2019
Met pornografie omgaan: beschermen, reageren en genezen
Oktober 2019


Met pornografie omgaan: beschermen, reageren en genezen

Uit een toespraak over het hoofdthema van de conferentie van de Utah Coalition Against Pornography, gehouden in Salt Lake City (Utah, VS) in 2018.

Deze drie toepassingen van liefde kunnen nuttig zijn als onze kinderen met pornografie in contact komen.

mother and daughter hugging

Foto Getty Images, GEËNSCENEERD

Ik ben mij pijnlijk bewust van de invloed die pornografie al op de jongste leden van onze samenleving heeft – onze kinderen. Pornografie is een wijdverspreide plaag die kan leiden tot schaamte, bedrog, verwrongen gevoelens, verlies van zelfbeheersing en een allesoverheersende verslaving, die alle tijd, aandacht en energie in beslag neemt. Het is absoluut noodzakelijk dat wij allen – ouders, families, leerkrachten, leiders – onze kinderen en jongeren werkelijk zien, waarderen en beschermen.

Liefde is een van de grootste gaven van God. God liefhebben en onze naaste liefhebben zijn de twee grootste geboden die Jezus Christus zelf ons heeft gegeven. Ik ben van mening dat liefde ook ons krachtigste wapen in de strijd tegen pornografie is.

Er is een uitspraak die zegt: ‘porno maakt liefde kapot’, maar laten we niet vergeten dat liefde ook porno kapotmaakt. Dat wil niet zeggen dat onze liefde voor iemand de verslaving of zelfs het gedrag van die persoon kan veranderen. Maar liefde kan een drijfveer zijn – hoe we ons voorbereiden, hoe we reageren, hoe we luisteren – vooral als het om onze kinderen gaat. Als we deze plaag willen uitroeien, moeten we liefde op de voorgrond stellen en moet alles wat wij doen op liefde zijn gebaseerd.

Ik wil het hebben over drie manieren om liefde in te zetten, die we hopelijk in gedachte kunnen houden, aangrijpen en toepassen. Deze drie manieren passen in elk van de drie stadia van contact met pornografie door onze kinderen.

Ten eerste zeggen we: ‘ik hou van je’ door ze goed te beschermen. Ten tweede zeggen we: ‘ik hou nog steeds van je’ door de manier waarop we reageren als ze met pornografie in contact zijn gekomen, of dat nu opzettelijk was of niet. En ten derde zeggen we: ‘ik zal altijd van je houden’ door ze liefdevol te steunen in hun genezingsproces als pornografie dwangmatig of verslavend is geworden. In elk stadium is liefde cruciaal.

1. Beschermen: ‘ik hou van je’

Denk aan een kind waarvan je houdt. Als je tegen dat kind zegt: ‘ik hou van je’, wat betekent dat dan? In essentie betekent het dat we bescherming bieden zodat onze dierbaren zich volledig kunnen ontplooien en met de moeilijkheden van het leven om kunnen gaan. Beschermen houdt ook in dat we een sterke, onwrikbare vertrouwensband ontwikkelen. Door een dergelijke band hechten onze kinderen zich aan ons. Door sterke vertrouwensbanden te ontwikkelen en onze kinderen en kleinkinderen – of eender welk kind – te beschermen, bieden we ze een plek waar ze veilig zijn. Dankzij deze bescherming begrijpen ze beter wie ze zijn en wat hun relatie tot God inhoudt. Als kinderen weten dat ze gewaardeerd en geliefd zijn, kunnen ze zich een hemelse Vader voorstellen die zegt hoe ze gelukkig kunnen worden, en op Hem vertrouwen.

Het baart mij zorgen dat veel ouders misschien nog niet inzien hoe gevaarlijk pornografie is, of denken dat het hun niet zal raken. In werkelijkheid krijgen onze jongens en meisjes met dit probleem te maken, en we praten er niet genoeg over.

Jaren geleden hoorden mijn man en ik een veelzeggend verhaal dat we vaak aan onze kinderen hebben naverteld. Het gaat over een oude ratelslang die aan een jongetje dat voorbijliep vroeg om haar nog een laatste keer van een bergtop naar de zonsondergang te laten kijken. Het jongetje was bang, maar de ratelslang beloofde hem niet te bijten als hij haar naar boven wilde dragen. Gerustgesteld door die belofte droeg de jongen de slang voorzichtig naar de top van de berg, waar ze samen naar de zonsondergang keken.

Daarna droeg hij de slang weer naar het dal, maakte hij voor zichzelf iets te eten, en zocht hij een plekje om te slapen. ’s Morgens vroeg de slang: ‘Lieve jongen, wil je mij alsjeblieft terug naar huis brengen? Het is tijd om het tijdelijke voor het eeuwige te verwisselen, en ik zou graag naar huis gaan.’ Het jongetje voelde zich veilig, de slang had immers haar belofte gehouden. Daarom besloot hij de slang dan maar naar huis te brengen.

Hij pakte de slang voorzichtig op, hield haar dicht tegen zich aan, en bracht haar terug naar de woestijn, zodat ze thuis kon sterven. Vlak voordat hij de ratelslang op de grond legde, draaide ze zich om en beet ze in zijn borst. Het jongetje schreeuwde het uit en gooide de slang op de grond. ‘Mevrouw Slang, waarom deed u dat? Nu ga ik dood!’ De ratelslang keek naar hem op en grijnsde: ‘Je wist wat ik was toen je me oppakte.’

Ik zie dat veel ouders hun kind tegenwoordig een slang geven. Ik heb het over smartphones. We mogen smartphones met internettoegang niet toevertrouwen aan kinderen die te jong zijn en niet voldoende onderwezen, die nog niet in staat zijn om rationele beslissingen te nemen, en die geen ouderlijk toezicht of andere bescherming hebben. Jason S. Carroll, hoogleraar gezinsleven aan de Brigham Young University, heeft gezegd: ‘We beschermen onze kinderen totdat ze zichzelf kunnen beschermen.’ De hersenstam, waarin de genotscentra van de hersenen zich bevinden, ontwikkelt zich het eerst. Het vermogen tot redeneren en beslissingen nemen komt pas later in de voorste hersenschors volledig tot ontwikkeling. ‘Kinderen beschikken dus over het gaspedaal zonder de complete remfunctie.’1

Elke telefoon zou een filter moeten hebben, ook die van tieners. Dit is ook voor volwassenen goede raad. Niemand is immuun voor de beet van een giftige slang. Sommige ouders geven hun kinderen een telefoon waarmee ze alleen kunnen bellen en berichtjes sturen.

Naast smartphones zijn er nog talloze andere toestellen die toegang geven tot ongewenste media op het internet. Volgens recent onderzoek gebeurt 79 procent van de ongewenste blootstelling aan pornografie thuis.2 Kinderen kunnen ermee in contact komen op een tablet, smartphone, spelconsole, draagbare dvd-speler of een smart-tv, om er maar enkele te noemen. Ik ken gezinnen waar het gebruik van elektronische apparaten beperkt is tot één plek waar je vrijwel nooit alleen bent. In deze gezinnen wordt dat de ‘mediahoek’ genoemd, waar alle toestellen duidelijk zichtbaar worden gebruikt, met het licht aan. Er mag nooit iemand in zijn eentje in de mediahoek zitten.

In andere gezinnen is het de regel dat de telefoon niet mee in de slaapkamer of badkamer mag. Bij andere geldt de eenvoudige regel: ‘nooit alleen met een telefoon’. In weer andere gezinnen gebruiken ouders software om het gebruik van apps door hun kinderen te beperken en controleren. Zo leren ze hun kinderen dat vertrouwen moet worden verdiend, en dat je veilig met een telefoon moet omgaan.

Laten we elk gezinslid, ongeacht de specifieke behoeften van ons gezin, leren dat ze technologie verstandig en nuttig moeten gebruiken, en dat ze een morele houding moeten ontwikkelen. Laten we kinderen op een opbouwende manier leren hoe ze technologie ten goede kunnen gebruiken. We kunnen ze leren vragen te stellen als: ‘Is het nuttig als ik dit doe?’ De keuzes die we nu maken als we ons gezin onderwijzen, zullen van invloed zijn op komende generaties.

Ik hoop dat we als ouders inzien dat de band met onze kinderen en de dingen die we doen om ze te beschermen, belangrijk zijn. Naarmate we deze liefdevolle band versterken, zullen kinderen beter begrijpen waarom God voor de gevaren van pornografie waarschuwt. Ze zullen weten hoe ze haar kunnen vermijden, en wat ze moeten doen als ze ermee in contact komen.

father talking with his son

Foto Getty Images, GEËNSCENEERD

2. Reageren: ‘ik hou nog steeds van je’

Het is niet makkelijk om hartelijke, open, vrije gesprekken te voeren waarin kinderen met hun ouders over hun gedachten, ervaringen en vragen praten. We kunnen kinderen van alle leeftijden vragen om naar ons toe te komen als ze met pornografie te maken krijgen – of dat nu na een eerste, toevallige blootstelling is, bij incidenteel gebruik, intensief gebruik, of bij dwangmatig gebruik. Hoe vroeger het ter sprake komt, hoe beter, en kinderen zullen zich eerder vrij voelen om ons aan te spreken als ze zich geliefd voelen, en als ze weten dat niets wat ze doen die liefde kan veranderen.

Het initiatief komt echter zelden van het kind. Meestal kaart een opmerkzame ouder het onderwerp aan door het kind te vragen: ‘Is er iets?’ of ‘Je bent uit je gewone doen.’ Hoe meer het kind zich geliefd voelt, hoe makkelijker hij of zij vrijuit kan spreken.

Die zekerheid dat we van ze houden, wordt stap voor stap opgebouwd door kleine dingen. Door liefdevol te praten over kleine probleempjes wordt een fundament van gezonde reacties gelegd, zodat de communicatiekanalen openstaan als de grote problemen komen. Het belangrijkste is dat kinderen weten dat u zult zeggen: ‘Ik hou nog steeds van jou. Mijn liefde voor jou stopt niet als er iets gebeurt. Ik zal altijd van je houden.’

Om de een of andere reden praten we met jongeren en kinderen niet vaak over iets wat een sterke drang is, en een van de grootste verleidingen waarmee ze ooit te maken zullen krijgen. Onze terughoudendheid duwt hen voor hun onderwijs in de armen van het internet, andere kinderen of tieners, of zelfs populaire media. Misschien aarzelen sommigen zelfs om het woord pornografie te gebruiken in gesprekken met kinderen in een poging om hun onschuld te beschermen. We voelen ons ongemakkelijk. Misschien hebben onze ouders nooit zo openhartig met ons gepraat. Zullen ze niet nieuwsgierig worden als we erover praten? Zullen ze er meer over willen weten? Hoe kunnen we van onze kinderen verwachten dat ze met ons over pornografie praten als wij er nooit met hen over praten?

Ouders, wij moeten het gesprek aangaan en niet wachten tot de kinderen naar ons toe komen. Ik vind het een goed idee om regelmatige, frequente, terloopse gesprekken te voeren in plaats van één gepland onderhoud. Liefdevolle gesprekken hebben als voordeel dat ouders en betrouwbare leiders advies geven in plaats van Google. Gesprekken kunnen in een veilige omgeving plaatsvinden, en door te praten groeit het vertrouwen van het kind. We willen dat kinderen zich voorbereid en sterk voelen, en niet bang. We willen met hen praten, niet op hen inpraten.

Als ouders en leerkrachten kunnen we kinderen niet helpen als we zelf niet goed op de hoogte zijn. We moeten het wat en het waarom uitleggen. We kunnen zelf te weten komen en kinderen duidelijk maken waarom pornografie verkeerd is, waarom het zo gevaarlijk is, waarom we ze niet gekwetst willen zien, en wat ze moeten doen als ze ermee in contact komen.

Leggen we onze kinderen afdoende het waarom uit op een manier die bij hun leeftijd past? Het is niet genoeg om ‘het is slecht’ als enige reden op te geven waarom pornografie gevaarlijk is. We moeten juist zoveel mogelijk redenen aanhalen om een moreel gebod zo neer te zetten dat het onze jongeren motiveert.

Er zijn talloze redenen om pornografie te vermijden, maar hier zijn alvast enkele argumenten van de organisatie Fight the New Drug [Bestrijd de nieuwe drug] die onze jonge mensen kunnen aanspreken:

  • Porno verandert de structuur van je hersenen, en onderzoek wijst uit dat je hersenen er zelfs kleiner en minder actief van kunnen worden.

  • Porno kan een verslaving worden.

  • Porno tast je zelfvertrouwen aan.

  • Porno kan maken dat je je eenzaam voelt.

  • Porno kan je dierbaren schaden.

  • Porno kan gezonde seksualiteit in de weg staan.

  • Porno hangt samen met geweld.

  • Porno zorgt ervoor dat mensen uiteindelijk oneerlijk worden.

  • Porno slorpt tijd en energie op.

  • Porno leidt tot depressie, angststoornissen en schaamte.

Ik voeg daaraan toe dat pornografie tegen de geboden van God indruist. Deze en talloze andere argumenten pleiten tegen pornografie, maar theorie zonder praktijk leidt tot frustratie. We moeten haalbare, nuttige grenzen stellen en redelijke verwachtingen koesteren. Het is absoluut noodzakelijk dat kinderen een intrinsieke motivatie ontwikkelen om pornografie af te wijzen. Als een kind niet zelf een standpunt tegenover dit probleem leert innemen, is de kans groot dat hij of zij deel zal uitmaken van de huidige, ontstellende statistieken.

3. Genezen: ‘ik zal altijd van je houden’

Als kinderen met pornografie in contact zijn gekomen en erin verstrikt zijn geraakt, weten ze niet hoe ze moeten reageren, het overwinnen en ervan genezen. Kinderen hebben oprechte, ernstige, voortdurende, stevige en geduldige ondersteuning nodig om de verantwoordelijkheid voor hun eigen herstel op zich te nemen en vooruitgang te maken. Niemand kan die steun beter bieden dan een ouder. Nadat we de waarheid nauwgezet en persoonlijk uiteen hebben gezet, nadat we met zachtheid vertrouwen hebben opgebouwd en gesprekken hebben aangeknoopt, moeten kinderen weten dat we hun ondanks hun fouten en keuzes op het hart drukken: ‘Ik zal altijd van je houden, wat er ook gebeurt’.

Ik herinner mij iets wat jaren geleden in ons gezin gebeurde. Mijn man en ik waren niet thuis, en onze oudste zoon paste op de andere kinderen. We kregen een telefoontje van een verontruste buur die zei dat er een brandweerwagen voor ons huis stond. We haastten ons naar huis en kregen te horen dat onze 10-jarige zoon in de tuin had zitten spelen, vlakbij een aanpalende weide van 2,5 hectare met hoog, droog gras. Hij wilde weten of hij met vonkjes een vuurtje kon stoken.

Blijkbaar kon hij dat dus! Toen we thuiskwamen, had de brandweer het brandje al geblust. De brandweerlui hadden onze zoon al streng toegesproken, en de buren gingen weer naar huis. Onze zoon was beschaamd en bang. Hij huilde, en wist dat hij in de fout was gegaan.

We gingen naar binnen. Hoewel de situatie ernstig was, was onze zoon zo bang dat we alleen maar onze armen om deze lieve jongen heen konden slaan en hem verzekeren van onze liefde en opluchting dat hij niet gewond was.

Kinderen die met pornografie in contact zijn gekomen, en vooral als ze erin verstrikt zijn geraakt, zijn ook beschaamd en bang. Ze huilen ook. Het is moeilijk om iets wat in duisternis heeft bestaan, aan het licht te brengen. Ze voelen zich beschaamd en kwetsbaar. Het genezingsproces zal met vallen en opstaan gebeuren. Ze hebben er behoefte aan om voortdurend met liefde te worden omringd. Toch moeten ouders inzien dat hun liefde wel zal helpen, maar niet volstaan.

Tijdens het genezingsproces zult u een deel van de liefde die u voor uw kind voelt, moeten aanwenden om de juiste hulp in te schakelen. Uw liefde vormt de basis van wat er moet gebeuren, maar als een van uw dierbaren in de klauwen van een verslaving zit, zult u waarschijnlijk professionele hulp voor de betrokkene en ook voor uzelf moeten inroepen. 

Ik hoop dat u tijdens uw gezamenlijke genezingsproces kracht zult vinden in die Ene die alle wonden kan genezen, mensen dichter bij elkaar kan brengen, en banden kan smeden die we ons nu nog niet kunnen voorstellen. Onze Heiland, de milde Heelmeester, heeft de macht om te redden. Wij kunnen ouders voor onze kinderen zijn en ze de weg naar Hem wijzen, maar alleen Hij kan hun Heiland zijn. En het wonderlijke is dat Hij onze kinderen volmaakter liefheeft dan wij – wat er ook gebeurt.

Jesus with children

DETAIL, LAAT DE KINDEREN TOT MIJ KOMEN,, Carl Heinrich Bloch

Noten

  1. Jason S. Carroll, in Lisa Ann Thomson, ‘Acht strategieën om kinderen pornografie te helpen afwijzen’, Liahona, augustus 2017, 19.

  2. ‘The Facts about Online Threats’, Parents Television Council Watchdog (blog), 21 juni 2017, w2.parentstv.org/blog.