Hoe je op het instituut het evangelie kunt leren
Probeer op deze drie manieren om meer uit je instituutslessen te halen.
‘Er zijn tegenwoordig meer problemen in de wereld dan dertien jaar geleden’, zei ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen. ‘Onze jongemannen en jongevrouwen krijgen met veel meer afleidingen te maken die hen in hun voorbereiding op zowel een zending als een gelukkig leven op een zijspoor kunnen brengen.’ Nu moeten we, meer dan ooit, leren ‘luisteren naar de influisteringen van de Heilige Geest en er gehoor aan geven’.1
De kerk heeft het instituut opgezet, zodat je je beter op de Geest kunt leren afstemmen. Het instituut kan je directe, ‘zinvolle ervaringen met het woord van God’ geven.2
In het instituut kun je uit verschillende cursussen kiezen. Met behulp van leerkrachten die de behoeften en vragen van jonge volwassenen begrijpen, leer je uit de Schriften en de leringen van hedendaagse profeten.
Met een recente wijziging in het instituut heb je nu de gelegenheid om (1) cursusdagboeken, (2) cursusvragen en (3) persoonlijke leerprojecten te gebruiken om jouw leerproces te verdiepen en je geloof in Jezus Christus te versterken. Met deze drie studiemogelijkheden maak je je evangeliestudie nog persoonlijker en leer je uit eigen ervaring hoe de Geest met je werkt.
Cursusdagboeken
Ouderling Richard G. Scott (1928–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen raadt ons aan om geestelijke indrukken in een dagboek op te schrijven: ‘Noteer de belangrijke dingen die je van de Geest leert op een veilige plek. Als je bijzondere indrukken opschrijft, zul je merken dat je er meer krijgt.’3
Cursisten schrijven bij hun studie van de Schriften in de klas en thuis hun indrukken op in een dagboek (van papier of in de Evangeliebibliotheek-app). Jayme Dhennz, instituutscursist in de Filippijnen, heeft ervaren hoe waardevol het is om een dagboek bij te houden: ‘Ik voel me altijd gedreven om passages en boodschappen uit de Schriften of toespraken van de profeten op te schrijven omdat het de horizon van mijn evangeliestudie verbreedt.’
Broeder Seiichi Takahashi’s instituutscursisten in Nagoya (Japan) schrijven graag in een dagboek omdat het ‘leerproces daardoor vloeiender verloopt’ en het de cursisten helpt om in de klas meer te leren en beter mee te doen.
Taisia Bartolomeo uit Zuid-Italië zegt: ‘Door op te schrijven wat ik heb geleerd, kan ik die ideeën makkelijker terughalen als ik ze nodig heb.’ Haar klasgenoot, Mariaterasa Santoro, voegt daaraan toe: ‘Mijn dagboek helpt me altijd om specifieke geestelijke ideeën of persoonlijke openbaring terug te halen.’
Cursusvragen
De vragen die aan het begin van de cursus worden gesteld, bevatten thema’s waar de cursisten in de loop van de hele cursus over na kunnen denken en studeren. Aan het einde van het cursusjaar sturen de cursisten hun persoonlijke, door de Geest geleide antwoorden naar hun leerkracht.
Ilaria Bellomo, cursist in Zuid-Italië, legt uit: ‘Die vragen zetten me aan het denken over mijn leven en laten me beseffen dat ik, door wat ik in het instituut bestudeer, Jezus Christus beter leer kennen.’
Jinseop Jeong, instituutscursist in Korea, zegt: ‘Door die vragen ging ik diep nadenken over wat ik had geleerd en las ik het ook weer terug. Dat teruglezen, overpeinzen en verinnerlijken van wat ik had geleerd, heeft me veel gebracht.’
Uit de antwoorden van de cursisten blijkt hoeveel geestelijke groei ze hebben doorgemaakt. Zuster Seonsim Kang, instituutsleerkracht in een ring in Korea, zegt: ‘Het was geweldig om de getuigenissen en gedachten van de cursisten te lezen.’
Persoonlijke leerprojecten
Veel instituutscursisten kiezen onder gebed een project uit dat voor hen iets toevoegt. Afhankelijk van hun interesses hebben cursisten van over de hele wereld evangeliegerelateerde kunst, muziek en video’s gemaakt en posts op sociale media geplaatst. Door deze projecten worden de cursisten gemotiveerd om iets concreets te doen met wat ze in de klas hebben geleerd. Zo koos een cursist ervoor om bij de cursus ‘Jezus Christus en het eeuwige evangelie’ een portret van de Heiland te schilderen.
Een cursist die de cursus ‘Het eeuwige gezin’ volgde, zette een tempel- en familiegeschiedenisproject op dat ‘werd afgesloten met een tempelreis met mijn oma en directe familieleden. We hebben meer dan veertig verzegelingen gedaan die we tijdens het semester hadden voorbereid. Daardoor is onze familie veel hechter geworden.’
Cenia Avila Organis, instituutscursist in Bicol (Filippijnen), merkt op dat het werken aan een persoonlijk leerproject ‘veel flexibiliteit’ geeft. Cursisten krijgen de vrijheid om met hun eigen talenten het woord van God te leren en de Geest te voelen.
Hoger niveau
Met behulp van deze leermethodes kun je je evangeliestudie verbeteren en je getuigenis verdiepen. Door aan de hand van instituutscursussen dieper in je evangeliestudie te duiken, ga je beter begrijpen hoe je het woord van God zelf kunt toepassen en daarmee iets voor anderen kunt betekenen.