‘Bis! Bis! Een leven lang leren’, Liahona, februari 2024.
Getrouw ouder worden
Bis! Bis! Een leven lang leren
Levenslang leren houdt nooit op en geeft veel voldoening. We zijn nooit te oud om nieuwe vaardigheden aan te leren, onze talenten te ontwikkelen of aan een nieuwe hobby te beginnen. En we zullen in de eeuwigheid voordeel hebben bij alles wat we in dit leven verwerven (zie Leer en Verbonden 130:18–19).
‘Sommige mensen zijn verbaasd dat ik op mijn leeftijd nog met een online bedrijf ben begonnen’, zegt Martha Paewai. ‘Toen ik ermee begon, zeiden vrienden van mij: “Wat weet een Samoaanse vrouw met weinig werkervaring nu van marketing?”’
Zuster Paewai zegt steevast dat er geen leeftijdsgrens staat op leren. Bovendien kan ze nu thuis werken, verdient ze meer en zijn haar werkomstandigheden beter dan toen ze in Nieuw-Zeeland als huishoudster werkte. Het was moeilijk om een nieuw bedrijf te beginnen, maar gaandeweg leerde ze, en vroeg andere mensen om advies als ze iets niet begreep. ‘Dankzij BYU–Pathway Worldwide had ik genoeg zelfvertrouwen om iets nieuws te proberen’, zegt ze.
Jim Ivins sloeg een nieuwe weg in toen hij na een carrière als advocaat met pensioen ging. Hij ging eerst aan de slag in zijn eigen tuin en legde daarna de tuinen van zijn kinderen aan. Hij zegt: ‘Ik herinner me dat ik mijn kinderen iets wilde nalaten. Toen mijn vrouw overleed, besefte ik dat dit iets was wat ik voor hen kon doen. Ik deed meer dan de sierstenen een andere plek geven, ik bestudeerde ook tuinontwerpen en experimenteerde met verschillende vormen van tuinarchitectuur. Als mijn kleinkinderen op bezoek komen of als ik naar hen toega, zitten we niet alleen te babbelen, maar werken we samen aan verschillende ontwerpen.’
Laurie Terry wilde als kind leren pianospelen, maar om de een of andere reden kreeg haar zus pianolessen en zij niet. Dus ging ze pianoles volgen zodra ze met pensioen ging. ‘Net als bij andere dingen vergt het oefening en de bereidheid om te leren’, zegt ze. Ze volgt nu al een paar jaar les, ze begeleidt muzikale intermezzo’s in de kerk en speelt voor haar plezier. ‘Het hoeft niet altijd een concert te zijn’, zegt ze. ‘Soms ben ik zelf het beste publiek.’
Zuster Barbara B. Smith hield in de algemene aprilconferentie 1978 een toespraak in haar hoedanigheid van algemeen ZHV-presidente. Ze vertelde over een man die op zijn 63e met pensioen was gegaan, en zich afvroeg wat hij nog te bieden had. Ze zei: ‘Hij had geen beroepsbezigheden meer, geen hobby’s, geen bijzondere interesses en geen plannen voor de toekomst.’ Ze ging verder: ‘Hij had de keuze: ofwel zijn leven met nieuwe dingen zien te vullen, ofwel wegkwijnen en sterven. Helaas moet ik melden dat hij kort daarna stierf.’1
Ouderling Robert L. Backman sprak daarentegen in zijn laatste conferentietoespraak over zijn nieuwe leven als emeritus algemeen autoriteit. Hij zei dat hij niet zo’n gepensioneerde wilde zijn van wie men zegt dat hun leven voorbij is als ze 70 jaar zijn, terwijl ze pas op hun 85e begraven worden. In plaats daarvan wilde hij blijven groeien en leren en nog meer vaardigheden en interesses ontwikkelen.
Ouderling Backman vroeg toen: ‘Hoe moet ik dat aanpakken?’ en gaf zelf het antwoord op die belangrijke vraag:
‘Er staat in het Nieuwe Testament maar één zinnetje dat het leven van de Heiland beschrijft tussen de leeftijd van 12 jaar en het begin van zijn bediening. Ik haal dat vers vaak aan als ik tot jongeren spreek. Nu vraag ik me af of het niet evenzeer op alle andere mensen van toepassing is, en vooral op gepensioneerden. Het staat in Lukas: “En Jezus nam toe in wijsheid en in grootte en in genade bij God en de mensen” (Lukas 2:52)’.2
Ook president Ezra Taft Benson (1899–1994) heeft deze vorm van leren en groeien aangemoedigd, ongeacht iemands leeftijd. In een toespraak tot oudere leden zei hij: ‘We hopen dat u elke dag iets om handen hebt, dat u anderen kunt dienen die minder gezegend zijn dan u. […] Ouder betekent bijna altijd beter, want uw schat aan wijsheid en ervaring blijft toenemen door anderen te dienen.’ President Benson citeerde vervolgens een vers uit het Boek van Mormon: ‘[Leef] met dagelijkse dankbetuiging voor de vele barmhartigheden en zegeningen die [God] u schenkt’ (Alma 34:38).3
Die barmhartigheden en zegeningen vloeien voort uit een vooruitziende blik, met hoop en dromen en plannen. Als heiligen der laatste dagen geloven we in eeuwige vooruitgang, en daartoe moeten we in dit leven nieuwe vaardigheden leren en nieuwe talenten ontwikkelen, niet alleen in het hiernamaals. Persoonlijke ontwikkeling en een vooruitziende blik zijn misschien wel de belangrijkste sleutel tot een lang leven.4
Na 40 jaar dienst als militair arts en officier raakte Kerry Patterson bij een routinemissie in Afghanistan gewond. Hij werd medisch ongeschikt verklaard en moest na zijn verplichte pensioen een bezigheid zien te vinden. Hij wilde niet zomaar hele dagen gaan vissen, en dus ging hij met zijn vrouw, Linda, een cursus volgen aan de plaatselijke volksuniversiteit.
‘Ik had op de middelbare school wel wat handvaardigheid geleerd, maar daar verder nooit meer iets mee gedaan’, zegt hij. ‘Toch besloot ik om wapensmid te worden. Ik vond het fijn om als dokter mensen op te knappen en dacht dat ik mentaal fit zou blijven als ik dingen met nauwkeurige mechanismen leerde repareren. Het bleek veel moeilijker dan ik had gedacht om zoiets nieuws en anders te gaan doen.’ Kerry is nu 71, heeft alle nodige cursussen afgerond en vergunningen verworven, en heeft het drukker dan ooit. Hij heeft zelfs een leerjongen aangenomen om de werkdruk te verlichten en het vak te leren.
Linda volgde in diezelfde periode andere lessen aan de plaatselijke volksuniversiteit. Nu hun zes kinderen het huis uit waren, had ze tijd om haar interesse in houtbewerking en meubelontwerp handen en voeten te geven. ‘Ik was de enige vrouw en veruit de oudste cursist, maar ik liet me daardoor niet afschrikken’, zegt ze. ‘Voor sommige projecten had ik meer tijd nodig dan de anderen, maar ik gaf niet op.’ Na twee jaar opleiding bouwt ze nu kasten op maat voor familieleden en kennissen. ‘Nu kan ik mijn kinderen helpen om hun keuken te renoveren en onze buren helpen als ze wat hulp nodig hebben bij hun eigen verbouwingsprojecten.’
Ook Pat Morrell liet zich niet door haar leeftijd tegenhouden om iets nieuws te gaan doen. Om wat extra geld te verdienen toen haar kinderen het huis uit waren, ging ze weer naar school om verpleegkunde te volgen. Enkele jaren later behaalde ze haar diploma, en nu doet ze het werk dat ze altijd al had willen doen: ‘Ik haalde op de middelbare school geen goede cijfers, dus ik dacht dat ik de opleiding tot verpleegster niet zou aankunnen’, zegt ze. ‘Zes jaar lang werkte ik overdag als poetsvrouw, zorgde ik voor mijn gezin en moest ik daarnaast nog lessen zien te volgen om mijn diploma te behalen. Het heeft tijd gevergd, maar ook volharding, geduld en steun van mijn omgeving, en veel zegeningen.’
We gaan wellicht niet allemaal een nieuwe zaak beginnen of piano leren spelen of tuinen ontwerpen, maar als we ouder worden, hebben we vaak zeeën van tijd om nieuwe dingen te leren en onze horizon te verbreden.
We komen voortdurend nieuwe feiten te weten, maar leren misschien geen nieuwe vaardigheden. Als we een bepaalde leeftijd hebben bereikt, denken we misschien dat we niet meer aan iets nieuws kunnen beginnen, dat die tijd voorbij is en onze kansen verkeken zijn. Dat is niet zo. Er ligt een hele wereld van leren en onderwijs en ondernemingszin voor ons open, als we maar de eerste stap zetten.
Wie van mening zijn dat leeftijd maar een getal is en geen beperking, zijn gelukkiger, hebben een betere band met hun kleinkinderen en buren, en koesteren de kans om meer zoals de Heiland te zijn, die heel zijn leven ‘het land doorgegaan is, terwijl Hij goeddeed’ (Handelingen 10:38).
De auteur is bijzonder hoogleraar bij het Ballard Center for Social Impact aan de Brigham Young University.