2022
Het louterende vuur van ellende
Maart 2022


‘Het louterende vuur van ellende’, Liahona, maart 2022.

Het louterende vuur van ellende

Ik bid dat ieder van ons door onze eigen tegenspoed heen nader tot onze hemelse Vader en de Heiland komt.

standbeeld van vrouw die omhoog kijkt

Foto’s, Getty Images

Het hoeft ons niet te verbazen dat we tegenspoed meemaken. Of die nu uit onze eigen zonden en fouten of uit iets anders voortkomt, tegenspoed is onlosmakelijk met het sterfelijk leven verbonden. Sommige mensen menen dat ze van tegenspoed gevrijwaard zullen blijven als ze Gods geboden onderhouden, maar juist ‘in de smeltkroes [of smeltoven] van ellende’ (Jesaja 48:10; 1 Nephi 20:10) worden we beproefd en gekozen. Dat gold zelfs voor de Heiland:

‘Hoewel Hij de Zoon was, heeft Hij toch gehoorzaamheid geleerd uit wat Hij heeft geleden.

‘En toen Hij volmaakt was geworden, is Hij voor allen die Hem gehoorzamen, een oorzaak van eeuwige zaligheid geworden’ (Hebreeën 5:8–9).

Voor wie toerekeningsvatbaar zijn, is tegenspoed vaak een cruciaal element om uiteindelijk ‘volmaakt [te] worden’. Daardoor is het leven meer dan slechts een eenvoudige meerkeuzetoets. Het gaat God niet alleen om wat we wel of niet doen, maar vooral om wie en wat we worden.1 Als we dat toelaten, zal Hij ons leren handelen in plaats van maar met ons te laten handelen (zie 2 Nephi 2:14–16). We moeten leren om in alle omstandigheden rechtschapen te zijn, zelfs ‘in het duister’ zoals president Brigham Young (1801–1877) heeft gezegd.2

Ik geloof dat de uitdaging om tegenspoed te overwinnen en erdoor te groeien ons aansprak toen God zijn verlossingsplan in de voorsterfelijke wereld voorstelde. Die uitdaging moeten we nu aangaan, wetend dat onze hemelse Vader ons zal bijstaan. Maar het is cruciaal dat we ons tot Hem wenden. Zonder God leiden die donkere ervaringen van leed en tegenspoed tot verslagenheid, wanhoop en zelfs verbittering.

standbeeld met plechtig gezicht

Met goddelijke hulp maakt pijn uiteindelijk plaats voor troost, verwarring voor gemoedsrust, en verdriet voor hoop. God zal beproevingen in zegeningen laten uitmonden en, met de woorden van Jesaja, ‘sieraad in plaats van as’ geven (Jesaja 61:3). Zijn belofte is niet om ons voor alle moeilijkheden te behoeden, maar ons in onze ellende te bewaren en te troosten, en die voor ons welzijn te heiligen (zie 2 Nephi 2:2; 4:19–26; Jakob 3:1).

Hoewel onze hemelse Vader zijn hulp en zegeningen niet aan ons opdringt, zal Hij ons door de barmhartigheid en genade van zijn geliefde Zoon en de macht van de Heilige Geest bijstaan als we Hem zoeken. We zien veel voorbeelden van die bijstand om ons heen en in de Schriften.

Voorbeelden uit het Oude Testament

In het Oude Testament zien we hoe de gehoorzame Abraham jarenlang geduldig wachtte op de vervulling van Gods beloften aan hem: erflanden en rechtschapen nakomelingen. In tijden van hongersnood, levensgevaar, verdriet en beproeving bleef Abraham op God vertrouwen. Hij diende God en werd op zijn beurt door Hem bijgestaan. We eren Abraham nu als de ‘vader van de gelovigen’.3

Abrahams kleinzoon Jakob vluchtte van huis weg, alleen en kennelijk met weinig meer dan zijn kleren, om aan de doodsbedreigingen van zijn broer, Ezau, te ontkomen. Jakob werkte de twintig jaren daarna voor zijn oom, Laban. Laban bood Jakob een veilig onderkomen en liet hem uiteindelijk met twee van zijn dochters trouwen. Toch handelde hij niet altijd eerlijk met Jakob – zo veranderde hij zijn loon en hun overeenkomst diverse keren toen het Jakob voor de wind leek te gaan (zie Genesis 31:41).

Toen ze uiteindelijk afscheid namen, verweet Jakob zijn schoonvader: ‘Als de God van mijn vader […] niet met mij geweest was, zou u mij nu met lege handen weggestuurd hebben’ (Genesis 31:42). Maar omdat God met hem was, keerde Jakob terug naar huis, veranderd van een berooide vluchteling in de echtgenoot en vader van een groot gezin. Hij had veel mensen in dienst en was overvloedig gezegend met de rijkdom van die tijd: kleinvee, kudden en kamelen (zie Genesis 32).

Jozef, de zoon van Jakob, is het klassieke voorbeeld van iemand die tegenspoed voortdurend te boven kwam door op God te vertrouwen terwijl anderen zich misschien door Hem in de steek gelaten zouden voelen. Ten eerste werd hij door zijn eigen broers als slaaf verkocht. Toen hij vervolgens in het huis van zijn Egyptische meester, Potifar, een hoge positie innam en respect genoot, werd Jozef valselijk door Potifars vrouw beschuldigd en gevangengezet, hoewel hij letterlijk van zonde was weggerend. Toch bleef Jozef op God vertrouwen. Zelfs in de gevangenis was hij voorspoedig, maar werd hij vervolgens vergeten door hen die hij had geholpen, ondanks hun beloften. (Zie Genesis 37; 39–41.) Uiteindelijk werd Jozef, zoals we weten, beloond met een hoge functie en de middelen om in een tijd van hongersnood de familie van zijn vader (en heel Egypte) te redden.

Geduldig volharden

Uit deze en andere voorbeelden blijkt dat tegenspoed na verloop van tijd vaak overwonnen wordt. Daar is volharding voor nodig. Maar onze hemelse Vader waakt over ons en helpt ons gedurende dat proces van volharding; Hij wacht niet tot het einde.

Ouderling Neal A. Maxwell (1926–2004) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft eens gezegd: ‘De loop der tijd op zich brengt ons uiteraard niet vanzelf verder. Maar net als de verloren zoon hebben we vaak wel “de loop der tijd” nodig om tot geestelijke bezinning te komen. (Zie Lukas 15:17.) De ontroerende hereniging van Jakob en Ezau in de woestijn, zoveel jaren na hun jeugdige rivaliteit, is een klassiek voorbeeld. Vijandigheid kan het veld ruimen voor grootmoedigheid. Bezinning kan tot nieuwe inzichten leiden. Maar bezinning en zelfonderzoek vergen tijd. Voor veel geestelijke resultaten is het nodig dat heilsbeginselen met tijd gemengd het elixir van ervaring vormen als soevereine remedie voor talloze kwesties.’4

President M. Russell Ballard, waarnemend president van het Quorum der Twaalf Apostelen, heeft gezegd:

‘Wachten op de Heer impliceert niet dat we een afwachtende houding aannemen. U moet nooit denken dat u zich in een wachtkamer bevindt.

‘Wachten op de Heer impliceert dat we actie ondernemen. Door de jaren heen heb ik geleerd dat onze hoop in Christus toeneemt als we anderen dienen. […]

‘De persoonlijke groei die u kunt bereiken terwijl u op de Heer en zijn beloften wacht, is een uiterst waardevol en gewijd element van zijn plan voor ieder van ons.’5

Geduldig volharden is een vorm van ons tot God wenden en op Hem vertrouwen. In de verzen voorafgaand aan Jakobus’ raad om God te vragen als wij in wijsheid tekortschieten, zegt hij het volgende over geduld:

‘Acht het enkel vreugde wanneer u in vele benauwingen valt,

‘want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt.

‘Maar laat die volharding ook volledig mogen doorwerken, opdat u volmaakt bent en geheel oprecht, en in niets tekortschiet’ (Bijbelvertaling van Joseph Smith, Jakobus 1:2; Jakobus 1:3–4).

Gelouterd door ellende

standbeeld van Jezus Christus

Foto, Rachael Pancic

Met de hulp van onze hemelse Vader zullen onze tegenspoed en ellende ons louteren, zodat we er niet onder bezwijken (zie Leer en Verbonden 121:7–8). We komen er als een gelukkiger en heiliger mens uit. In een openbaring aan de toenmalige president van het Quorum der Twaalf Apostelen, Thomas B. Marsh, zei de Heer het volgende over zijn apostelen: ‘En zie, na hun verzoekingen en veel verdrukking, zal Ik, de Heer, hen zoeken, en indien zij hun hart niet verstokken en hun hals niet tegen Mij verstarren, zullen zij tot inkeer komen en zal Ik hen genezen’ (Leer en Verbonden 112:13).

We kunnen wel stellen dat we in tegenspoed ‘de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die [Hij] gezonden [heeft]’ leren kennen (Johannes 17:3). In tegenspoed wandelen we dagelijks met Hen. We leren ootmoedig ‘bij iedere gedachte’ op Hen te vertrouwen (Leer en Verbonden 6:36). Zij staan ons dan bij in een proces van geestelijke wedergeboorte. Er is volgens mij geen andere manier.

Ik bid dat ieder van ons door onze eigen tegenspoed heen nader tot onze hemelse Vader en de Heiland komt. Mogen wij daarnaast, volgens Gods patroon, anderen in hun tegenspoed leren bijstaan. De Heiland heeft ‘pijnen en benauwingen en allerlei verzoekingen doorstaan’ en is zo ‘naar het vlees [te] weten [gekomen] hoe zijn volk te hulp te komen naargelang hun zwakheden’ (Alma 7:11–12). En wij? ‘Wanneer wij op dit moment zelf niet aan een bepaald kruis worden uitgerekt, moeten we aan de voet van dat van een ander staan – en de betrokkene vol empathie geestelijk versterken.’6

Noten

  1. Zie Dallin H. Oaks, ‘Opdracht tot wording’, Liahona, januari 2001, 40–43.

  2. Brigham Young, in James E. Faust, ‘Het licht in hun ogen’, Liahona, november 2005, 22.

  3. Bible Dictionary, ‘Abraham’.

  4. Neal A. Maxwell, ‘Endure It Well’, Ensign, mei 1990, 34.

  5. M. Russell Ballard, ‘Hoop in Christus’, Liahona, mei 2021, 55; cursivering in origineel.

  6. Neal A. Maxwell, ‘Endure It Well’, 34.