visioen van God de Vader en zijn Zoon Jezus Christus heeft gezien. Op grond van geschiedkundig onderzoek kunnen noch de waarheid van het eerste visioen noch de bezwaren ertegen worden bewezen. Iedere oprechte waarheidszoeker die wil weten of het getuigenis van Joseph Smith waar is, zal het verslag moeten bestuderen en dan voldoende geloof in Christus moeten oefenen om God in oprecht, nederig gebed te vragen of het verslag waar is. Wie vraagt met het vaste voornemen om te handelen naar het antwoord dat de Heilige Geest openbaart, zal weten dat het visioen van Joseph Smith waar is. Op deze manier kan iedereen weten dat Joseph Smith de waarheid sprak toen hij zei: “Ik had een visioen gezien; ik wist het, en ik wist dat God het wist, en ik kon het niet loochenen” [Geschiedenis van Joseph Smith 1:25].’
President Joseph F. Smith (1838–1918) heeft gezegd: ‘Het belangrijkste wat er in de wereld sedert de opstanding uit het graf van de Zoon van God, en zijn hemelvaart, heeft plaatsgevonden, is de verschijning van de Vader en de Zoon aan de jonge Joseph Smith.’9
Waarheden uit het eerste visioen
Het is een verbazende en verhelderende ervaring om te analyseren wat we uit deze heilige, ontzagwekkende belevenis leren. Ik wil een aantal leringen uit het eerste visioen op een rijtje zetten over de eeuwige aard van onze hemelse Vader en zijn Zoon, Jezus Christus; het bestaan van Satan; de strijd tussen goed en kwaad; en andere belangrijke aspecten van het heilsplan.
We leren dat de Schriften waar zijn, dat we ze letterlijk kunnen nemen en dat we ze toe kunnen passen.
We leren dat we door overpeinzing van de Schriften kracht en inzicht opdoen.
We leren dat alleen kennis niet voldoende is; en dat handelen naar wat we weten Gods zegeningen tot gevolg heeft.
We leren op God te vertrouwen en zien naar Hem op voor een antwoord op de belangrijkste levensvragen, en ons vertrouwen niet in de mens te stellen.
We leren dat gebeden op grond van onwankelbaar geloof en volgens de wil van onze hemelse Vader verhoord worden.
We leren dat Satan echt bestaat en dat hij werkelijk de macht heeft om de fysieke wereld, inclusief ons, te beïnvloeden.
We leren dat Satans macht beperkt is en dat Gods macht groter is.
We leren dat Satan voor niets terugdeinst om Gods werk te vernietigen en dat Satan moet hebben geweten hoe belangrijk Joseph Smith als profeet van de herstelling zou zijn.
We leren dat we Satan kunnen overwinnen door God aan te roepen en volledig in Hem te geloven en op Hem te vertrouwen.
We leren dat licht het duister verjaagt.
We leren dat God de Vader en Jezus Christus twee afzonderlijke en verschillende wezens zijn die qua uiterlijk sprekend op elkaar lijkend.
We leren dat we naar Gods beeld geschapen zijn.
We leren dat Christus herrezen is.
We leren dat God ons persoonlijk kent en onze behoeften en zorgen kent. Hij noemde Joseph bij naam.
We leren wat de relatie tussen de Vader en de Zoon is. Jezus eerbiedigt de wensen van zijn Vader, en de Vader communiceert via zijn Zoon met stervelingen op aarde.
We leren dat de Vader Jezus Christus liefheeft, want Hij noemde Jezus zijn geliefde Zoon.
We leren dat de ware kerk van Jezus Christus, die Hij oorspronkelijk had opgericht, niet op aarde was in de tijd van Joseph Smith, wat bevestigt dat de door de apostel Paulus voorspelde grote afval inderdaad had plaatsgevonden.
We leren dat als we genoeg naar Gods inbreng in ons leven verlangen, Hij aan ons een koers voor onze groei zal openbaren. Alle kerken en sekten in de tijd van Joseph waren verkeerd.
We leren dat elke tijdsbedeling Gods visioenen, zegeningen en heerlijkheden ontvangt.
We leren hoe God zijn profeten kiest.
We leren dat God rechtschapen mensen kiest die een rein hart hebben, en een rechtvaardig verlangen om zijn werk te doen, wat de Bijbelse lering bevestigt dat God naar het hart kijkt en niet op basis van uiterlijk of sociale status kiest (zie 1 Samuel 16:7).
Het eerste visioen van Joseph Smith is de sleutel tot veel waarheden die eeuwenlang verborgen zijn gebleven. Laten we de vele waardevolle waarheden die we aan het eerste visioen van Joseph Smith te danken hebben niet vergeten of voor vanzelfsprekend aannemen.