‘Mijn bisschop, het Boek van Mormon en de uitdaging’, Liahona, februari 2024.
Mijn bisschop, het Boek van Mormon en de uitdaging
Regel op regel, voorschrift op voorschrift werd het Boek van Mormon een deel van mijn leven en mijn geloof.
Toen ik 11 jaar was, nodigde mijn bisschop mij en een paar andere jongemannen van mijn leeftijd uit om te praten over de taken die we als priesterschapsdragers zouden krijgen. Hij gaf ons ook zijn getuigenis van het Boek van Mormon en voegde daar een verzoek aan toe. Ik wist toen nog niet dat zijn woorden mijn leven zouden veranderen.
Onze bisschop nodigde ons uit om het Boek van Mormon vijf keer helemaal te lezen voordat we op zending gingen. We hadden daar ongeveer acht jaar de tijd voor. Dat leek een hele opgave, want ik las niet graag, en al helemaal niet als het om moeilijke Schriftteksten ging. Maar om de een of andere duistere reden nam ik als 11-jarige de uitdaging aan. Die avond las ik hoofdstuk 1 van 1 Nephi.
Ik begreep er niet veel van, maar ik had het gevoel dat ik deed wat ik moest doen. De volgende dag las ik weer een hoofdstuk, en hoewel ik nog steeds niet alle woorden van Nephi begreep, had ik er nog steeds een goed gevoel bij.
Zo bleef ik gestaag elke dag in het Boek van Mormon lezen. Later dat jaar klapte ik aan het einde van Moroni 10 mijn boek dicht. Ik straalde van trots! De volgende keer dat ik mijn bisschop zag, vertelde ik hem enthousiast dat ik het Boek van Mormon helemaal had gelezen. Hij glimlachte en prees mijn inspanningen, maar zei toen: ‘Vergeet niet dat je het nóg vier keer moet lezen voordat je op zending gaat!’
Die avond pakte ik het Boek van Mormon weer op en bladerde er eens in. Ik had er zo lang over gedaan om het te lezen. Zou het de tweede keer even lang duren? Was het de moeite waard? Terwijl ik erover nadacht, sloeg ik 1 Nephi hoofdstuk 1 op. Ik begon de eerste verzen te lezen, en de Geest bevestigde opnieuw dat dit de juiste beslissing was. En dus las ik verder. Dat was voor mij het moment waarop Schriftstudie een gewoonte in plaats van een eenmalig doel werd.
De daaropvolgende maanden las ik verhalen die mij bekend voorkwamen en nu duidelijker waren. Ik herkende verschillende verzen die er voor mij de eerste keer waren uitgesprongen, en ik markeerde ze. Als iemand in de kerk uit het Boek van Mormon les gaf, herkende ik hier en daar verhalen en leringen.
Naarmate ik verder in het boek las, werd ik stilaan een ander mens. Regel op regel, voorschrift op voorschrift ging ik de Heiland beter begrijpen en kwam ik dichter tot Hem. De leringen in het Boek van Mormon werden een deel van mijn leven en mijn geloof. In de daaropvolgende jaren bleef ik het Boek van Mormon lezen, en telkens als ik Moroni 10 uit had, zette ik een streepje aan de binnenzijde van de omslag.
En toen kreeg ik mijn zendingsoproep. Nadat ik die feestelijk had geopend in het bijzijn van mijn familie en vrienden, trok ik mij even terug en keek naar de streepjes in mijn boek. Ik had mijn doel bereikt. Maar wat nog belangrijker was: ik had mijn Heiland leren kennen.
Wat ik geleerd heb
Sinds mijn zending heb ik nagedacht over het Boek van Mormon en de uitdaging van mijn bisschop. Ik heb er drie belangrijke lessen uit geleerd.
Ten eerste heb ik geleerd dat je het Boek van Mormon soms meerdere keren moet lezen voordat je er een getuigenis van krijgt. Ik heb veel verhalen gehoord van mensen die het Boek van Mormon één keer lezen en daar een overweldigend geestelijk getuigenis aan overhouden. Bij mij ging dat niet zo. Ik moest er jarenlang ijverig voor lezen. Mijn getuigenis van de Heiland kwam niet na één keer het Boek van Mormon te lezen; het kwam regel op regel, voorschrift op voorschrift, en na verloop van tijd.
Ten tweede leerde ik dat we mensen moeten blijven uitnodigen, ook al lijkt het alsof niemand luistert. Als jongeman kreeg ik ongetwijfeld honderden uitnodigingen om iets te doen, van mijn jeugdleiders, bisschoppen, ouders, seminarieleerkrachten en ga zo maar door. De overgrote meerderheid ging het ene oor in en het andere oor uit. Maar om de een of andere reden nam ik die ene uitdaging van mijn bisschop aan, en het was dankzij die ene uitnodiging dat ik een eigen getuigenis kreeg. Wij (leiders, ouders, vrienden) moeten mensen absoluut blijven uitnodigen. De volgende uitnodiging die we geven, verandert misschien het leven van iemand die we onderwijzen.
Ten derde ben ik ervan overtuigd dat kinderen, ongeacht hun leeftijd, de Heilige Geest kunnen voelen als ze het Boek van Mormon lezen of horen, zelfs als ze de woorden ervan niet begrijpen. Het is een van mijn grootste verlangens dat mijn kinderen het Boek van Mormon lezen en er de leringen van de Heiland uit leren. Als de toekomst van mijn kinderen me zorgen baart, put ik moed uit de zekerheid dat het Boek van Mormon een roede van ijzer is die hen op het pad naar het eeuwig leven zal leiden.
Mijn ervaring met het Boek van Mormon komt overeen met de belofte van Joseph Smith in de inleiding tot het boek. Ik kwam ‘dichter tot God door [me] aan de leringen erin te houden, dan door welk ander boek ook’. De Geest heeft tot mij getuigd dat deze belofte waar is.
De auteur woont in Arizona (VS).