2019
Kinderen beschermen
Oktober 2019


Kinderen beschermen

Wat kunnen we doen om de kinderen in ons leven beter te beschermen en sterk te maken?

Afbeelding
mother with baby and crying child

Foto-illustratie Linda Lee

We weten dat Jezus allerlei groepen onderwees, maar in het bijzonder van kinderen hield. Hij schonk aandacht aan kinderen, zelfs als het eigenlijk niet uitkwam. Hij riep kinderen bij Zich en gaf ze een persoonlijke zegen. Hij veroordeelde mensen die kinderen kwetsten of iets aandeden. En Hij hield ons voor dat we meer als kinderen moeten worden om het koninkrijk der hemelen binnen te gaan.1

‘Zie uw kleinen’, zei Hij na zijn opstanding tegen het volk in Amerika. De hemelen werden geopend, liefdevolle engelen daalden af, vormden een kring om de kinderen heen en omringden hen met vuur. (Zie 3 Nephi 17:23–24.)

Met alle gevaren in de hedendaagse wereld zouden we willen dat onze kinderen voortdurend door hemels vuur omringd konden worden. Naar schatting is een op de vier mensen wereldwijd als kind mishandeld of misbruikt. Dat gemiddelde cijfer ligt bij bepaalde kwetsbare groepen, zoals mensen met een handicap, nog hoger.2 Het goede nieuws is dat we kinderen op veel manieren actief kunnen beschermen.

‘Denk aan een kind waarvan je houdt’, zegt zuster Joy D. Jones, algemeen jeugdwerkpresidente. ‘Als je tegen dat kind zegt: “ik hou van je”, wat betekent dat dan? […] We [bieden] bescherming zodat onze dierbaren zich volledig kunnen ontplooien en met de moeilijkheden van het leven om kunnen gaan.’3

Laten we het voorbeeld van de Heiland eens nader onder de loep nemen. Wellicht doen we dan ideeën op zodat we de kinderen in ons leven beter kunnen beschermen.

Jezus maakte tijd voor hen vrij

Afbeelding
Jesus with children

Zie uw kleinen, David Lindsley © 1983

Jezus maakte tijd vrij en had aandacht voor hen die jong en kwetsbaar waren (zie Mattheüs 19:14). Wij kunnen ook tijd vrij maken om naar onze kinderen te luisteren en proberen hun moeilijkheden te begrijpen.

‘Hoe meer het kind zich geliefd voelt, hoe makkelijker hij of zij vrijuit kan spreken’, zegt zuster Jones. ‘Wij moeten het gesprek aangaan en niet wachten tot de kinderen naar ons toe komen.’4

Een moeder vond het nuttig om haar kinderen elke avond te vragen: ‘Heb je vandaag woorden gehoord die je niet begreep?’

Onze kinderen zijn waarschijnlijk eerst geneigd om online naar antwoorden te zoeken, omdat het internet meteen hulp biedt en niet oordeelt. Maar we moeten ze overtuigen dat wij een betrouwbaardere bron van informatie zijn. Dat houdt ook in dat we niet al te heftig reageren als onze kinderen ons iets ongemakkelijks vertellen. Als we bijvoorbeeld emotioneel uitbarsten als ons kind toegeeft dat het naar pornografie heeft gekeken, kloppen ze misschien niet weer voor hulp bij ons aan. Maar reageren we met liefde, dan hebben we de kans om een duidelijke boodschap af te geven: dat ze met ons over alles kunnen praten.

Zuster Jones zegt: ‘Door liefdevol te praten over kleine probleempjes wordt een fundament van gezonde reacties gelegd, zodat de communicatiekanalen openstaan als de grote problemen komen.’5

Gesprekken van ouders met kinderen over hun lichaam zijn erg belangrijk en bieden ook bescherming. In die gesprekken dienen accurate woorden voor lichaamsdelen, informatie over hygiëne en te verwachten veranderingen aan de orde te komen. We behoren over seksualiteit te praten en te noemen dat lichamelijke en emotionele intimiteit een prachtig onderdeel van het plan van onze hemelse Vader voor ons is. We kunnen ook over onderwerpen zoals misbruik en pornografie praten. Die gesprekken moeten op de leeftijd en vragen van onze kinderen afgestemd worden. In het ideale geval hebben we in de loop van de tijd meerdere gesprekken, waarbij we steeds informatie toevoegen naarmate onze kinderen groter worden en ze zaken beter begrijpen. (Zie het einde van dit artikel voor nuttige informatiebronnen.)

Jezus was een voorbeeld voor hen

Jezus was voor iedereen een volmaakt voorbeeld (zie Johannes 8:12). Wij hebben als volwassenen ook de gelegenheid en verantwoordelijkheid om een voorbeeld te zijn. Een van de beste manieren om onze kinderen te beschermen, is zelf bewust veilige keuzes maken. Kinderen zien hoe hun ouders elkaar behandelen en hoe ze zich door anderen laten behandelen. Zoek alstublieft hulp als u in een relatie verkeert of met een verslaving worstelt waardoor uw gezin gevaar loopt. Neem contact op met burgerautoriteiten en therapeuten, en met uw bisschop of ZHV-presidente. Zij kunnen u naar gepaste hulpbronnen in de kerk en de gemeenschap verwijzen. U hebt recht op veiligheid en respect.

We moeten ook een voorbeeld zijn in de zorg voor onze geestelijke kracht. Zien onze kinderen ons bidden? Weten ze dat we de Schriften lezen? Hebben ze ons getuigenis gehoord? Bekleden we ons als gezin in de ochtend met ‘de hele wapenrusting van God’ voordat we de wereld ingaan? (Zie Efeze 6:11–18; Leer en Verbonden 27:15–18.)

Jezus kwam voor hen op

De Heiland sprak Zich uit tegen hen die kinderen kwetsen of iets aandoen (zie Mattheüs 18:6). Ook wij kunnen pleitbezorgers voor de kinderen in ons leven zijn.

President Dallin H. Oaks, eerste raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd: ‘Kinderen hebben anderen nodig die voor hen opkomen. Zij hebben beleidsmakers nodig die hun welzijn boven de zelfzuchtige belangen van volwassenen plaatsen.’6

We hoeven niet al te bang of wantrouwend te zijn wat anderen betreft, maar we moeten wel op potentiële gevaren letten en verstandige keuzes voor onze veiligheid maken. Jeugdwerkleidsters dienen zich aan de kerkelijke richtlijnen inzake preventie van mishandeling en misbruik te houden.7 Er gaat een beschermende werking uit van twee leerkrachten per klaslokaal en iemand van het presidium die een oogje in het zeil houdt.

Ouders en leidinggevenden behoren in overleg te besluiten of er aanvullende voorzorgsmaatregelen gewenst of mogelijk zijn om bepaalde risico’s tot een minimum te beperken. Veel kerkgebouwen hebben bijvoorbeeld een raam in de deuren van de klaslokalen. Is dat in uw gebouw niet zo, laat de deur dan tijdens de les eventueel op een kier staan en vraag uw plaatselijke vertegenwoordiger van de afdeling gebouwenbeheer of er ramen geplaatst kunnen worden. Alle volwassenen, ongeacht hun roeping, kunnen in de kerk oplettend zijn en waar nodig hulp bieden. Ze kunnen bijvoorbeeld bezoekers verwelkomen die in de gang rondlopen of een dolend kind aansporen om naar de klas terug te gaan.

Helaas kwetsen kinderen soms andere kinderen. Als we enige vorm van pesten of ongepast fysiek contact in de kerk of elders opmerken, moeten we meteen ingrijpen. Zijn we leidinggevende, dan moeten we bereid zijn om met de betrokken gezinnen te praten – ook als de gesprekken ongemakkelijk zijn – om te garanderen dat alle kinderen veilig zijn. Open uw mond met medeleven en duidelijkheid om aan een vriendelijke cultuur bij te dragen.

Als we menen dat een kind mishandeld of misbruikt wordt, moeten we onze zorgen direct aan de betreffende burgerautoriteiten melden. In veel landen zijn er hulplijnen die crisisinterventie, informatie en ondersteunende diensten bieden. We moeten de bisschop ook van vermoede mishandeling of misbruik op de hoogte stellen, in het bijzonder als het mensen betreft die mogelijk via de kerk toegang tot kinderen hebben. De bisschop treft dan maatregelen om een dader verdere toegang tot kinderen te beletten. Daarnaast kan hij slachtoffers troost en steun bieden, en verdere hulp van bijvoorbeeld Family Services voor ze regelen.

Jezus zegende hen een voor een

Afbeelding
Primary teacher hugging child with Down syndrome

Foto-illustratie Shanea Janese Acebal

Jezus kende de kinderen en zegende ze een voor een (zie 3 Nephi 17:21). Ook wij behoren elk kind te leren kennen en hem of haar naar behoefte te helpen.

Hoe kunnen we de kerk voor kinderen met een medische aandoening veiliger maken? Hebben we een plan om jeugdwerkkinderen met een handicap te helpen? Houden we in onze jeugdwerklessen rekening met verschillende thuissituaties? Wat kunnen we nog meer doen om inclusiever te zijn?

Racistische uitlatingen, neerbuigende opmerkingen over andere culturen en een veroordelende houding jegens andersgelovenden mogen geen deel uitmaken van onze communicatie met anderen. In een jeugdwerkklas sprak een jongen de taal van de andere kinderen niet zo goed. De leerkrachten betrokken hem erbij door hand-outs in beide talen uit te reiken. Met eenvoudige, attente daden laten we kinderen zien dat we ze als persoon kennen en liefhebben. Die daden kunnen voor hen een voorbeeld zijn om na te volgen.

We komen er misschien achter dat sommige kinderen dringend hulp nodig hebben. Stemmingswisselingen zijn bijvoorbeeld tot op zekere hoogte normaal bij het opgroeien. Maar als een kind weken achter elkaar boos, teruggetrokken of verdrietig is, kan er sprake van een ernstiger probleem zijn waarvoor professionele hulp nodig is. Religieuze gewoonten zoals gebed en Schriftstudie zijn weliswaar belangrijk, maar soms is er meer ondersteuning nodig. Denk bijvoorbeeld aan een beginnende psychische aandoening of het omgaan met een verborgen trauma. De situatie negeren maakt het er niet beter op. Bisschoppen kunnen in veel gebieden via Family Services of andere hulpverleners aan individuen of gezinnen financiële steun verlenen.

Jezus maakte ze sterk

Afbeelding
father helping son ride bicycle

Foto-illustratie Angalee Jackson

Jezus beschermde de kinderen niet alleen, maar maakte ze ook sterk. Hij wees op kinderen als voorbeeld voor ons (zie Mattheüs 18:3). Na zijn bezoek aan Amerika konden jonge kinderen volwassenen ‘wonderbare dingen’ leren (3 Nephi 26:16).

We kunnen de kinderen die we kennen sterk maken door ze te leren hoe ze de leiding van de Geest kunnen herkennen en hun beslissingen daarop te baseren. Daardoor ontwikkelen ze een innerlijke filter als richtsnoer voor hun doen en laten. Zuster Jones zegt: Het is absoluut noodzakelijk dat kinderen een intrinsieke motivatie ontwikkelen om [veilige beslissingen te nemen].’8 Hier zijn wat ideeën die andere gezinnen sterk hebben gemaakt:

  • Een moeder leerde haar kinderen acht te slaan op hun ‘oei-gevoelens’ en op te passen voor mensen die ‘niet okay’ leken. Dat kwam goed van pas toen enkele mensen haar zoontje probeerden over te halen om met ze naar de toiletten te gaan. Hij sloeg acht op zijn waarschuwende gevoelens en weigerde.

  • Sommige gezinnen spreken een ontsnappingsplan af voor het geval er zich iets schadelijks voordoet. Eén gezin noemde hun ontsnappingsplan ‘afbreken en vertellen’, wat inhield: de computermonitor uitzetten en het een ouder meteen vertellen als er een slechte afbeelding verschijnt. Hun kinderen hoefden zich nooit af te vragen hoe ze met slechte media moesten omgaan – ze wisten wat ze moesten doen!

  • Een ander gezin sprak een codewoord af dat de kinderen naar hun ouders konden sturen of aan de telefoon zeggen als ze meteen opgehaald moesten worden.

  • U kunt met uw kinderen oefenen om ‘Nee!’ te zeggen als iemand probeert ze over te halen iets te doen waar ze zich ongemakkelijk bij voelen. Ieder kind moet weten dat het om hulp kan vragen en dat het erom moet blijven vragen tot het veilig is.

Onze rol als volwassene

Laten we nog eens naar het gebeuren in 3 Nephi 17 teruggaan, toen Jezus ‘hun kleine kinderen een voor een [nam] en [hen] zegende en bad tot de Vader voor hen. […] En zij waren omringd met vuur; en de engelen dienden hen’ (verzen 21, 24). Dit verhaal geeft niet alleen aan dat kinderen belangrijk zijn, maar ook wat onze rol als volwassenen behoort te zijn. Wij dragen zorg voor de volgende generatie. Wij behoren kinderen als engelen te omringen en te dienen. Laten we naar Jezus als ons volmaakte voorbeeld blijven opzien, en laten we ons uiterste best doen om onze kleinen met liefde en bescherming te omringen.

Noten

  1. Zie de tekstverwijzingen onder elk kopje in dit artikel om deze verhalen in de Schriften te vinden.

  2. Zie ‘Child Maltreatment (Child Abuse)’, World Health Organization, who.int/violence_injury_prevention/violence/child/en.

  3. Joy D. Jones, ‘Met pornografie omgaan: beschermen, reageren en genezen’, Liahona, oktober 2019, 38.

  4. Joy D. Jones, ‘Met pornografie omgaan’, 39, 40.

  5. Joy D. Jones, ‘Met pornografie omgaan’, 39.

  6. Dallin H. Oaks, ‘Bescherm de kinderen’, Liahona, november 2012, 43.

  7. Zie ‘Preventing and Responding to Abuse’, newsroom.ChurchofJesusChrist.org.

  8. Joy D. Jones, ‘Met pornografie omgaan’, 40.

Afdrukken